Tekstweergave van WFNHC_1894_12_29_0002

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
gelijk men weet, later tot tuchthuisstraf is ver¬ oordeeld. In een bijgevoegd schrijven geeft de heer Tanlongo de verzekering, dat Chiara in deze maar een tusschenpersoon is, daar dit geld voor niemand anders bestemd was dan voor den heer Crispi. Nog blijkt uit de overgelegde stukken, indien deze althans waarheid bevatten, dat Crispi vóór zijn optreden in het ministerie-Depretis, bij de nationale bank 277.000 lire opnam, waarvan in de eerste 2 jaren slechts 33 000 lire werd teruggegeven, terwijl de rest werd afbetaald waar het geld daarvoor vandaan kwam, is nog niet bekend in December 1893, toen Crispi weder minister-president was geworden. Ook de naam van mevrouw Crispi wordt herhaaldelijk ge¬ noemd, en volgens de stukken zou de Bank ook baór meermalen aanzienlijke sommen voor toilet en voor badreizen hebben voorgeschoten. Welk een zitting het worden moest, waarin al deze dingen ter tafel werden gebracht, is te be¬ grijpen. Reeds lang voor de discussie begon, was de zittingzaal vol afgevaardigden, die luidruchtig en heftig sprekende groepen vormden. Onmiddel¬ lijk na de opening der zitting verlangden Rudini, Ca7allotti en Imbriani discussie over de openbaar gemaakte bescheiden, waarop Crispi met de grootste heftigheid uitriep: //Het geheele rapport bevat niets dan gemeenheden en leugens !" Een vreeselijk rumoer volgde op deze woorden van den minister, die echter met vaste en luide stem herhaalde: //Ik herzeg: niets dan gemeenheden en leugens 1" Terwijl een nog woedender getier, een gebrul bijna, in de kamer opging, riep de president der kamer den president van het mi¬ nisterie tot de orde. Maar de orde werd niet her¬ steld, en den heer Biancheri bleef niets anders over dan de zitting te sluiten en de behandeling der stuk¬ ken tot den volgenden ochtend ie verdagen. De stukken zijn echter niet //behandeld". Nog denzelfden avond Zaterdag 15 dezer verscheen er een buitengewoon nummer van de Staatscourant, waarin een koninklijk besluit werd afgekondigd, waarbij de zittingen der Kamer voorloopig worden geschorst. In het bij dit besluit behoorende rapt port van den heer Crispi aan den Koning words o. a. het volgende gezegd : Eenige onruststoker- pogen schandaal te verwekken en den parlemen¬ tairen arbeid te verstoren. Dientengevolge is het Parlement niet in staat, een onbevangen oordeel uit te spreken. Derhalve stellen de ministers een¬ stemmig voor, de Kamer-zittingen te schorsen, tot¬ dat de afgevaardigden weer de kalmte hebben teruggekregen, welke voor de beraadslagingen wordt geeischt. Czaar Nicolaas heeft in een vergadering der commissie voor den Siberischen spoorweg verklaard, dat hij het niet alleen als een heiligen plicht beschouwt, maar dat het ook zijn vurige begeerte is, te streven naar een spoedige en goede voltooi¬ ing van den trans-Siberischen spoorweg. „Dat is/ zeide hij, „een vreedzame en de beschaving be¬ vorderende taak, welke mijn vader mij heeft na¬ gelaten." Het gedeelte van den trans-Siberischen spoor¬ weg tusschen Wladiwostok en Mouiaviewa Amours- fcy _ 377 kilometer is dezer dagen voor het verkeer geopend. Japanners en Chineezen zijn weer slaags geweest bij Haitcheng, in Mantschourije. Zeven mijlen bewesten deze plaats heeft den 19n 1. 