Tekstweergave van WFNHC_1889_05_04_0001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
6de
Jaargang.
ZATERDAG
&
MEI
1889.
No.
56.
12,—
30,-
15,-
20,-
10,50
7,-
0,60
240,—
90,-
14,-
14,-
0,50
«WEST-fRIESLAND
üieuwelIoornsclieCouraiit.
Abonnementsprijs
per
kwartaal,
voor
Hoorn.
.
.
ƒ1,00
v
„
„
fr.
per
post
.
.
-
1,20
Afzonderlijke
nommers
.
-
0,05
Hit
blad
verschijnt
Dinsdag-
en
Yrijdag-avond.
UITGEVER
P.
G
E
£
R
T
S,
HOORN.
Prijs
der
advertentiën
van
1—5
regels
...
ƒ
0,40
Elke
regel
daarboven
-
0,076
Groote
letters,
randen
enz.
worden
naar
plaatsruimte
berekend.
Stukken
voor
de
Redactie,
uiterlijk
den
vorigen
dag.
Advertentiën
voor
deze
Courant
worden
ook
aangenomen:
door
het
Alg.
Advertentie-Bureau
van
NIJGH
&
VAN
DITMAR
te
Rotterdam
—
voorts
door
alle
Boekhandelaren
en
Postdirecteuren.
PAA
RDETRAM
HOORN-ElsrEHTriZElT.
Dienst
Hoorn,
Wester-
en
Oosterblokker,
Westwoud,
Hoogcarspel,
Lutjebroek,
Grootebroek,
Bovencarspel,
Enkhuizen
en
omgekeerd.
(15
Januari
1889.)
STATIONS.
TRAMNUMMER.
Aankomst
Holl.
Spoor
van
Amsterdam
.
„
Lokaalspoor
Hoorn-Medembl.
HOORN
(Kaasmarkt)
V.
Station
Holl.
Spoor
„
Nadorst
Wester-Blokker
('t
Gouden
Hoofd)
..
„
Ooster-Blokker
(Herb.
v.
Van
Doornik)
„
Ooster-Blokker
(Witte
Eenhoorn)....
„
Westwoud
(Het
Zittent)
Westwoud
(Het
wapen
van
Westw.)
.
„
Hoosgcarspel
(Grens
Westwoud)
Hoogcarspel
(Medemblikker
Tolhuis)
.
»
Hoogcarspel
(Stationsweg)
Lutjebroek
(Brug
no.
22)
Grootebroek
(Remise)
Grootebroek
(De
Zwaan)
Bovencarspel
(Stationsweg)
Bovencarspel
(Halve
Maan)
ENKHUIZEN
(Het
Park)
A.
TRAMN
UMMER.
1
1
3
5
7
9
1
11
13
15
1
17
19
STATIONS.
2
4
|
6
8
10
12
14
16
18
20
—
11.16
|
-
—
_
6.48
ENKHUIZEN
(Het
Park)
V.
7.15
«0
8.13
9.10
11.10
1.—
3.—
5.
7.—
9.—
—
—
8.07
10.42
«
-O
—
3.03
—
—
8.43
Bovencarspel
(Halve
Maan)
II
—
7.26
8.24
9.21
11.21
1.11
3.11
5.11
7.11
9.11
—
7.20
9.15
11,15
1.—
V
2.10
3.—
5.—
7.—
9.—
Bovencarspel
(Stationsweg)
II
—
7.31
8.29
9.26
11.26
1.16
3.16
5.16
7.16
9
'6
—
7.25
9.20
11.20
1,05
«
2.15
3.05
5.05
7.05
9.05
II
—
7.37
N
8.35
9.32
11.32
1.21
3.21
5.21
7.21
9.21
—
7.35
9.30
11.30
1.16
co
2.25
3.16
5,16
7.16
9.16
Grootebroek
(Remise)
tl
—
7.40
en
03
8.38
9.35
11.35
1.24
3.24
5.24
7.24
9.24
—
7.44
9.39
11.39
1.25
-3
2.34
3.25
5.25
7.25
9.25
Lutjebroek
(Brug
no.
