Tekstweergave van WFNHC_1892_01_16_0002

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
.OW een eind ie maken aan onhoudbare toesfandën, door het vroegere mobilisatie-reglement ontstaan en bestendigd, haar doel niet heeft gemist. (Be Amsterdammer) H. M. de Koningin-regentes heeft namens H. M. de Koningin eene jaarlijksche som beschik¬ baar gesteld voor jeugdige schdders evenals wijlen Z. M. Willem III dat vroeger deed. Jaarlijks zullen vijf subsidies worden toegekend. De minister van financiën brengt ter alge meene kennis, dat ingezetenen, die in gemeenten buiten den kring van het ontvangkantoor, waar¬ onder zij wonen, voor rijks directe belastingen zijn aangeslagen, die belasting, te beginnen met 1 lebruari aanst. bij den ontvanger der dir. be¬ lastingen hunner woonplaats kunnen voidoen, mits, wat de grondbelasting betreft, voor 2 Juni van het dienstjaar. Nopens de verdere bijzonderheden kunnen zij bij dien ontvanger inlichting bekomen. De bevoegdheid om aanslagen in de grondbe¬ lasting oeneden f 8,— door middel van een post¬ wissel aan te zuiveren, jg door het bovenstaande vervallen. De commissie voor werkverschaffing en koffie- en brooduitdeeling uit den Christelijker) volksbond te 's-Hage heeft van H. M. de Ko- ningiri /*500, en van H. M. de Koningin-regen¬ tes ƒ 500 ontvangen. f- h- H. de groothertogin van Saksen, prinses Sophia der Nederlanden, heeft bijdragen geschonken aan de Vereeniging van Weesvaders, aan die tot verpleging van weezen in het huisge¬ zin en aan de redactie van het tijdschrift Erica. In de zitting der Provinciale Staten van Noord-Holland werden voor de verkiezing van een lid der Eerste Kamer uitgebracht 54 stem¬ men. Hiervan verkregen de hh. J. Breebaart Kz. 30 stemmen, jhr. C. Hartsen 3, E. Th. Wester- woudt 3, C. Corver van Wessem 3, E. A. Jor- dens 3. J. Breebaart 2, D. Laan 2, J. Bree¬ baart Jz. 1, A. Laan 1, mr. J. C. Sickes 1, D. J. A. Bauduin 1, mr. J. E. T. van Valken¬ burg 1, jhr. mr. P. v. Foreest 1, blanko 1. Al- zoo is gekozen de heer J. Breebaart Kz. Tot tijdelijk ontvanger der gemeente Ouden¬ dijk is benoemd de heer H. J. Daalwijk. In Amsterdam worden, naar 't schijnt, al verscheidene brieven in de bussen gevonden met een 3-cents postzegel. Althans de directeur van het postkantoor waarschuwt, dat de nieuwe poet- wet nog niet in werking is getreden, zoodat het bijzondere stadsport nog niet kan worden toege¬ laten. De Amsterdammers schijnen te vinden, dat het tijd wordt. Wij ook, zegt het Fad. hierbij Tot vice-voorzitter van den Bond, in de plaats van den heer P. W. Kersten te Zaandam, die als zoodanig had bedankt, werd benoemd de heer K. Veldkamp te Wormerveer, terwijl werden her¬ benoemd de heeren D. J. Thie te Purmerend, le secretaris, en C. Hellings te Broek in Water¬ land, penningmeester, die volgens rooster moesten aftreden. Het concours dat van wege den Bond dit jaar te Weesp gehouden zal worden, werd bepaald op Zondag 3 Juli a. s., waarop achtereenvolgens zich zullen laten hooren, de harmoniekorpsen uit Alkmaar, Wormerveer, Weesp, Beverwijk en de fanfarekorpsen: Purmerend, Hoorn, Beets, Broek in Waterland, Edam, Winkel en Zaandijk. lot juryleden werden benoemd; de heeren R. Hol, te Utrecht, Jos. Viersels te Tilburg, Chr. P. W. Kriens te Haarlem, Joh. Zaagmans te Amsterdam en J Koning te Helder. Na nog eenige gehouden besprekingen den Bond rakende, werd de vergadering met een woird van dank door den