Tekstweergave van WFNHC_1889_01_09_0001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
6de
Jaargang.
WOENSDAG
9
JANUARI
1889.
No.
5.
WE
-FRIESLAND
Nieuwe
Hoornsche
Courant.
Abonnementsprijs
per
kwartaal,
voor
Hoorn.
f
1,0
0
„
nu
fr.
per
post
-
1,20
Afzonderlijke
nommers
-
0,05
Hit
blad
verschijnt
Dinsdag-
en
Vrijdag-avond.
UITGEVER
P.
G
E
£
R
T
S,
HOORN.
Prijs
der
advertentiën
van
1—5
regels
.
ƒ
0,40
Elke
regel
daarboven
-
0,076
Groote
letters,
randen
enz.
worden
naar
plaats¬
ruimte
berekend.
Stukken
voor
de
Redactie,
uiterlijk
den
vorigen
dag.
Advortontiën
voor
deze
Courant
worden
ook
aangenomen:
voor
Rotterdam
door
het
Algemeen
Advertentie-Bureau
van
NIJGH
&
VAN
1
)I1
MAR
voor
l'rankrijk
door
WESTER
&
Co
te
Parijs
—
voorts
door
alle
Boekhandelaren
en
Postdirecteuren.
,
BUITENLAND.
In
Frankrijk
spreekt
men
in
deze
dagen
over
niets
anders
dan
over
de
verkiezingen,
welke
Zondag
jl.
hebben
plaats
gehad,
en
die,
welke
den
27sten
dezer
moet
plaats
hebben.
En
overal
staan
de
vereenigde
Bonapartisten,
Boulangisten
en,
zooal
niet
openlijk
dan
toch
in
het
geheim,
ook
de
Monarchisten
tegenover
de
republikeinen.
In
het
departement
der
Beneden-Chareute
heeft
eene
nieuwe
verkiezing
moeten
plaats
hebben,
omdat
Boulanger,
die
er
met
groote
meerderheid
verkozen
was,
het
mandaat
van
het
Noorder-de-
paitement
aanvaardde.
Wij
zijn
benieuwd
wie
er
verkozen
is,
graaf
Lemercier,
de
burgemeester
van
Saintes,
de
candidaat
der
republikeinen,
of
de
advocaat
Duport,
de
candidaat
der
Bonapartisten
en
Boulangisten.
Desgelijks
zijn
ook
de
kiezers
in
het
departement
der
Somme,
waar
ook
Bou¬
langer
verkozen
was,
andermaal
ter
stembus
op¬
geroepen.
Wie
heeft
hier
den
prijs
gewonnen,
generaal
De
Montaudon,
die
door
alle
Bonapar¬
tisten,
Monarchisten
en
Boulangisten
gesteund
wordt,
of
de
republikein
Ernest
Cauvin,
de
can¬
didaat
der
thans
vereenigde
Opportunisten
en
Radi¬
calen?
De
afloop
kan
van
grooten
invloed
zijn
op
de
aanstaande
verkiezing
te
Parijs;
want
nergens
aanbidt,
men
meer
het
succes
dan
in
Frankrijk.
Eene
overwinning
der
Boulangistische
candidaten
in
de
provincie,
bezorgt
Boulanger
duizenden
stemmen
meer
te
Parijs.
Boulanger
zelf
heeft
zijn
verkiezings-manifest
reeds
uitgevaardigd.
In
hoofdzaak
verschilt
het
weinig
van
de
verklaringen,
welke
hij
bij
vorige
verkiezingen
heeft
afgelegd,
maar
nu
bet
eene
verkiezing
geldt
in
het
republikeinsche
Parijs,
heeft
hij
er
een
sterk
gekleurde
republikeinsche
geloofs¬
belijdenis
in
opgenomen
en
uitdrukkelijk
op
den
voorgrond
gesteld,
dat
hij
er
niet
aan
denkt
ooit
als
dictator
op
te
treden.