22)
»
—
7.45
-O
8.43
9.40
11.40
1.29
3.29
5.29
7.29
9.29
—
7.50
9.45
11.45
1.31
a
V
2.40
3.31
5.31
7.31
9
31
Hoogcarspel
(Stationsweg)
II
—
7.51
a
03
8.49
9.46
11.46
1.34
3
34
5.34
7.34
9.34
—
7.56
9.51
11.51
1.37
2.46
3.37
5.37
7.37
9.37
Hoogcarspel
(Medemblikker
Tolhuis).
n
—
7.55
8.53
9.50
11.50
1.38
3.38
5.38
7.38
9.38
—
8.02
9.57
11.57
1.43
00
a
2.52
3
43
5.43
7-43
9.43
Hoogcarspel
(Grens
Westwoud)
V
—
8.01
8.59
9,56
11.56
1.44
3.44
5.44
7.44
9.44
—
8.08
10.03
12.03
1.50
2.58
3.50
5.50
7.50
9.50
W
estwoud
(Het
wapen
van
Westw.)
.
tl
—
8.07
a
9.05
10.02
12.02
1.50
3.50
5.50
7.50
9.50
—
8.14
10
09
12.09
1.55
60
3.04
3.55
5.55
7.55
9.55
Westwoud
(Het
Zittent)
n
.
—
8.13
60
9.11
10.08
12.08
1.57
3.57
5.57
7.57
9.57
—
8.20
10.15
12.15
2.01
-3
a
3.10
4.01
6.01
8.01
10.01
Ooster-Blokker
(Witte
Eenhoorn)
a
—
8.19
-S
a
9.17
10.14
12.1,
2.03
4.03
6.03
8.03
10.'
3
8.24
10
19
12.19
2.05
3.14
4.05
6.05
8.05
10.05
Ooster-Blokker
(Herb.
v.
Van
Doornik)
it
—
8.25
an
9.23
10.20
12.20
2
09
4.09
6.09
8.09
10.09
—
8.30
10.25
12.25
210
S3
3.20
4.10
6.10
8.10
10.10
Wester-Blokker
('t
Gouden
Hoofd)..
ii
—
8.31
es
9.29
10.26
12.26
2.15
4.15
6.15
8.15
10.15
6.50
8.35
10.30
12.30
2.15
3.25
4.15
6.15
8.15
10.15
n
7.—
8.40
9.38
10.35
12.35
2.24
4.24
6.24
8.24
10.24
6.53
8.38
10,33
12.33
2.18
u
3.28
4.18
6.18
8.18
Station
Holl.
Spoor
ii
7.10
8.50
03
9.50
10.45
12.45
2.35
4.35
6.35
8.35
6.59
8.44
10.39
12.39
2.24
es
3.34
4.26
6.26
8.26
.—
HOORN
(Kaasmarkt)
A.
7.15
8
55
a
9.55
10.50
12.50
2.40
4.40
6.40
8.40
7.04
8.49
10.44
12,44
2.29
339
4.29
6.29
8.29
—
Vertrek
Holl.
Spoor
naar
Amsterdam
—
—
—
10.56
—
—
—
I
8.51
7.15
9
—
10.55
12.55
2.40
O
3.50
4.40
6.40
8.40
—
„
Lokaalspoor
Hoorn-Medemblik
.
—
—
O
E-»
—
11.25
—
—
—
6.52
8.53
OFFICIEEL
GEDEELTE.
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER
EN
WETHOUDERS
VAN
HOOBN;
gezien
het
besluit
van
den
heer
Com¬
missaris
des
Konings
in
de
provincie
Noord-Hol¬
land
van
den
16
April
j.l.,
No.