voorzitter gesloten. Mevrouw Albrecht—Engelman is lijdende aan influenza, gepaard aan bronchitis. Haar toe¬ stand heeft de vorige week nogal bezorgdheid in¬ geboezemd, doch het gevaar is thans geweken. Te Nijmegen heerscht ook de influenza bijna huis aan huis. Wonder is het, dat zij groo- tendeels onder de gegoede klasse voorkomt. In het naburige Hees en Neerbosch schat men het getal lijders op 500 a 600, van welke ruim 100 in de Weesinrichting. tj Met het oog op de heerschende ziekte is bij dagorder bepaald, dat voortaan tweemaal per nacht aan de Amsterdamsche politie-agenten zal worden verstrekt warme koffie; dat in plaats van om twee uur om twaalf uur mag worden gerookt, en dat de zoogenaamde straftoeren door de agenten eerst dan zullen worden geloopKn, als 't weder wat zachter is. Aan hel politie-personeel, dat ziek thuis is, worden bons uitgereikt voor melk en eieren. Het Nbr. Dgbl. verneemt, dat te 's-Bosch van een huishouden, bestaande uit zeven personen, de vader, moeder en drie kinderen aan influenza zijn overleden, terwijl de twee overige kinderen nog in het ziekenhuis verpleegd worden, als ook aan die ziekte lijdende. besloten tot verdaging vau het voorstel, om te beproeven, den geheelen handel van de fabrieks- boter te concentreeren in het Waaggebouw te Leeuvyarden. Tevens werd mededeeling gedaan van een ingekomen schrijven van de firma Louis Smulders & Co , te Utrecht, houdende dat zij bereid is tot levering van contrifuges, geheel ge¬ lijk aan het groot model Burmeister & Wains, voor f 680, met een vol jaar garantie, zoodat eindelijk ook de vaderlandsche industrie aan de beweging gaat deelnemen. Aan den heer Halberts- rna, te Sneek, werd opgedragen de Vereeniging tot het tegengaan van knoeierijen in den boter- haudel uit te noodigen tot de verspreiding eener vertaling van het merkwaardig rapport, een dezer dagen door de Société des agricultures de France aan de I ransche Kamers ingediend over de ver- valsching van boter met margarine. Eindelijk werd op voorstel van den heer Draisma de Vries, van Achlum opgedragen het opmaken van een ver¬ zoekschrift tot vrijstelling van de zuivelfabrieken van eenige zeer belemmerende bepalingen van de arbeidswet. r qi. ^Plaatselijke .Berichten. Hoorn, 15 Jan. Wij vestigen de aandacht op de in dit blad voorkomende advertentie, vol¬ gens welke het Kamerlid, de heer H. B. Heldt, op Maandag 18 dezer in het Park alhier een voordracht over opleiding van ambachtslieden en vaktentoonstellingen zal houden. Wij twijfelen niet, of een onderwerp, zoo belangrijk als dit, zal vele hoorders trekken. In de Atjehstraat te 's-Gravenliage werden deze week op een morgen eene dame en hare dienstbode dood gevomh-n. Dit gaf aanleiding tol velerlei gissingen. Uit een officiëel onderzoek moet gebleken zijn, dat de dienstbode, aan in¬ fluenza lijdende, des nachts is overleden, en de dame bij het zien van het lijk van schrik is ge¬ storven. Onder voorzitterschap van den heer J. P. Groot werd jl. Zondag in „De Doele" te Purmerend de jaarlijksche vergadering gehouden van den Provincialen bond voor Harmonie- en Fanfarekorp¬ sen in Noord-Holland. De vooizilter opende de vergadering, en gaf o. a. in zijne openingsrede te kennen, dat de Bond in 1891 een verlies heeft geleden, door het bedanken van Amstels Fanfarekorps, en dat van Zaandam, en sprak daarbij den wenseh uit, dat de Bond voor zulke verliezen gespaard nwre blijven. Voorts