Tekstweergave van WFNHC_1888_02_25_0003

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
aan het bestuur schriftelijk kenbaar had gemaakt, dat hij in geen geval een candidatuur in dit dis¬ trict tegenover den heer Van Dedem zou willen aanvaarden. Spr. zal eerst het woord aan den heer Van Dedem geven, en daarna zullen de werkzaamhe¬ den, volgens het reglement, plaats hebben, die ditmaal alleen zullen bestaan uit het opgeven en bespreken van candidaten. De heer Fan Dedem deelt mede, dat hij de aan hem gerichte vereerende uitnoodiging zonder aarzelen heeft aangenomen. Hij meent dat 't niet de bedoeling is geweest hem naar zijne beginselen te vragen, nadat hij de eer heeft gehad gedurende meer dan zeven jaar het district Hoorn te vertegenwoordigen en in dien tijd van zijne beginselen heeft doen blijken. Ook niet om hem een uitgewerkt programma te vragen. Terecht vroeg onlangs de heer Borgesius: wat zou er van worden indien ieder kamerlid zulk een program geven ging? Hij heeft de uitnoodiging aldus opgevat dat men zijn oordeel wenschte te weten in groote trekken over hetgeen in het nieuwe tijdperk, dat wij met de grondwetsher¬ ziening zijn ingegaan, in de eerste toekomst het streven der liberale partij behoort te zijn. Dat onderwerp is in de laatste dagen reeds door ver- scheidenen zijner medeleden behandeld. Daarbij openbaarde zich het was een gelukkig ver¬ schijnsel —- een groote eenstemmigheid. Spreker, die in deze eenstemmigheid deelt, zal dus niets nieuws hebben te zeggen. Gaarne zal hij echter, indien men hem daartoe eenige oogenblikken aan¬ dacht wil schenken, de hoofdpunten nog eens aanstippen. Hij begint dan met er aan te herinneren dat de groote beteekenis van de grondwetsherziening van 1887 deze is, dat zij de grenzen, waar bin nen de gewone wetgever was beperkt, heeft uit gezet ten einde dezen in staat te stellen de wet geving met de beboetten van den tijd in over¬ eenstemming te brengen. Van die meerdere vrij¬ heid zal de nieuwe kamer zooveel mogelijk partij hebben te trekken. In de eerste plaats geldt dit voor ons belas tingstelsel. De band, die tusschen de belastingen en het kiesrecht bestond, heeft verbetering van het belastingstelsel bemoeilijkt Die band is thans wel niet geheel verbroken maar toch grootendeels losgemaakt. Niet langer mag worden gedraalr met de hand aan het werk te slaan. Spreker wijst er op dat da belastingen thans het zwaarst druk¬ ken op de minder vermogenden, een grooter deel van hun uitgaven (vertering) vorderen dan voor de meer vermogenden het geval is. De mutatie¬ rechten werken nadeelig door den omzet van den grond te belemmeren, die hem brengen zou in de beste handen en komen ook weder ten laste van hen, die dat hel minst kunnen lijden. Nij¬ verheid en handel worden onevenredig gedrukt daar zij worden getroffen èn door de verouderde en gebrekkige patentwet èn door het personeel dat zich uitstrekt tot localiteiten, inwonende werk- boden, en paarden, die voor het bedrijf in gebruik zijn. De kleine ambachten en neringen lijden daar het meest onder. Daarentegen is het kapitaal in portefeuille onbelast. Algemeen is de overtuiging bij de liberale partij, dat eene inkomstenbelasting, zoo veel mogelijk verband houdende met d~ draagkracht, dit moet komen treffen, waarin, naar spreker meent, het patent zich zal moeten op¬ lossen en waarbij tevens met de grondbelasting rekening zal zijn te houden. Naast die inkomsten¬ belasting kan het personeel als verterings-belas- ting in stand blijven, doch dit moet dan in betere verhouding tot de vertering gebracht worden. Hierdoor zal de eenzijdige druk, waarop spreker wees, reed» ten deele worden weggenomen. Af¬ schaffing van de accijnsen op de eerste levens¬ behoeften, vermindering der mutatierechten, zoo ze niet geheel kunnen worden opgeheven, zal evenzoo ten doel moeten worden gesteld; tot het bereiken van dit doel zal een verstandige zuinig¬ heid in de huishouding van den Staat dienen mede te werken. Ken ander