Ofschoon
het
centraal-
comité
der
monarchistische
partij
te
Parijs
be¬
sloten
heeft,
juist
van
wege
dat
partijkiezen
voor
de
republiek
door
Boulanger,
hem
niet
openlijk
tot
haar
candidaat
te
proclameeren,
en
geen
candidaat
voor
een
vertegenwoordiger
van
het
Seine-Departemeut
te
stellen,
zullen
de
Monar¬
chisten
toch
wel
evenals
de
Bonarpartisten
hun
stem
op
den
generaal
uitbrengen,
van
wien
zij
de
omverwerping
der
bestaande
toestanden
verwachten,
de
eersten
om
voor
hunnen
koning,
de
laatsten
voor
hunnen
keizer
plaats
te
bereiden.
Natuurlijk
zullen
ook
de
republikeinen
hun
uiterste
krachten
inspannen.
Het
aangekondigde
congres
is
Zondag
gehouden.
Van
de
370
uitge¬
brachte
stemmen
verkreeg
de
heer
Jacques,
voor¬
zitter
van
den
Algemeenen
raad
der
Seine,
234
stemmen,
zoodat
hij
tot
eenig
republikeinsch
can¬
didaat
tegenover
Boulanger
is
gesteld.
De
DuitSChe
rijkskanselier
heeft
zijn
prooi,
offer
van
de
kleinzieligste
wraakzucht,
eindelijk
los
moeten
laten.
Professor
Geffcken
is
Zaterdag
op
last
van
het
Reichsgericht
te
Leipzig,
na
een
gevangenschap
van
ruim
drie
maanden,
op
vrije
voeten
gesteld.
Het
gerechtshof
heeft
namelijk
geen
termen
gevonden
om
den
hoogleeraar
„we¬
gens
het
openbaar
maken
van
staatsgeheimen
te
vervolgen,
omdat
de
wet
daarvoor
uitdrukke¬
lijk
„opzet"
noodig
acht
en
het
niet
gebleken
is,
dat
de
heer
Geffcken
inderdaad
de
bedoeling
heeft
gehad
met
de
openbaarmaking
van
het
dag¬
boek
van
keizer
Erederik
landverraad
te
plegen.
Daarmede
is
tevens
het
beslag
opgeheven,
dat
op
het
dagboek
is
gelegd.
Al
wat
liberaal
denkt
in
Duitschland
en
ver¬
ontwaardigd
was
op
Bismarck
en
den
jongen
kei¬
zer,
die
de
heerlijke
nalatenschap
van
den
edelen
vorst
aan
zijn
volk
door
dwangmaatregelen
wilden
onthouden,
opdat
toch
vooral
de
luister,
welke
er
afstraalt
van
den
overleden
keizer
niet
dien
des
rijkskanseliers
en
van
zijn
opvolger
op
den
troon
zou
doen
tanen,
al
wat
liberaal
denkt
in
Duitschland
verheugt
zich
over
de
uitspraak
van
het
Reichsgericht.
s,
Niet
zonder
leedvermaak
brengt
de
Freisinnige
Zeitung,
het
orgaan
van
den
heer
Richter,
den
leider
der
vrijzinnigen,
in
herinnering,
hoe
alles
is
mislukt
wat
door
den
keizer
en
den
kanselier
tégen
de
verspreiding
van
het
dagboek
is
onder
nomen.
Het
proces
tegen
de
Freisinnige
en
de
Kieler
Zeitung
moest
worden
gestaakt
en
nu
moet
ook
Geffcken
worden
vrijgelaten,
en
dat
nog
wel,
nadat
prins
Bismarck
in
zijn
bekend
rapport
aan
den
keizer
het
werk
van
den
hoogleeraar
als
schandelijk
landverraad
had
gebrandmerkt.
Een
nieuw
bewijs,
zoo
het
nog
noodig
ware
ter
overtuiging,
hoe
weinig
keizer
Wilhelm
II
de
nagedachtenis
zijns
vaders
eert,
en
hoezeer
hij
in
regeeringsopvatting
verschilt
van
zijn
libe
raleti
voorganger,
is
de
benoeming
tot
ridder
van
den
Zwarten
Adelaar
van
den
gewezen
Pruisischen
minister
Von
Puttkamer,
den
man,
die
door
de
uiting
der
ernstige
ontevredenheid
van
keizer
Erederik
genoodzaakt
werd
zijn
ontslag
als
minis¬
ter
te
nemen.