deelde hij mede, dat tof den Bond is toegetreden het Fanfarekorps //Harmonie" uit Zaandijk, directeur de heer Bruin te Zaandam. Hierna werden de notulen der vorige vergade¬ ring er» het verslag betreffende den Bond over 1891 door den heer Haije gelezen, waaraan door de afgevaardigden ten volle adhaesie werd ge schonken. Bij monde vau den heer Hellings werd rapport uitgebracht omtreut het nfgeloopen boekjaar. Hieruit bleek, dat de ontvangsten ƒ 645,25 en de uitgaven / 745,25 bedroegen, zoodat de rekening met een nadeelig saldo van f 100 sloot. Tot het nazien der rekening met hare be¬ scheiden, werden aangewezen de afgevaardigden uit Hoorn en Wormerveer. De afgevaardigde uit Hoorn deelde mede, dat de commissie de reke¬ ning met hare bijlagen in goede orde hadden bevonden. „Belgie", aldus de naam van een streek in de Friesche veenkolonie Jubbega, waaryan het meerendeel der bewoners lui, onbeschaafd en ruw is. Veler hunner ontvangen des winters bedeeling na in den zomer niet meer gearbeid te hebben dan noodig is voor ons levensonderhoud. Maandag 4 Januari was het voor hen bedee- ingsdag. Daar de vorst weder uit den grond was, had het armbestuur den onderstand verlaagd. 'De Belgen hadden hiermede echter geen vrede; ruim honderd hunner belegerden de woning van den armvoogd en dwongen hem een zelfde'bedrag als de vorige week te betalen, terwijl zij voor het lange wachten ieder een half brood eischten. Ook dit werd gegeven. Zij trokken hierop af, doen verklaarden den volgenden Donderdag terug te zullen komen om een extra-bedeeling. Op cfóeri dag echter bewaakte eene brigade maréchaussee, sterk een brigadier en acht bereden manschappen, de woning van den armvoogd en toen nu de samengeschoolde bende weigerde uit een te gaan, werd een charge gemaakt. Niemand werd daarbij gedeerd, doch de charge had ten gevolge dat de „Belgen" huiswaarts keerden zonder extra-bedee¬ ling. De brigade, uit verschillende dorpen gére- quireerd, blijft voorloopig te Jubbega. Maandag heeft de gewone bedeeling zonder stoornis der orde plaats gehad. (Hbl) In eene te Leeuwarden gehouden vergade¬ ring van de Vereeniging van zuivelfabrikanten is breekt nog!" „O neen", viel Max haar in de rede, „de bank staat er al, ik heb er al op gezeten." Men ging dus naar de weide, om te zien, wie gelijk had. Toen ze op het stuk grasland waren gekomen, dat achter den tuin en het park was gelegen, bespeurde Nini dat er een ladder tegen den stam van den boom in kwestie stond. „Ziet ge welp" vroeg Max met de grootste onbeschaamdheid naar den top van den boom wijzend. „Ik zie geen bank", beweerde Nini. „Als ge maar zoo goed wilt zijn eens naar boven te gaan," zei Maurits, „we weten het zeker 1" Nini was geen spelbreekster. Ze liep en klau¬ terde met de kinderen en verhoedde daardoor dik¬ wijls menige dwazen streek. Snel klom ze den ladder op en betrad het planken zoldertje, dat tusschen de takken was getimmerd. „Zie je wel, dat ik gelijk heb?" riep ze tri¬ omfantelijk van boven. „Maar wat doe jelui, je hebt den ladder omgestooten, wil je hem wel eens gauw weer tegen den boom zetten 1" Een gegiche! en gefluister was het eenig ant¬ woord. Op hetzelfde ougenblik klonk in de verte een tweestemmig geblaf. De kinderen stonden een poosje onthutst en riepen vervolgens verschrikt, „de honden!" terwijl ze in groote paniek naar den parktuin de vlucht namen. Castor en Pollux, de ondeugende hofhonden, die alle avonden