1. eene afdeeling van het Japansche leger, onder Generaal Katsura, eene Chineesche troepen¬ macht van 10,000 man ontmoet, aangevoerd door Generaal Sung. Na een verwoed gevecht, dat, volgens berichten van Japansche zijde, vijf uren duurde, en nadat de Japanners viermaal hadden storm geloopen op de stellingen der Chineezen, werdeu laatstgenoem¬ den op de vlucht geslagen, met verliezen, die nog niet met juistheid zijn op te geven. Haitcheng ligt bezuiden Mukden en is er in zeker opzicht de sleutel toe. Zullen de Japanners nu verder optrekken tegen de heilige stad, of in de richting van Peking afzwenken ? Deze onze¬ kerheid is een heilzame prikkel voor China, om zich wat te haasten met den vrede. Overigens is het belangrijkste van bet in de laatste dagen ontvangen nieuws uit het Oosten het Keizerlijk-Chineesch bevel tot arrestatie van tal van legerhoofden, die door den val van Port Arthur min of meer gecompromitteerd zijn : Taotai Koeng, een bevelhebber dier „onneembare" sterkte, vier generaals, de oudste officieren van het garnizoen, de legerchef te Taliën wan, M eijoekwei, de vlootvoogd, die reeds vroeger een rol van be- teekenis in den oorlog heeft gespeeld en nu ver¬ volgd wordt, omdat hij zijne lieden niet van wreed¬ heden en plunderingen heeft weten terug te lou¬ den, Jetsjitsjao bovendien, een der voornaamste leugenfabrikanten, opperbevelhebber der legeis van de provincie Tsjili, die in vollen smadelijken af¬ tocht van Azan en Pingjang en Antsjoe maar altijd boden naar Peking zond, zegepraal op zegepraal meldend, en admiraal Ting ten slotte, die eens nog vóór de Jaloe was het zoo rustig met zijn schildwacht een kaartje legde en een pijpje rookte in zijn kajuit, maar wien men nu, op de aanklacht wegens lafheid en hulpver- zuim, van Peking uit wel eens een leelijke pijp te rooken kon geven. Zoo zijn er weer tal van mandarijnen en giooten gevallen; het is maar te hopen, dat men de ware schuldigen hei ft uitgekozen, al schijnt het bijna vruchteloos weik, uit zulk een bende. BINNENLAND. Staten-Generaal. Tweede Kamer. Zitting van Dinsdag, 18 Dec. Het hoofdstuk Nationale schuld werd goedge¬ keurd. Bij Financiën vertolkte de heer Van den Berch van Heemstede de vele klachten over de toepassing der Bedrijfs-belasting, die ten goede kwam aan kroeghouders en landbouw, doch zwaar drukt op den middenstand, vooral ten plattenlande. Hij vroeg tegemoetkoming aan de klachten, door verlaging der Personeele belasting. De heer Roessingh schetste het belang van de afschaffing der tollen, vooral voor de turfgraverij. De heer Sanders wees op de bedenkelijke ge¬ volgen van speciale crediet-openingen, buiten voor¬ kennis van de bekenkamer. De beer Hintzen besprak de maatregelen, te nemen tegen weerspannige of onwillige belasting¬ schuldigen, en acht het optreden der bevoegde autoriteit in deze niet voldoende, maar wenscht dat de fiscus krachtiger maatregelen zal nemen om onwillige betalers, zooals er te Rotterdam in het bijzonder veel zijn, te dwingen, aan hunne verplichtingen te voldoen. Spr. beval aan het wegvoeren der in beslag genomen goederen van den belastingschuldige naar een verkoopplaats en de taxatie van den prijs die het goed moet op¬ brengen. De heer Mackay gaf tegenover de onjuiste voorstelling, door den Minister gegeven, een over¬ zicht van de juiste toedracht in zake de voor¬ schotten voor de kleeding en uitrusting van mi¬ liciens. De gebruikte gelden waren niet te wijten aan overschrijding der begrooting, en op de be¬ grooting waren toegestaan gelden, die ongebruikt in de schatkist zijn gebleven. Spr.'s doel was voornamelijk, te doen uitko¬ men, dat de handelingen, verre van te wijten aan het Ministerie van 1888, veeleer