113/3330,
5e
afd.
prov.
blad
No.
19;
doen
te
weten:
dat
de
uitreiking
van
de
verklaringen
van
aan¬
gifte
voor
het
Patentrecht,
dienst
1889/90,
in
deze
gemeente
zal
geschieden
op
den
6den
Mei
aanstaande,
met
uitzondering
voor
de
patentplich
plichtigen,
vermeld
onder
No.
37
tot
40
van
tabel
14
(tappers
enz.),
welke
afzonderlijk
zullen
worden
beschreven;
dat
ingevolge
art.
18
der
wet
van
21
Mei
1819,
Stbl.
No.
34,
de
patentplichtigen,
welke
bij
het
aanbieden
of
bezorgen
der
verklaringen,
hiervorcn
omschreven,
of
ook
bij
het
terughalen
daarvan
mochten
zijn
overgeslagen,
zich
niet
zullen
mo¬
gen
beroepen
op
dat
verzuim,
maar
integendeel
gehouden
zijn,
om
zorg
te
dragen
dat
de
ver-
eischte
en
behoorlijk
ingevulde
verklaringen
door
hen,
in
persoon
of
door
hunne
gemachtigden,
worden
ingediend;
dat,
behalve
voor
de
aangifte
door
schippers,
waartoe
van
af
1
Mei
j.l.
van
voormiddags
10
tot
's
namiddags
4
uur
dagelijks
behalve
Zondags,
ter
gemeente-secretarie
gelegenheid
bestaat,
alle
bij
gemelde
wet
gevorderde
aangiften,
verklarin¬
gen
en
aanvragen
zullen
moeten
worden
gedaan
ten
kantore
van
den
rijks-ontvanger,
alwaar
de
gedrukte
verklaringen
te
bekomen
zijn;
dat
aan
de
patentplichtigen,
onder
No.
37
tot
40
van
tabel
14
(tappers
enz.)
aangeduid,
het
patent
niet
zal
worden
afgegeven
en
dat
zij
het
daarbij
uitgedrukte
bedrijf
niet
zullen
mogen
uit¬
oefenen,
dan
na
cie
helft
van
hunnen
aanslag
te
hebben
voldaan,
en
voor
die
bedrijven
geen
pa¬
tent
wordt
afgegeven,
dan
nadat
het
verschul¬
digde
over
het
voorafgaande
jaar
ten
volle
zal
zijn
aangezuiverd;
dat
bij
de
bezwaarschriften
moeten
worden
overgelegd
duplicaten
van
het
betrekkelijk
aan¬
slagbiljet,
tegen
betaling
van
5
cents
bij
den
ontvanger
verkrijgbaar.
Hoorn,
den
30
April
1889.
Burgemeester
en
Wethouders
voornoemd,
D.
VAN
AKERLAKEN,
L.-B.
Be
Secretaris,
W.
VAN
WANING
Ju.
KENNISGEVING.
BURGEMEESTER
EN
WETHOUDERS
VAN
HOORN;
Gezien
het
besluit
van
den
heer
Commissaris
des
Konings
in
de
Provincie
Noord-Holland
van
16
April
jl.
No.
133/3331,
5e
afd.,
omtrent
de
beschrijving
voor
de
personeele
belasting,
dienst
1889/90,
Prov.
blad
No.
20;
doen
te
weten:
dat
met
de
uitreiking
der
beschrijvingsbiljetten
voor
de
personeele
belasting,
dienst
1889/90,
zal
worden
aangevangen
den
6den
Mei
aanslaande
en
met
de
wederophaling
dier
biljetten
den
17den
dier
maand;
dat,
ingevolge
het
bepaalde
bij
art.
29
§
2
der
wet
van
29
Maart
1833,
Stbld.
No.