met donker worden, werden los¬ gelaten en dan rondliepen om het huis en in den tuin, hadden hen op de vlucht gejaagd. In een zeer onpleizierige stemming bleef Nini in den boom zitten. Dat het een te ver gedreven grap van de jongens was, was haar duidelijk, maar niet eveneens duidelijk was het haar, hoe en wanneer ze uit deze onaangename positie zou worden verlost. In vroegeren tijd had ze tamelijk vlug in en uit een boom kunnen klimmen, maar in den laatsten tijd zich niet speciaal in die kunst geoefend; ook maakten de lange, nauwe kleeren en de dikke stam, de zaak eenigszins bedenke¬ lijk. Bovendien was ze bang voor het ruige hon- denpaar, dat al meuige proeve van zijn bloed¬ dorstigheid had afgelegd. Het leek haar dus het verstandigst toe te wachten, totdat het toeval of de misdadigers zelve haar hulp zouden zenden. Met de armen oin een tak geslagen, de voeten naar beneden hangend, zat zij in de twijgen en keek uit naar hulp als Robinson op zijn eiland (if srdt vervolgd). De open brief van den heer P. Kapteijn, in de „Hoornsche Courant", aan den Redacteur van „West-Friesland". II. Ten einde onzen lezers den draad weer in han¬ den te geven, dien we in ons vorig nummer moesten lateD glippen, dienen wij kortelijk den gedachteugang van 's heeren Kapteijns open-brief weer te geven tot op het punt toen door ons bereikt. De heer K. begon met te wijzen op het groote verschil van gemoedsstemming bij den redacteur van „West-Friesland", toen deze 31 Dec. jl. zijn „Oudejaarsavoudmijmering" schreef en 1 Jan. daaraanvolgend zijn „Nieuwjaarswensch". Verbeeld u, iemand die op Oudejaarsavond terugblikkend naar het verleden somber gesterad was, zou den volgenden dag zijnen lezers het goede kunnen toewenschen en voor het ingetreden jaar van dit ministerie voor het vaderland goede verwachtingen kunnen koesteren! Dat had hem de nacht gedaan. „La nuit porte couseil". Die omkeer (!) had zijn ergenis opgewekt. Wie in het verleden weinig rede tot blijdschap vindt, mag niet hoopvol naar de toekomst uitzien, dat is inconsequent; hadden we laatst een liberale minderheid in de Tweede Kamer en een anti-libe¬ raal ministerie en ging het toen «llendig, dan was het onzin van eene liberale meerderheid in de Tweede Kamer, zij het ook eene kleine, en een liberaal kabinet iets beters te verwachten. Stel u voor, van liberale zijde zou iets goeds kunnen komen ! 2°. Duidde de heer K. het gen. redacteur euvel, dat deze in zijn „Nieuwjaarswensch", het vader¬ land gedenkende, van zijn liefde voor dat vader¬ land getuigde Hij vond dat wel een hoogst ge¬ wichtige mededeeling, maar ongepast bij deze ge¬ legenheid. Men moet zulke gevoelsuitingen bewa¬ ren tot een meer passend feest, dan heeft men er veel meer succes van. 3°. Nogmaals er op wijzende, dat wij vol hoop den lsten Januari de toekomst ingingen, voelde de heer K. zich gedrongen, om den slag, dien hij op het punt stond zijn vijand toe te bren¬ gen, nog geweldiger te maken, als zijn overtui¬ ging mee te deelen, dat wij nog blijmoediger zou¬ den geweest ziju, indien er geen radicalen waren : en roept dan uit, terwijl minachting, verontwaar¬ diging en ook, onderstellen wij, medelijden, in zijn gemoed om den voorrang dingen : „Gij, eens de groote vereerder van Tindal, den radicaal onder de radicalen!" enz. Wij wezen er reeds op, dat de heer K. zich ten deze groot elijks vergiste, wij stelden en stellen den heer Tindal zeer hoog en zijn hem