op rekening ko¬ men van de verwarde administratie van het voor¬ afgegane Kabinet, waarin de heer Sprenger van Eyk zelf zitting had. De voorzitter stelde voortzetting der werkzaam¬ heden na Kerstmis in uitzicht, wanneer de debat¬ ten niet beperkt worden. De heer Willinge drong aan op eenheid van rechtspraak in belastingzaken; de heer Zijlma vroeg herziening der wetgeving op de grondbe¬ lasting, ten opzichte van de bedijkingen ; de heer Tydeman vroeg 's Ministers meeniug over een ge¬ leidelijke herziening der belasting op ongebouwds eigendommen. . . De heer Donner kwam op tegen bestendiging der Staatsloterij. De heer üeldt verdedigde de maandelijksche uitbetaling van tractementen, vooral aan de kleine ambtenaren, en de heer Van Alphen vroeg trac- tements-verhooging voor de lagere commiezen der belastingen. De Minister handhaafde de belofte tot herzie¬ ning van het Personeel. Afschaffing van Rijkstollen is beloofd bij de Vermogensbelasting en die belofte zal nagekomen worden, zoodra gelegenheid zich aanbiedt. De bestaande bepalingen omtrent executiën zijn voldoende en er zijn voorschriften gegeven, hoe ze te handhaven. Onderzocht zal worden, of de vervolgingen moeten worden uitgebreid. Binnen niet te langen tijd zal herziening der belasting op gebouwde eigendommen worden voor¬ gesteld. Spr. is geen voorstander der Staatsloterij, maar ziet in de naaste toekomst geen kans tot afschaf¬ fing- ' B> f denken?" Deze vraag was te H. waar hij sedert zes jaar zijn druk bezochte en zeer gewaardeerde colleges hield, tallooze malen opgeworpen en het werd met ieder jaar waarschijnlijker dat het ant¬ woord ontkennend zou moeten luiden. De mama's begonnen dan ook den man als huwelijkscandidaat links te laten liggen, toen op zekeren dag oud en jong in de hoogste verbazing werden gebracht door de ontvangst van een verlovingskaart, waarop de naam van een jonge dame onder dien van den professor stond, precies alsof hij een gewone sterveling was en niet een van wien iets dergelijks nooit verwacht, ja bijna voor onmogelijk was ge¬ houden. Maar het stond er: Verloofd: dr. Erich Sylvan hoogleeraar a/d Universiteit te H. en Martha van Classen. Hoe was dat in zijn werk gegaan? Aan vragen en opmerkingen was geen gebrek, maar een stellig antwoord geven kon niemand. Van de dames was de eene al even wijs als de andere. als dat anders wordt gedaan. Dat ging niet, om¬ dat men Martha Classen bijna in het geheel niet kende. Zij was nog niet bij de verschillende fami- lie's gepresenteerd en dadelijk van de schoolbanken af verloofd geraakt. Men wist natuurlijk dat zij de dochter van den onlangs overleden professor Classen was, en dat de heeren Classen en Sylvan zeer bevriend met elkander waren geweest. Maat Martha had nog voor een bakvischje doorgegaan, den laatsten win ter nog had zij met een lange vlecht geloopen, die op° dezen leeftijd als distinctief geldt en nu zou dat kind eensklaps gaan trouwen! Het was ongelooflijk 1 ongehoord 1 Maar de menschen moes¬ ten er zich zeer spoedig in schikken, want eenige weken later, tegen Paschen, werd in een der stads¬ kerken in tegenwoordigheid van eenige weinige getuigen het huwelijk van het veelbesproken paar voltrokken en na dit slotbedrijf verflauwde de belangstelling en hield het gebabbel, daar de jong¬ gehuwden nergens bezoeken aflegden en dus ook geen ontvingen, langzamerhand uit gebrek aan stof op. [Wordt vervolgd.) Maandelijksche uitbetaling van tractementen zal hij overwegen. Het volgend jaar zal hij trachten, de tracte¬ menten der belasting-commiezen te verhoogen. De speciale credieten zijn zeer bedenkelijk; maar de beschuldiging van den heer Mackay is onjuist. De Minister heeft slechts het naakte feit medegedeeld, geen leedvermaak uitgesproken en integendeel den last op zich geladen, de Compta¬ biliteitswet te herzien. Het algemeen debat is gesloten. Een nmendem.