4,
tot
tegenschatters
zijn
aangesteld,
de
heeren:
BASTT-
AAN
BLANKEN,
JAN
BIJL,
REINDERT
LAKEMAN
en
HERMANUS
KOLKMAN,
allen
alhier;
dat
bij
de
inzending
van
bezwaarschriften
moet
worden
overgelegd
een
duplicaat
van
het
betrek
kelijk
aanslagbiljet,
tegen
betaling
van
5
cents
bij
den
ontvanger
verkrijgbaar.
Wordende
de
ingezetenen
bij
deze
in
het
bij¬
zonder
indachtig
gemaakt,
dat
art.
27
der
wet
van
29
Maart
1833,
Stbl.
No.
4,
door
de
wijzi¬
gingen,
welke
bij
de
wet
van
9
April
1869,
Stbl.
No.
59,
daarin
zijn
gebracht,
luidt:
§
1.
Die
na
den
15den
Mei
een
perceel
in
gebruik
neemt,
is
voor
dat
perceel
de
belasting
naar
de
vier
eerste
grondslagen
voor
den
tijd
des
dienstjaars,
die
dan
nog
over
is,
verschuldigd.
§
2.
Aan
den
belastingschuldige,
die
in
den
loop
des
dienstjaars
een
perceel
verlaat,
zonder
daarin
eenige
roerende
goederen
of
iemand
in
zijn
dienst
achter
te
laten,
wordt
ontheffing
ver¬
leend
van
zijn
aanslag
naar
de
vier
eerste
grond¬
slagen,
voor
den
tijd
des
dienstjaars,
die
dan
nog
over
is,
indien
daarvan
door
hem,
binnen
den
tijd
van
een
maand,
volgende
op
die,
waarin
hij
het
perceel
verliet,
tegen
bewijs
schriftelijk
aan¬
gifte
is
gedaan
ten
kantore
van
den
ontvanger,
op
een
aldaar
kosteloos
verkrijgbaar
biljet.
De
ontheffing
wordt
ook
verleend
over
het
3/m.
tijdvak,
waarin
het
perceel
werd
verlaten,
indien
de
belastingplichtige
daarna,
doch
in
den
loop
van
datzelfde
tijdvak,
een
ander
perceel,
waarvoor
hij
belastingplichtig
is,
in
gebruik
neemt.
Bij
overlijden
van
den
belastingplichtige
treden
zijne
erfgenamen
in
dezelfde
rechten
en
verplich¬
tingen.
De
aangiften,
volgens
het
eerste
en
derde
lid
ingediend,
worden
als
gewone
bezwaarschriften
aangemerkt
en
behandeld.
HOORN,
den
30
April
1889.
Burgemeester
en
Wethouders
voornoemd,
D.
VAN
AKERLAKEN
L.-B
Be
Secretaris,
W.
VAN
WANING
Jr.
BUITENLAND.
De
groote
republiek
der
Vereenigd©
Staten
van
Noord-Amerika,
vierde
jl.
Dinsdag
feest
ter
eere
van
George
Washington,
haren
grondvester,
die
den
30sten
April
1789
zijn
ambt
al»
president
der
nieuwe
republiek
aanvaardde.
Reeds
den
6den
Maart
was
Washington
door
h<*
cnugres,
nadat,
dit
eindelijk
een
grondwet
had
ontworpen
en
goedgekeurd,
eenstemmig
tot
presi¬
dent
gekozen.
Het
geheele
volk
stelde
onbeperkt
vertrouwen
in
den
man,
onder
wiens
leiding
de
Amerikanen
hun
onafhankelijkheid
bevochten,
en
dit
vertrouwen
bleek
niet
ongegrond.
Uit
den
aard
der
zaak
waren
de
eerste
jaren
der
jonge
repu¬
bliek
de
moeilijkste,
maar
toen
Washington,
na
in
1793
herkozen
te
zijn,
in
1797
aftrad
en
niet
weer
in
aanmerking
wilde
komen,
was
de
jonge
Staat
bevestigd.