dankbaar, juist om¬ dat hij, evenals wij, het vaderland liefheeft, onze onafhankelijkheid een kleinood vindt, voor geen prijs te duur gehandhaafd, omdat hij radicaat de waarheid in zake ons defensie-stelsel, als deskun¬ dige, dorst zeggen en in weerwil van weinig waar- I deering bleef zeggen. Wij moeten er beslist tegen opkomen, als de heer K. beweert, dat wij 1 Jan. nog blijmoediger zouden geweest zijn, indien er geen radicalen waren; neen hoe meer radicalen er zijn en zullen komen, die radicaal de waarheid onder de oogen durven zien en zeggen, waar zij meenen haar te moeten uitspreken, des te blij¬ moediger wij zullen worden maar als hij be¬ doelt de radicalen, zooals wij die in den laatsten tijd hebben leeren kennen, mannen, die zich eerst radicaal noemen, en voor zich alleen aanspraak op dien naam maken, die bij de voorbereiding voor^ de verkiezingen iu '91 betuigden, dat „radf- caal" eigenlijk een scheldnaam was hun door de liberalen naar het hoofd geslingerd, dien ze zich nu maar lieten welgevallen, maar dat zij toch eigenlijk ook liberalen waren, alleen maar wat meer vooruitstrevend mannen die alles op haren en snaren stellen om voor hunne bent- genooten plaatsen in den Amsterdamschen gemeen¬ teraad en de Tweede Kamer te veroveren nu ja dan moeten wij eerlijk bekennen, de heer K. heeft recht, wij zouden 1 Januari nog blijmoediger geweest zijn als er geen nl. van dat soort adicalen waren! De heer K. schrijft: Gij, eens de groote ver¬ eerder van Tindal, den radicaal onder de radica¬ len windt u tegenwoordig bij dien klank alleen reeds zoé op _ heeft de heer K. soms reeds, zij het onbewust, gevoeld, dat voor sommigen der zoogenaamd radicalen het woord radicaal slechts een klank is? dat ge den eersten Januari ver¬ geet, hoe ge een dag te voren getuigd hebt, dat ge „als ridder van den heiligen geest" strijdt om de waarheid, het recht en de liefde te doen zegevieren. Wij ondervinden nu, gelijk wel ieders ervaring zal zijn, dat het spreekwoord, belofte maakt schuffi, een waar, maar tevens een zwaar woord is. Wij' zouden onzen lezers meedeeleu het betoog van den heer K., voorzien van de noodige toelichting, dat hadden w,j beloofd _ maar - als men nu altijd weer moet wijzen op gebrekkig lezen en op ge¬ volgtrekkingen uit niet aanwezige praemissen, dan .... . maar belofte maakt schuld. Nogmaals, hoe moeiehjk is toch de kunst om te lezen 1 Als wij aan het slot van onze „Oudejaarsavondraijmering" onzen lezers toeroepen, als een o pwekking tot hen en natuurlijk ook tot ons zelveu gericht : „Maar opdat het geloof blijve en daardoor de kracht, strijden wij ieder voor ons zeiven onzelf¬ zuchtig onzen kleinen of grooten strijd om de waarheid, het recht, de liefde te doen zegevieren met de wapenen der gerechtigheid, als ridders van den Heiligen Geest", dan leest de heer K. daar¬ uit, mets meer of minder, dat wij ons zei ven een brevet uitreiken van dit ridderschap. De re¬ dacteur van W. F. schrijft: strijden wij toch als Ridders van den H. G., dus alzoo de heer K. verklaart gen. redacteur zich voor ridder van den Heiligen Geest. Zou een knaap, die zéé las en redeneerde, toege¬ laten worden tot de eerste klasse der Hoogere Burgerschool? Wij betwijfelen het. De heer K. gaat voort en schrijft: „Wanneer ik naar aanleiding van uw laatste artikel een en¬ kel woord tot U richt, dan is het in de eerste p aats^om u te beschuldigen van misleiding uwer 16Z6rSa Dat is een