Deze
onderscheiding
baart
te
meer
opzien,
om¬
dat
volgens
de
statuten
dezer
hoogste
Pruisische
orde
het
aantal
der
ridders,
de
prinsen
van
den
bloede
en
de
leden
van
souvereine
huizen
niet
medegerekend,
niet
meer
dan
30
bedragen.
Dit
getal
mag
alleen
worden
overschreden
„om
over¬
wegende,
tot
buitengewone
eer
en
bijzonder
nut
van
het
Koninklijke
Huis
en
de
orde
zelve
strek¬
kende
redenen".
Daar
nu
het
getal
vóór
de
be¬
noeming
van
den
heer
Yon
Puttkamer
compleet
was,
vraagt
men
r.iet
zonder
ergernis
welke
dan
toch
de
overwegende
redenen
mogen
geweest
zijn,
welke
keizer
Wilhelm
bewogen
hebben
om
juist
dien
man
op
zoo
in
het
oogvallende
wijze
te
eeren,
welke,
door
zijn
vader
ontslagen,
hem
althans
nog
geen
diensten
bewezen
had!
De
Duitschers
zijn
in
hunne
koloniale
onder¬
nemingen
niet
voorspoedig.
Thans
wordt
uit
Apia,
de
hoofdstad
van
Upolu,
een
der
Samoa
of
Schip-
pers-eilanden
in
den
Grooten
Oceaan,
in
dato
28
Dec.,
gemeld,
dat
inboorlingen
zich
schuldig
hadden
gemaakt
aan
vernieling
van
Duitsch
eigen¬
dom
en
beleediging
van
mariniers,
die
zich
met
verlof
aan
wal
bevonden.
Een
landingscorps
der
Olga
werd
daarop
afgezonden
tot
begeleiding
van
den
Duitschen
consul
naar
de
plaats
waar
de
in¬
boorlingen
bijeen
waren
en
waar
de
consul
onder¬
handelingen
over
de
ontwapening
wilde
aanknoo-
pen.
Op
den
weg
derwaarts
werd
het
landings¬
corps
door
de
opstandelingen,
onder
aanvoering
van
een
Amerikaan,
Klein
genaamd,
overvallen
en
aangegrepen.
Bij
eene
daarop
gevolgde
landing,
waarbij
zich,
behalve
de
mariniers
van
de
Olga,
ook
die
van
de
Adler
en
Fier
bevonden,
werden
de
inboorlingen
teruggeworpen
en
eenige
aan
het
strand
gelegen
dorpen
vernield.
De
luitenant
Sie¬
ger
en
15
man
zijn
gedood,
de
luitenants
Spengler
en
Burchard,
benevens
36
man,
zijn
gewond.
Een
tweede
ongeluk
heeft
in
de
nabijheid
van
Bagamoyo,
op
Afrika's
Oostkust,
plaats
gehad.
De
Duitsche
kanonneerboot
Schwalbe
is
namelijk
al¬
daar
gestrand,
terwijl
men
er
aan
twijfelt
of
bet
schip
weer
vlot
te
maken
is.
Koning
Milan
van
Servië
heeft
na
het
kabi-
.rot-Christics
ontslagen
te
hebben
den
radicalen
generaal
Sava
Gruic
met
het
vormen
van
een
ministerie
belast.
De
heer
Gruic
is
volkomen
vrij,
behoudens
wat
betreft
de
departementen
van
Bui-
tenlandsche
zaken
en
Oorlog.
Tot
minister
van
Oorlog
en
Buitenlandsche
zaken
zullen
benoemd
worden
de
heeren
Topalovic
en
Franassovic,
beiden
vertrouwde
vrienden
des
konings,
die
tot
waar¬
borg
moeten
dienen,
dat
er
door
het
nieuwe
ka¬
binet
geene
wijziging
worde
gebracht
in
de
bui¬
tenlandsche
staatkunde.