John
Adams,
de
tot
Washingtons
opvolger
gekozen
vice-president,
kon
toen
reeds
de
regeering
aanvaarden
over
eeD,
op
degelijken
grondslag
gevestigden
staat....
Met
reuzenschreden
ging
de
republiek
vooruit.
Toen
Washington
als
president
optrad,
bestond
de
republiek
uit
13
staten
met
een
bevolking
van
ruim
3,000,000
zielen,
terwijl
zij
nu
na
100
jaren
van
ongehoorden
voorspoed
38
staten
telt
met
een
bevolking
van
bijna
60,000,000
zielen.
Geen
wonder
dan
ook,
dat
van
alle
kanten
burgers
der
republiek
naar
New-York
stroomen,
ten
einde
dit
eeuwfeest
op
waardige
wijze
te
helpen
vieren.
Dinsdag,
de
algemeene
vrije
dag,
begon
met
fraai
weder.
In
alle
kerken
werden
godsdienst¬
oefeningen
gehouden.
Reeds
met
zonsopgang
don¬
derden
de
saluutschoten
van
oorlogsschepen
en
forten;
de
kerkklokken
speelden
vaderlandsche
liederen
en
reeds
vroegtijdig
waren
troepen
op
de
been,
om
zich
naar
de
aangewezen
plaatsen
te
be¬
geven,
waar
ze
zich
voor
de
parade
opstelden.
Na
de
kerkelijke
plechtigheid
begaf
de
presi¬
dent
zich
naar
de
stelling,
nabij
het
standbeeld
van
Washington
opgericht,
waar
zich
duizenden
menschen
in
de
straten,
voor
de
vensters
en
op
de
daken
der
huizen
hadden
verzameld.
Na
de
openingsredevoeringen
hield
de
heer
Cb.
M.
Depew
eene
rede,
die
warm
werd
toege¬
juicht.
Hij
herdacht
den
bloei
van
de
groote
re¬
publiek,
die
door
geen
leger
in
haren
vooruitgang
belemmerd
wordt,
wier
vloot
met
de
uitbreiding
Van
den
handel
vermeerdert,
wier
inwendige
vrede
door
verstandige
overeenkomsten
tusschen
de
Uniestaten
gewaarborgd
is.
//De
invloed
van
Washington
doet
zich
na
100
jareu
nog
gevoelen,
hij
legde
den
grond
voor
de
vrijheid
van
den
Amerikaanschen
burger.
Met
dit
sprekend
ver¬
leden
en
dit
glorierijk
heden
gaat
het
Amerikaan-
sche
volk
met
hoop,
vreugd
en
zelfvertrouwen
een
nieuwe
eeuw
te
gemoet."
President
Harrison
vulde
deze
woorden
aan,
door
het
Amerikaansche
volk
Washington
tot
een
voorbeeld
van
nauwgezette
plichtsbetrachting
te
stellen
en
zijn
medeburgers
aan
te
sporen
hem
daarin
na
te
volgen.
De
parade,
die
door
den
President
werd
be¬
zocht,
werd
natuurlijk
ook
door
muziek
en
vlaggen
opgeluisterd
en
door
een
ontelbare
menigte
bijge¬
woond.
Des
avonds
werd
een
groot
feestmaal
voor
800
gasten
in
het
opera-gebouw
gegeven
en
waren
de
straten
schitterend
verlicht,
waarna
de
dag,
een
der
schoonste
die
New-York
ooit
gezien
heeft,
door
vuurwerk
besloten
werd.
Als
generaal
Boulanger
zijne
plannen
met
de
tegenwoordige
Fransche
Regeering
weet
ten
uitvoer
te
leggen,
dan
ziet
het
er
in
de
naaste
toekomst
niet
rooskleurig
voor
haar
uit.
Hoe
wij
dat
weten?
Wel
hij
maakt
er
volstrekt
geen
ge¬
heim
van.