volksbelang, dat dringend voorzie¬ ning vereischt, is de landsverdediging. Het leger kost thans veel geld doch zijn getalsterkte is ge¬ heel onvoldoende voor de verdediging van onze liniën. Zonder te zware geldelijke lasten op de natie te leggen, was daaraan onder de vroegere grondwet niet te gemoet te komen, daar deze den dienstplicht tot 5 jaren beperkte. Die termijn kan thans worden verlengd. De deskundigen, die het verst gaan in hunne eischen, spreken van tien jaar. Daarentegen kan in andere opzichten de dienst, ook door gelegenheid*tot voorbereiding vóór den tijd der loting, minder bezwarend wor¬ den gemaakt. Voor hen, die voldoende blijken van geoefendheid geven, kan dan de dienst wor¬ den verkort. Wonen buiten de kazerne kan wor¬ den toegeitaan. De wensch een maximum van weerbaarheid met een minimum van offers kan en moet thans verwezenlijkt worden. Heeft het weerbaar maken van het vaderland ten doel om den oorlog te voorkomen, op een ander gebied kan de strijd tegen het buitenland niet worden ontgaan. Wel is er eene partij, dio door protectie een muur om Nederland zou wil¬ len optrekken en thans op oeconomisch gebied in isolement kracht zou willen zoeken. Doch daartegen zal de liberale pariij pal staan. Meer dan elders zou de protectie schadelijk zijn in een klein land, dat door den handel groot is gewor¬ den en nog aan den handel voor een goed deel zijn bloei verschuldigd is. Is de liberale partij daarom blind voor de ge¬ varen der ontzettend toegenomen concurrentie? Zeer zeker niet. Wat de Staat in haar oog in de eerste plaats heeft te doen, dat is allen, die aan den strijd hebben deel te nemen, in de gelegen¬ heid te itellen zich daartoe zoo goed mogelijk toe te rusten. Daartoe is een algemeen ontwikke¬ lend volksonderwijs onmisbaar. Doch op de grond¬ slagen, die dit legt, moet door vakonderwijs voortgebouwd worden, practi«ch onderwijs, dat een degelijke voorbereiding geeft voor de te vervul len taak. Dr. Zaaijer wees den weg met opzicht tot de toekomstige werklieden. Ook voor den landbouw wordt de noodzakelijkheid van vakon¬ derwijs meer en meer erkend. Meer nog heeft de Staat op dit gebied te doen; de wetenschap tnoet voor den landbouw zooveel mogelijk vruchtbaar worden gemaakt. Het proefstation te Wageningen bewijst reeds goede diensten. Doch meer proefsta¬ tions moeten er komen en hun werkkring moet worden uitgebreid, ook tot het opsporen van den aard der gebreken, waaraan de landbouwproducten blootstaan en de middelen om die te voorkomen. Onze strafwetgeving moet //concurrentie met oneer¬ lijke wapenen" bestrijden; men denke aan den strijd tusschen natuur- en kunstboter. Zal door deze maatregelen ook het belang worden behartigd van hen, wier aandeel in de weldaden onzer beschaving het geringst is, dat de liberale partij meer voor hen wil doen, bewijst de enquête naar de werking van de wet op den kinderarbeid en den toestand van fabrieken en werkplaatsen met het oog op de veiligheid, de gezondheid en het welzijn der werklieden, op bet initiatief' van het liberale kamerlid, den heer Borgesius, oudernotnen. Spreker wijst er op dat deze enquete al heel wat licht heeft verspreid over wonde plekken in onze maatschappij, die staatszorg noodig maken. Voor sommige voor¬ zieningen zijn dit blijkt uit het rapoort der commissie de gegevens reeds verkregen. Voor verdere geleidelijke verbetering onzer wetgeving wil zij de uitkomsten van het met kracht voort te zetten onderzoek afwachten. Dit, zegt spreker, is het juiste standpunt. De zwakken te beschermen zonder aan de gebiedende levenseischen der nijver¬ heid te kort te doen, is een van de moeilijkste vraagstukken, waarvoor de wetgever zich kan ge¬ plaatst zien. Mag zonder void lende kennis der werkelijkheid niet worden gehandeld, van den anderen kant mag niets worden verzuimd om tot die kennis te geraken. Een hoogst belangrijk onderwerp, zegt spreker, werd in de redevoeringen zijner politieke vrienden in den regel slechts even aangeroerd. Hij