Naschrift,
Generaal
Boulanger
kan
tevreden
zijn.
De
vereenigde
monarchisten,
Bonapartisten
en
Boulangisten
hebben
zijn
candidaten
zoowel
in
het
departement
der
Beneden-Charente,
als
in
dat
der
Somme,
met
groote
meerderheid
ver¬
kozen.
Geen
wonder
dat
door
de
republikeinen
met
bezorgdheid
de
verkiezing
van
27
Januari
tegemoet
wordt
gezien,
al
hebben
zij
nu
tegenover
Boulanger
voor
het
Seine-departement
ook
een
gemeenschappelijken
candidaat
in
den
heer
Jacques.
De
Engelsche
generaal
Grenfell
is
met
zijn
staf
uit
Suakim
weer
naar
Kaïro
vertrokken.
Kitchener-Pacha
heeft
nu
bet
opperbevel
weder
aanvaard
over
de
troepen,
welke
uit
2400
Egyp-
tenaars
en
Soedaneezen
bestaan.
Blijkens
berichten,
door
de
Standard
uit
Shang¬
hai
ontvangen,
heerscht
in
verschillende
deelen
van
het
Chineesche
rijk
hevige
hongersnood,
daar
door
de
droogte
de
oogst
op
vele
plaatsen
geheel
is
mislukt.
Daarentegen
is
de
provincie
Shan-tung
door
overstrooming
der
Gele-Rivier
ge¬
teisterd.
BINNENLAND.
—
Onder
het
opschrift:
„Onvervulde
Beloften",
brengt
het
Handelsblad
een
opstel
van
den
heer
Van
Houten,
in
het
Januari-nuramer
van
„Vragen
des
Tijds",
onder
de
aandacht
zijner
lezers,
waarin
deze
de
groote
teleurstelling
der
radicalen
bespreekt,
die
de
liberalen
hebben
helpen
verslaan,
omdat
bij
de
samenstelling
van
het
tegenwoordig
Kabinet,
geheel
in
strijd
met
de
beloften
bij
de
stembus
gedaan,
de
conservatieve
partij
daarin
bet
leeuwendeel
heeft
erlangd.
Onder
meer
stelt
de
heer
Van
Houten
in
het
licht,
dat
de
heer
Domela
Nieuwenhuis,
die
meer
dan
eenig
ander
heeft
bijgedragen
tot
het
samen¬
gaan
der
radicalen
met
de
clericaler.,
in
de
Kamer
zoo
goed
als
niets
heeft
gezegd
of
gevraagd
dan
hetgeen
sedert
jaar
en
dag
door
de
liberalen
was
verkondigd
en
geëischt.
Van
dien
afgevaardigde
van
Schoterland,
zegt
de
heer
Van
Houten
het
volgende:
„Hij
heeft
nu
en
dan
zijne
eigenaardige
woorden¬
keus
ook
in
het
parlement
in
toepassing
gebracht,
en
daar,
gelijk
elders,
uit
het
oog
verloren,
dat
er
een
directe
samenhang
kan
zijn
tusschen
woorden
en
moorden.
Ook
wie
het
woord
hanteert,
moet
voorzichtig
zijn,
omdat
het
woord
met
noodwen¬
digheid
gedachten
opwekt,
en
de
gedachten
de
kiemen
zijn
der
daden.
De
miskenning
dezer
waarheid
is
alles
wat
den
heer
Nieuwenhuis
als
staatkundig
persoon
van
de
liberalen,
o.
a.
van
zijnen
zoo
heftig
bestreden
tegencandidaat
in
Schoterland
onderscheidt.