-Derritsen, om de verhooging van tractementen der inspecteurs van belastingen te schrappen is, na bestrijding door den Minister, verworpen met 75 tegen 14 stemmeu. Hoofdstuk Finaaciëa is aangenomen, en Oorlog Aangevangen. De heer Seret wees op de weifelende houding van den Minister in zake levende strijdkrachten, wat begrijpelijk is, daar hij afhangt van de Ka¬ tholieken. Terwijl hij de docde weermiddelen vooropstelt, stelde de Minister Roëll de levende voorop. Wij moeten niet enkel berekend zijn op handhaving der neutraliteit maar ook op verde¬ diging van het grondgebied. Zitting van Woensdag, 19 Dec. Tegen Vrijdag, 21 dezer, stelde de Kamer nog verschillende aanhangige wetsontwerpen aan de orde. De Surinaamsche begrooting zal behandeld worden bij Hoofdstuk Koloniën. De heer De Beaufort (Amsterdam) opperde het denkbeeld, het West-Indisch budget uit te stellen tot het begin van Januari en gelijktijdig te be¬ handelen met de wetsontwerpen betreffende Op- sterland en Weststellingwerf, maar handhaafde het niet, nadat de Voorzitter had te kennen gegeven, dat de Kamer zeker niet in de eerste helft van Januari zal bijeenkomen , en het beter te vinden, dit jaar nog de gewone wijze van behandeling te volgen. Met den heer Gerritsen is overeengekomen, dat zijn motie betreffende de loonsregeliug niet bij dc aatsbegrooting, doch later zal behandeld worden. Daarna werd het debat over Oorlog hervat. De heer firuly adviseerde tot matiging in de uitgaven voor den vestingbouw, ontwikkelde zijne bezwaren tegen een groot veldleger, en streed voor iegerorganisatie bij de wet, steeds het shibboleth der liberale partij, een beginsel, thans tot zijn leedwezen door geestverwanten losgelaten. De heer Travaglino waarschuwde tegen onvoor¬ zichtige verklaringen omtrent het gevaarlijke twistpunt van den persoonlijken dienstplicht, dat thans niet aan de orde is en verdrongen wordt door den wensch naar een bevredigende kiesrecht¬ regeling. Hij waardeerde 's Ministers streven naar bezuiniging. De heer Van Vlijmen betoogde, met een be¬ roep op de gunstige beoordeelingen van ons In¬ disch leger, vooral door buitenlanders, dat er geen reden is voor mismoedigheid over onze doode en levende strijdkrachten, al is er nog veel, dat ver¬ betering behoeft. Hij verzocht met aandrang, bij het vragen van militaire uitgaven den zorgwek- kenden financieelen toestand in aanmerking te nemen en op verlaging van het eindcijfer bedacht te zijn. Stabiliteit in defensiezaken ware zeer ge- wenscht. Hij betreurde de vera' dering in de in¬ stelling van het reservekader. De heer De Beaufort hield vol, dat Iegerorga¬ nisatie bij de wet het controlerecht der Kamer zal beperken en de uitgaven doen stijgen. De heer Staalman is tegen de nieuwe geweren en betoogt, dat het zedelijk gehalte in het leger bedreigd" wordt door het gedrag van meerderen. Hij wil verbod van jeneververkoop in de cantines en afschaffing der plaatsvervanging. Tevens klaagde hij over het ellendig verblijf van de miliciens in de strafkamers. De heer Verdijk vroeg, naar aanleiding van het gebeurde met een sergeant en een luitenant te Zutphen, of het waar was, dat het gedrag