doelt op onze koloniën. Geen wonder wanneer men in aanmerking neemt hoe bezwaarlijk zich hier laat beoordeelen wat in die verre gewesten te doen valt. Omtrent één beginsel, dat de richtsnoer onzer koloniale politiek moet vormen, durft hij echter gerust verklaren dat allen het eens zijn; dat namelijk zoowel plicht als welbegrepen eigen belang meebrengen om de vruchten van Neder- ands koloniaal bezit in indirecte voordeelen te zoeken, in de voeding, die zij aan onzen handel kunnen geven, in den afzet, dien zij aan de pro¬ ducten onzer nijverheid kunnen verschaffen, in den werkkring, dien zij aan Nederlands zonen openen, in de vele millioenen, welke deze, na volbrachten arbeid in het vaderland teruggekeerd, jaarlijks aan ons nationaal inkomen toevoegen. I Dat die indirecte voordeelen onder een recht¬ vaardig en goed bestuur meer en meer kunnen toenemen, lijdt geen twijfel. Na verder herinnerd te hebben aan de regeling der administratieve rechtspraak, door de nieuwe grondwet opgelegd, staat spreker nog even stil bij het voorloopig kiesreglement. Om het met juistheid te beoordeelen, dient men het eerst in werking te hebben gezien, dient men van nabij te weten wie van onze medeburgers het tot hett kiesrecht heeft geroepen, wie het daarvan heeft uitgesloten. De liberale partij zal zeker den plic h niet afwijzen om aan te vullon en te verbeteren wat aanvulling en verbetering zal blijken te be¬ hoeven. Te veel, te gewichtig, te dringend werk wacht echter thans, dan dat zulks terstond weder op den voorgrond zou mogen worden gesteld. Spreker eindigt met er op te wijzen, dat de laatste grondwetsherziening aan de liberale partij, na heftigen strijd, te danken is, en motiveert zijn vertrouwen dat deze, wanneer zij met een flinke meerderheid uit de stembus mocht komen, het tijdperk, daardoor geopend, tot een tijd van vruchtbaren parlementairen arbeid zal weten te maken. Het leven, dat zich alom in den lande onder de liberale kiezers openbaart, acht hij een gunstig voorteeken. Moge het door een schitterende overwinning worden bekroond! De voorzitter gelooft de tolk der vergadering te zijn, wanneer hij den heer Van Dedein dank zegt voor het gesprokene, en deelt tevens mede, dat genoemde heer zich bereid verklaart desge¬ vraagd nadere inlichtingen over de door hem be¬ handelde quaesties te geven. Spr. deelt verder mede, dat hij volkomen in¬ stemt met het gesprokene van der. heer Van Dedem, en vindt ook, dat de drukkende mutatie- en bjpotheekrechten moeten worden verminderd, en treedt in eenige beschouwingen over de war¬ ding der grondbelastingen. Dat zulks vooral in het belang van dit district zal zijn, behoeft hij bijkans niet te zeggen. Men vindt daar tegenover den couponknipper,1 die in vergelijking met anderen bijna geen be asting betaalt, daarom verklaart hij zich dan ook sterk voor een Rijks inkomstenbelasting. Wanneer men de Kamerverslagen van 1882 nagaat, dan zal men daaruit zien, dat de heer van Dedem een grondige studie van de werking der mutatierechten heeft gemaakt. Spr. hoopt ook, dat vakscholen voor zuivel¬ bereiding en tevens proefstations voor den land¬ bouw opgericht zullen worden. De bevordering van het lager onderwijs, waar¬ aan in de groote steden blijkens de enquête zoo¬ veel ontbreekt, zullen wij ook aan de goede zorgen van den heer Van Dedem gaarne toevertrouwen. Spr. zegt ten slotte, dat hij een allemans stem- trecht niet wenschelijk acht en vindt dan ook den toestand van landen, waar algemeen kiesrecht be¬ staat, niet zóó gunstig, om het in ons land in navolging te brengen. Hij is overtuigd, dat de heer Van Dedem niet speciaal onze belangen, maar den bloei van het geheele vaderland zal be¬ hartigen. De heer J. Qroot Jr. bedankt namens het be¬ stuur van de liberale kiesvereeniging „Burger- plicht" den voorzitter voor hetgeen laatstgenoemde bij de opening der vergadering gesproken heeft; tevens gelo ft hij uit naam der vergadering te spreken, wanneer hij den voorzitter een woord