Betere
verhouding
tusschen
den
arbeid
en
de
traktementen
der
amb¬
tenaren;
—
uitbreiding
der
arbeidswetgeving;
—
afschaffing
van
accijnzen;
—
beperking
der
mili¬
taire
lasten;
-lijkverbranding;
-
statistisch
bureau;
—
toezicht
op
arbeiderswoningen;
-
handhaving
van
het
recht
van
vereeniging
en
vergadering
tegen
stoornis
en
beperking,
zoo
van
de
zijde
der
re¬
geering
als
van
eene
baldadige
menigte;
—
ver¬
oordeeling
van
de
rechtsregelen
omtrent
het
eigen¬
domsrecht,
voorzoover
deze
ten
gevolge
hebben,
dat
de
vruchlen
van
den
arbeid
des
eenen,
anders
dan
tegen
het
volle
equivalent,
in
handen
des
anderen
komen;
—
zachte
beoordeeling
van
den
misdadiger,
al
blijft
bet
noodig
tegen
anti-sociale
daden
in
eene
strafbedreiging
een
tegenwicht
te
zoeken;
deze
en
andere
zaken
zijn
voor
de
liberalen
geene
nieuwe
punten
op
hun
program.
Wie
dit
mocht
meenen,
toont
een
vreemdeling
te
zijn
in
de
politieke
geschiedenis
des
lands
en
in
de
geestelijke
beweging
dezer
eeuw.
Zelfs
in
zijn
afkeer
van
de
diplomaten
had
hij
tal
van
voorgangers.
Gloednieuw,
maar
ook
totaal
onjuist,
was
de
mee¬
ning,
dat
in
de
ministerieele
departementen
de
secretarissen-generaal
best
konden
worden
gemist.
Wat
van
al
het
door
hem
gewenschte
tot
dusverre
in
onze
wetten
en
zeden
verwezenlijkt
is,
hebben
wij
aan
de
liberale
partij
van
het
verleden
te
danken,
en
wat
daarvan
nog
niet
tot
stand
ge¬
bracht
werd,
is
daarop
afgestuit,
dat
eenige
achter-
F'ETTIL.L.JETOÏV.
Een
Wees.
ui.
De
tijd
spoedde
voort.
Hector
was
negentien
jaren,
toen
Ashton
voor
de
tweede
keer
de
hoeve
bezocht.
Hij
kwam,
om
hen
vaarwel
te
zeggen,
wijl
hij
naar
Italië
ging.
Maar
hij
verzocht
Hec¬
tor,
hem
als
secretaris
naar
Rome
te
vergezellen,
waar
hij
zich
door
de
studie
der
oude
meesters
verder
oefenen
kon.
Na
een
verblijf
van
tien
da¬
gen
keerde
hij
naar
Londen
terug,
met
de
be¬
lofte
om
zijn
protégé,
wanneer
hij
er
toe
geneigd
was,
over
eene
week
af
te
halen.
Hector
had
een
zwaren
kamp
te
strijden.
Aan
den
eenen
kant,
kon
hij
niets
beters
wenschen,
dan
naar
Italië
te
gaan,
en
aan
den
anderen
twijfelde
hij
of
hij
zijne
pleegouders
wel
mocht
verlaten
zelfs
om
zulk
een
reden;
maar
bovenalles
kwelde
hem
Ella.
Kon
hij
haar
verlaten,
zijn
liefste,
welker
oogen
zoo
duidelijk
schenen
te
zeggen,
dat
ze
niet
gelukkig
kon
zijn,
wanneer
hij
vertrokken
was?
Maar
Ja¬
cob
Gilles
maakte
aan
den
strijd
een
einde,
door
hem
zijne
wensch
te
kennen
te
geven,
dat
hij
het
aanbod
zou
aannemen.
„We
zullen
u
maar
al
te
zeer
missen,
mijn
jongen",
zeide
hij
vriendelijk
en
zijne
stem
beefde,
toen
hij
de
zware
hand
op
Hectors
hoofd
legde.
„We
zullen
u
droevig
missen.
Mijn
eigen
kinde¬
ren
zijn
niet
gehoorzamer
of
meer
liefdevol
ge¬
weest
dan
mijn
aangenomen
zoon.
En
geen
ander
kon
u
beter
hebben
liefgehad
dan
ik
of
meer
be¬
droefd
zijn,
nu
gij
henengaat;
maar
't
is
het
beste.