De
generaal
heeft
zijn
52sten
verjaar¬
dag
gevierd.
Al
was
hij
niet
bij
hen
naar
het
lichaam,
daarom
vergaten
de
Boulangisten
hunnen
leider
niet.
Onder
voorzitting
van
den
heer
Laguerre
hielden
zij
te
Parijs
een
feestmaal,
waarbij
omstreeks
250
zijner
getrouwen
aanza¬
ten.
De
heer
Laguerre
stelde
een
dronk
in
op
den
leider
der
nationale
partij
en
las
daarna
weer
een
brief
voor
van
Boulanger,
waarin
de
gene¬
raal
nogmaals
verzekerde,
dat
hij
slechts
één
rechter
erkende
nl.
het
volk
en
zich
in
geen
ge¬
val
aan
de
rechtspraak
van
den
Senaat
zou
on¬
derwerpen.
,/Spoedig
echter
—
zegt
Boulanger
met
kinderlijke
openhartigheid
—
hoop
ik
weer
bij
u
te
zijn.
Dan
zullen
we
de
intriganten,
die
nu
Frankrijk
regeeren,
het
land
uit
jagen
en
dan
eerst
kunnen
wij
samenwerken,
zonder
dat
iet,
gelijk
nu,
als
een
misdaad
wordt
beschouwd,
als
men
den
bloei
van
het
land
bevordert.-"
Een
wonderlijke
opvatting
van
de
bevordering
FEUILLETON.
De
Droom.
Naar
het
Fransch
van
EMILE
ZOLA.
IV.
Louis
Franchomme,
een
neef
van
moeder
Nini,
was,
na
lang
met
hevige
koortsen
te
bed
gelegen
te
hebben,
gedurende
een
maand
in
zijn
dorp
te¬
ruggekeerd
om
volkomen
door
de
buitenlucht
te
herstellen.
En
het
was
bij
die
gelegenheid,
dat
Thérèse
het
kind
leerde
kennen.
Zij
was
zooveel
van
Angélique
gaan
houden,
dat
zij
verzocht
haar
mede
naar
Parijs
te
mogen
nemen
om
haar
op
te
leiden
in
het
bloemenmaakstersvak.
Drie
maanden
later
stierf
haar
man,
ze
was
toen
zelve
ziek
en
zag
zich
verplicht
haar
intrek
te
nemen
bij
haar
broeder,
den
leerlooier
Rabier,
gevestigd
te
Beau¬
mont.
Zij
overleed
in
diens
huis
in
het
begin
van
December
en
droeg
de
zorg
voor
de
kleine
Angélique
op
aan
hare
schoonzuster,
die
het
kind
echter
sloeg,
mishandelde
en
als
een
martelares
deed
lijden.
//Rabier,"
herhaalde
Hubert,
//Rabier
.
.
.
Ra-
bier
.
.
.
ja,
ja,
zeker
nu
herinner
ik
het
mij!
Hij
is
leerlooier,
hij
woont
aan
de
Ligneul,
in
de
benedenstad
...
De
man
drinkt
en
de
vrouw
leeft
al
even
slecht."
//Zij
behandelden
mij
schandelijk,"
vervolgde
Angélique
opnieuw
uitbarstende,
bij
de
gedachte
aan
hetgeen
zij
dikwijls
doorstaan
had.
//Zij
zei¬
den
dat
de
sloot
de
eenige
plaats
was,
waar
bas¬
taardkinderen
thuis
behoorden.
Wanneer
ze
mij
geslagen
had,
totdat
ze
niet
meer
kon,
zette
ze
wat
eten
op
den
grond,
alsof
ik
hare
kat
was,
en
dikwijls
ging
ik
nog
zonder
eten
slapen
.
.
.
O
...
ik
zou
mezelve
vermoord
hebben!
.
.
."
Ze
maakte
eene
beweging
van
woedende
wan¬
hoop.