van den officier door den advocaat fiscaal is afgekeurd en of de luitenant met den sergeant een mede¬ minnaar was van het meisje. Wat heeft de Mi¬ nister tegenover dien officier gedaan? De Minister verklaarde, bovenal soldaat te wil¬ len zijn, geen diplomaat, ofschoon hij dien titel als eeretitel aannam. Omtrent persoonlijken dienst¬ plicht kan slechts een oordeel geveld wordeü, als het ontwerp op verplichten krijgsdienst zal zijn ingediend. Bij hem staat de zorg voor een mo¬ biel leger vooraan, en daarnaast zorg voor de weermiddelen. Met den Minister van Marine zal hij overleggen, in hoever herziening der vesting¬ wet ter hand kan genomen worden, en zal daarbij streven naar bezuiniging. De wijzigingen in het reservekader berusten op overtuiging en adviezen der inspecteurs van infanterie en a'tillerie. De schildering van den heer Staalman over de zede¬ loosheid en het zedebederf acht spr. in algemee- nen zin zeer overdreven. De geschiedenis van de officieren in den Helder komt neer op eenvoudig scherlsen met een winkeldame, zonder te weten dat deze in belangwekkenden toestand was, en terugbrengen van sigaren, toen men vernam, waar men gekocht had. De voeding van den soldaat is goed: drankverkoop in de cantine is beter dan gebruik van slechte jenever buiten de kazerne Den heer Kerdijk antwoordt spr. dat, als uit het rapport van het Hoog Militair Gerechtshof blijkt, dat de feiten zijn, zooals de dagbladen ze ver¬ meldden, hij handelend zal optreden. Het algemeen debat is gesloten. Bij de onderdeelen verklaarde de Minister te zullen nagaan, of de officieren, van administratie van Amersfoort ontheven kunnen worden van geldelijke schade, tengevolge van misleiding door ondergeschikten. Een herziening van het regle¬ ment op de paardenkeuring is ontworpen, maar spr. kan niet beloven aankoop van alle paarden in het binnenland Tegenover den heer Royaards hield de Minister Januari 1896. Aan den heer De Ras beloofde hij het volgend j ar hulp aan gepensioneerde officieren vóór de wet van 1877 te zullen overwegen. Een amendement-//»/•ƒ, om het subsidie aan de vereeniging voor oud-strijders met ƒ 20,000 te verhoogen, is verworpen met 42 tegen 25 stemmen. Aan de Tweede Kamer is een adres gericht door het bestuur der Nederlandsche Vereeniging tot voorkoming van ongelukken in fabrieken en werkplaatsen te Amsterdam om te verzoeken om, waar zij bij de regeering mocht aandringen op het benoemen van eene staatscommissie, wier taak zou moeten zijn te onderzoeken op welke grond¬ slagen eene algemeene pensioenverzekering voor den ouden werkman zou behooren te worden ge¬ vestigd, er tevens op te willen wijzen, dat niet mag worden uitgesloten een onderzoek naar de mogelijkheid eener gelijkvormige, en zoo mogelijk gecombineerde, organisatie voor deze verzekering en voor die tegen de gevolgen van ongelukken, voor zoover deze levenslang drukken hetzij op den verzekerde hetzij, door diens overlijden, op zijn rechtverkrijgenden. Volgens een telegram dat het Bdbl. en de N. R. Ct. uit Bitavia hebben ontvangen, heeft Djilautiek schriftelijk, beleefd doch beslist gewei¬ gerd naar Batavia te komen, voor hij de bedoe¬ lingen van het gouvernement kent. Het plan bestaat om als eene hulde aan generaal Vetter en zijne dapperen een Museum- Vetter op te richten, dat zou omvatten: 1°. eene Portret-galerij van eminente personen, in de eerste plaats de portretten der helden van de Lombok¬ expeditie ; 2°. eene Koloniale-galerij, waarin te plaatsen: wapenen, kleederdrachten, voortbreng¬ selen enz., gedenkstukken uit de Lombok-expe¬ ditie en verdere merkwaardigheden, voor expositie geschikt; 3°. Eene Bibliotheek van alles wat uit¬ gegeven is over Lombok en andere overzeesche bezittingen, als boeken, brochures, reisbeschrijvin¬ gen, platen, kaarten, photografiën en wat meer kan medewerken tot algemeene kennis van onze overzeesche bezittingen. Bovendien zou aan geaeraal Vetter worden aan¬ geboden een album, bevattende de namen van de personen, die tot de uitvoering van het plan medewerkten. De heer Caspersz, oud-majoor der genie van het O.-I. leger, te Nijmegen, wendt pogingen aan opdat Nijmegen, van waar het eerste telegram van hulde aan den generaal en zijne dapperen uitging, waar zoovele oud-officieren en ambtenaren uit Indië woonachtig zijn, en waar de Indische brigade garnizoen heeft, tot plaats voor het mu¬ seum worde aangewezen. Aan den ge vierden zanger, den heer Joh. Messchaert, was het vereerende aanbod gedaan de plaats in te nemen, welke door het overlijden van prof Gunz aan het bekende conservatorium van dr. Hoch te Prankfort is open gevallen. Naar wij vernemen, heeft de zanger echter gemeend, hoeveel verleidelijks het aanbod ook had, daarvoor te moeten bedanken en blijft hij dus voor Neder¬ land behouden. De heer J. C. Vonk te Alkmaar heeft ont¬ slag genomen als raadslid welke betrekking hij sedert 24 September 1851 vervulde. Omtrent den storm van Zaterdag wordt door het Kon. Ned. Met. Instituut medegedeeld: Vrijdagmorgen gaven de berichten over den weertoestand in Schotland en Ierland nog geen aanduiding, dat een insentief storineentruin in aan¬ tocht was. Dit schijnt evenwel Vrijdagavond de westkust van Schotland bereikt te hebben en ver¬ toonde zich de volgende morgen al aan de oost¬ kust, met een barometerstand van 730 mM. Het verval van luchtdrukking was gedurende den nacht zeer toegenomen en de wind tot stormkracht aan¬ gegroeid, in ons land uit het zuidwesten, in Enge¬ land uit het westen waaiende. Alle telegrammen uit het noorden van Enge¬ land ontbraken. In den voormiddag, gedureude het voorbijtrekken van het centrum, dat zich in oostelijke richting voortbewoog, verminderde de windsterkte en helderde de hemel op daarna trad de storm met groote kracht uit het westen op om eerst gedurende den nacht te eindigen. Zon¬ dagmorgen had het centrum Zuid-Zweden bereikt en veroorzaakte hoofdzakelijk boven Denemarken en Noord-Pru'sen storm uit het Noordwesten. Zaterdagmorgen om 9S/^ uur was de drukking bij den sterksten stoot 50 K. G., en in den na¬ middag, om 81/, uur, 60 K. G. Omtrent de ramp die Scheveningen heeft getroffen, meldt men : Van de 135 schuiten zijn ongeveer 25 onher¬ stelbaar beschadigd, enkele zijn bijna geheel fijn gedrukt; een vijftigtal zijn zeer zwaar bescha¬ digd ; tal van schuiten verloren masten, zwaarden en tuigage. De voornaamste reeders zijn verzekerd. De vloed hield aan tot 1 uur, en terwijl men niets hoorde dan een onophoudelijk zwaar ge¬ kraak, verbreidde zich de mare, dat een stuur¬ man van den reeder M. de Niet in de golven was omgekomen; hij heette Kuijper. De zee stond zoo hoog, dat enkele golven over den duinvoet bij de kerkwerf sloegen, zoodat het water tot bij de Protestantschekerk vloeide; ook bereikten de golven het tweede balkon van^het „Hotel Berenbak" voorheen „Hotel Rauch ' dat is 14 meter boven de strandvlakte. De Dijkgraaf en Hoogheemraden van Delfland, vergezeld van den ingenieur en den opzichter voor iveningen, den heer Vreugdenhil, waren spoe- W 1