krasse beschuldiging! en wel zéé kras, dat men mag aannemen, dat hij, die haar inbrengt, als hij een gentleman is, een edel man, haar niet zou ingebracht hebben, indien hij niet doorslaande bewijzen had en kon bijbrengen om zijn beschuldiging te staven. Waarin bestaat nu volgens den heer K. de de misleiding F Hierin, dat wij onzen lezers mee¬ deelden, dat wij, op grond dat wij een liberaal ministerie hadden, bestaande uit kundige, ernstige mannen, en in de Iweede Kamer eene wel-is-waar kleine, maar toch eene liberale meerderheid dat wij op grond daarvan voor het vaderland voor 1892 de beste verwachtingen hadden. „Gij zijt een te bekwaam en te scherpziend man, voor de gerustht id en hoopvolle verwachtingen, die ge voorwendt J) dat de uwe ziju." Moet dat brevet van bekwaamheid en scherp¬ zinnigheid, ons door den heer K. uitgereikt, ten pleister dienen voor de wonde ons geslagen'door de beschuldiging van kwade trouw? Men zou die bedoeling bij den heer K. willen onderstellen. De onnoozelheid, dat iemand, die zéé leest, en zéé logisch denkt en dan ook zéé schrijft, zich zeiven bevoegt acht iemand voor bekwaam en scherpziend te verklaren en te meenen, dat iemand zijner lezers aan die verklaring eenige waarne zou toekennen, zou dan wel volkomen in ïarmonie zijn met het gehalte van zijn open brief, maar zij zou toch van eenige niet te on¬ derschatten goedhartigheid getuigen. Maar neen, de bedoeling blijkt een gansch andere te zijn. Onze door den heer K. ons toegekende bekwaam¬ heid en scherpzinnigheid moeten nog in des te klaarder licht plaatsen onze kwade*trouw, als wij verklaren voor ons vaderland met dit ministerie en met deze Tweede Kamer, waarin wij liberalen de meerderheid hebben, voor 1892 voor het va¬ derland het beste te verwachten. Wij, bekwaam en scherpziend als wij zijn, moesten inzien, en zien dus in, dat het met dit ministerie en deze Tweede Kamer op een bankroet moet uitloopen. En dus, als wij verklaren goede verwachtingen te koesteren, dan zijn wij bedriegers, misleiden wij onze lezers. „'t Is een jaar geleden (3 Jan. '91) dat ge ons belastingwezen door ongelijke drukking en bevoorrechting der effectenbezitters abominabel, de sociale verhouding ondraaglijk noemde." Al¬ dus gaat de heer K. voort. En wij voegen er bij, en dat doen wq nog. „Thans", vervolgt hij, „hebben we een andere regeering". Volkomen juist, en op grond daarvan verwachten wij in deze verbetering voor 1892. Nu zou men denken, dat de heer K. ons zou aanwijzen, hoe ongegrond en dwaas het is van deze regeering iets goeds te verwachten. Maar neen, dat doet hij niet. Om te bewijzen, dat wij dwalen in onze verwachtingen van de tegenwoor- dige regeeiing, haalt hij aan, tevens om ons geheugen op te frisschen, enkele verklaringen uit het libe¬ rale kamp zelve afkomstig. W at een schier ondenkbare begripsverwarring! Wij, redacteur, liberaal, verwachten van de regeering veel goeds; dat is kwade trouw, als gij dit zegt, schrijft de heer K., want gij zijt veel te bekwaam en te scherpziend, om niet te weten dat van deze regeering niets goeds is te verwachten. En nu verwacht men bewijs: want deze regee¬ ring bestaat uit mannen die dit gezegd hebben, en dat gedaan hebben, alles lijnrecht in strijd' met uwe uitgesproken verwachting! Glad mis! Want, schrijft de heer K., uit het liberale kamp zelve zijn verklaringen afkomstig niet bewijzen, neen, verklaringen, dat nu ') Wij cnrsiveeren. Kej».