//Gisteren,
op
Kerstmorgen
waren
ze
allebei
dronken
en
toen
hebben
ze
zich
op
mij
gewor¬
pen
en
dreigdeu
mij
met
hun
duimen
de
oogen
uit
mijn
gezicht
te
persen.
Maar
zij
zijn
geëin¬
digd
met
elkaar
af
te
ranselen
en
ze
hebben
zoo
gevochten
dat
ik
dacht,
dat
ze
beiden
dood
neer¬
vielen.
Ze
lagen
languit
op
den
vloer.
Ik
had
me
al
lang
voorgenomen
weg
te
loopen,
maar
ik
wilde
mijn
boekje
niet
achterlaten.
Moeder
Nini
liet
me
het
dikwijls
zien
en
zeide
dan:
//Dit
is
alles
wat
je
bezit,
kind,
indien
je
dat
niet
hadt,
dan
hadt
je
niets."
En
ik
wist,
waar
zij
het
be¬
waarden,
sinds
den
dood
van
moeder
Thérèse,
in
de
lade
van
den
hoekkast.
Ik
heb
het
daaruit
gehaald
en
ik
beu
weggeloopen
met
het
boek
stevig
onder
mijn
arm
tegen
mijn
lijf
gedrukt.
Maar
het
was
zoo
groot,
en
ik
verbeeldde
mij
dat
iedereen
het
zag
en
het
mij
wilde
afnemen.
O,
ik
heb
geloopen,
geloopen!
en
toen
het
don¬
ker
werd,
kreeg
ik
het
zoo
koud,
en
de
nacht
duurde
zoolang,
ik
zat
tegen
de
deur,
en
ik
was
zoo
koud,
dat
ik
niets
meer
voelde
en
soms
dacht
dat
ik
niet
meer
leefde.
Maar
dat
kan
me
nu
allemaal
niets
schelen
...
ik
heb
het
behou¬
den
.
.
.
daar!"
Zij
deed
een
sprong
en
rukte
den
Hubert's
die
hierop
niet
verdacht
waren
en
haar
heur
eigen¬
dom
juist
hadden
willen
teruggeven,
het
boek
uit
de
handen.
Toen
liet
zij
zich
weder
op
den
stoel
zinken,
en
viel
voorover
op
de
tafel,
met
de
wang
op
den
verschoten
omslag
van
haar
schat,
dien
ze
in
de
armen
hield
gedrukt
en
barstte
in
snik¬
ken
uit.
Haar
trots
was
diep
gekrenkt,
hare
ge¬
heele
ziel
scheen
op
te
gaan
in
deze
weinige
blaadjes
papier
met
versleten,
vuile
hoeken,
in
dit
waardelooze
voorwerp,
dat
haar
schat
uitmaakte
en
de
eenige
draad
was
die
haar
aan
het
aard-
sche
leven
bond.
Zij
kon
haar
hart
in
geen
woorden
lucht
geven,
hare
tranen
vloeiden,
vloei¬
den
zonder
ophouden.
En
deze
verluchting
van
haar
overkropt,
jeugdig
gemoed
had
ten
gevolge,
dat
zij,
toen
zij
het
hoofdje
weder
ophief,
er
we¬
der
uitzag
als
het
lieve,
blonde
bedelkind,
met
het
smalle
gezichtje,
de
oogen
van
de
kleur
der
Maartsche
viooltjes,
die
nu
als
achter
een
floers
verborgen
waren
en
den
edel
gevormden
hals,
welke
haar
het
voorkomen
gaf
van
een
kleine
heilige
op
een
kerkraam.
Plotseling
greep
zij
de
haud
van
Hubertiue,
drukte
er
hare
lippen
op,
die
zoo
weinig
liefkozing
ondervonden
hadden,
en
kuste
haar
vurig
en
bij
herhaling.
De
Hubert's
waren
er
innig
door
aangedaan,