Ge
zult
veel
leereu,
Hector,
en
wanneer
ge
terugkomt,
bedenk
dan,
dat
zoolang
wij
een
stuk
brood
hebben,
gij
't
met
ons
kunt
deelen
—
even
goed
als
vroeger.
Foei",
zeide
hij,
toen
Hec¬
tor
zich
snikkend
in
zijne
armen
wierp,
„tranen
zijn
goed
voor
meisjes,
jongen
lief!"
„God
zegene
u,
vader!"
zeide
Hector
met
een
ontroerde
stem.
„Hij
zij
u
zoo
genadig,
als
g®
mij
geweest
zijt!
jaren
en
jaren
vau
dankbaarheid
kunnen
't
u
niet
vergoeden;
maar
God
zal
u
zekerlijk
zegenen
voor
uwe
liefde
jegens
den
ar¬
men
wee»."
't
Afscheid
was
droevig.
Juffrouw
Gilles
had
over
George's
vertrek
niet
meer
geschreid
dan
nu.
En
hoe
zou
ik
van
Ella's
smart
spreken
kunnen.
„Ge
zult
mij
vergeten",
zeide
ze,
toen
zij
voor
't
laatst
samen
wandelden.
„De
heer
Ashton
is
rijk
en
kinderloos
en
hij
houdt
van
u.
Gij
zult
een
groot
kunstenaar
worden
en
mij
vergeten."
Hector
zag
haar
met
een
verwijtenden
blik
aan.
„U
vergeten
Ella?
sprak
hij,
u
de
engel
mijner
jeugd
en
nu
mijne
bruid!
u
vergeten!"
„Neen
Hector,
wees
niet
boos.
Bemin
mij
al¬
tijd",
antwoordde
zij,
haar
hoofd
tegen
zijn
schou¬
der
leunende,
„heb
mij
altijd
lief;
want
uwe
liefde
is
mijn
leven.
Ach
Hector
—
ik
kan
u
niet
la¬
ten
gaan.
Doch
't
is
goed
—
gij
moet
gaan;
maar
't
is,
alsof
mij
't
hart
verscheurd
wordt,
mijn
lieveling."
Hij
beloofde
haar,
nooit
te
veranderen
en
haar
altijd
lief
te
hebben,
zoo
lang,
tot
ze
eindelijk
weer
glimlachte.
Toen
spraken
ze
over
de
blijde
toekomst,
wanneer
hij
als
een
beroemd
kunstenaar
weer
zou
komen,
om
zijn
bruid
op
te
eischen.
En
hij
vertrok.
Er
was
een
leegte
in
de
hoeve.
Voor
hij
vertrokken
was,
wisten
ze
niet,
wat
de
jongen
voor
hen
geweest
was.
Nu
misten
ze
hem
altijd.
Wederom
waren
er
twee
jaren
voorbijgegaan
en
we
keeren
tot
Hector
terug.
In
een
prachtig
stu¬
dio
te
Florence
zat
een
groep
van
vijf
personen
—
de
heer
Ashton,
zijn
jong
gehuwde
vrouw,
hare
dochter
Nina,
een
jong
schoon
Italiaansch
meisje
van
zestien
jaren,
een
Engelschman
van
een
zeer
goed
voorkomen,
de
verloofde
van
Nina
Cameron
en
Hector,
onze
Hector.
„'t
Is
dan
alzoo
uwe
een-en-twintigste
verjaar¬
dag,
Hector",
sprak
Ernst
Grant,
de
jonge
En¬
gelschman
van
wien
ik
zoo
even
sprak.
„Welke
cadeaux
hebt
gij
gekregen?"
„Een
haren
horlogie-bandje
van
Nina,
een
kus
van
mevrouw
Ashton
en
dit
boek
van
den
heer
Ashton",
was
het
antwoord.
„Als
ik
nu
maar
iets
uit
Engeland
hoorde
of
eenig
antwoord
kreeg
op
mijn
vele
brieven,
dan
zou
't
een
gelukkige
dag
voor
mij
zijn!
Ah",
riep
hij,
terwijl
de
knecht