van dank zegt, voor hetgeen laatstgenoemde tot de oprichting van de c. 1. k. heeft bijgedragen. Spr. zegt verder, dat hij niet alleen het woord flevraagd heeft om dit mede te deelen, maar tevens om te vragen, of in deze vergadering alleen de bespreking der candidatuur-Van Dedem plaats heeft, zoo ja, dat men dan niet volgens het re¬ glement te werk gaat, daar iedereen vrij is een candidaat op te geven en in bespreking te brengen. Ten slotte stelt spr. den heer Van Dedem de volgende vragen: 1°. Hoe denkt de heer Van Dedem over scheiding van Kerk en Staat? j 2°. Hoe denkt hij over leerplicht ? 3*. Hoe denkt hij over persoonlijken dienstplicht ? De voorzitter vindt de vraag van den heer Groot, of in deze vergadering alleen de candida- tuur-Van Dedem wordt besproken, zeer begrijpe¬ lijk ; maar hoewel alle schijn daarvoor bestaat, is het toch volstrekt niet de bedoeling. Hij heeft eerst hel woord aan den heer Van Dedem gegeven, daar hij 't minder kiesch zou vinden, wanneer diens candidatuur besproken werd in diens tegenwoordigheid. Ten slotte herhaalt Spr. nogmaals hetgeen hij hij de opening der vergadering gezegd heeft, nl. dat na afloop van de rede van den heer Van Dedem, de vergadering zal overgaan tot het in bespreking brengen van candidaten. ue heer Far. Dedem begint met den heer Groot te bedanken voor de hem gegeven gele¬ genheid om het gesprokene aan te vuilefi. Ad lm". De beer Groot doelt natuurlijk op de finantieele betrekkingen tusschen den Staat en de Kerkgenootschappen. Spreker noemt de tegenwoordige finantieele ver¬ houding onbevredigend; van de kerkgenootschap¬ pen zelve zou hij wenschen practische voorstellen tot verbetering te zien komen. Ad 2om. Leerplicht is ongetwijfeld een logisch gevolg van het beginsel dat het onderwijs tot een onderwerp van Staatszorg maakt. De vraag is echter of in de practijk de nadeelen hier de voor¬ deelen niet zullen overtreffen en of het niet beter is te trachten zonder dwang het doel te berei¬ ken. Voor zich zeiven is hij nog niet tot een bepaalde overtuigiug gekomen. Met belangstelling ziet hij te gemoet het ontwerp eener regeling van den leerplicht, door een zeer bekwaam man, den schoolopziener De Kanter toegezegd, waar¬ door deze de practische uitvoerbaarheid van leer¬ plicht wil aantoonen. Ad 3am. De persoonlijke dienstplicht bestaat in bijna alle Europeesche staten. Nagenoeg alle deskundigen zijn het er over eens, dat hij on¬ misbaar is om tot eene goede samenstelling van het leger te komen. Spreker is dan ook van mee¬ ning dat de invoering er van in ons vaderland niet langer kan worden ontgaan. Hij wil er nog op wijzen dat in de staten, waar persoonlijke dienst¬ plicht inheemsch is, deze niet de nadeelen op¬ levert, welke sommigen er hier van vreezen. Men neemt daar aan dat hij een gunstigen invloed heeft op de lichamelijke ontwikkeling en vorming van die klassen der maatschappij, welke zich hier aan den dienstplicht onttrekken. Voor alle klas¬ sen heeft de onderlinge aanraking, welke hij mee¬ brengt, er heilzame gevolgen. De bezwaren, die aan den duur van den oefentijd worden ontleend, runnen, volgens deskundigen, worden vermindert door verkorting daarvan toe te staan aan ieder, die aantoont, dat hij de noodige geoefendheid en kennis heeft opgedaan. De bezwaren tegen het even in de kazernen kunnen worden weggeno¬ men door onder zekere voorwaarden, evenals in Duitschland, verblijf daarbuiten te veroorloven. Zal dit den vader geld kosten, hij zal daarentegen iu den zak houden wat hij thans voor een plaats vervanger uitgeeft. Wanneer, meent spreker, de eerste plicht tegen over den Staat niet langer op anderen zal kun¬ nen worden geschoven, maar persoonlijk zal moe¬ ten worden vervuld, zullen de gegoede klassen, voor zoover dat nog noodig is, zich er hier wel, evenals elders, spoedig mede verzoenen. De heer Groot dankt daarna den heer Van ledem, voor het zoo bereidwillig beantwoorden zijner vragen. Niemand ter vergadering had den heer Van Dedem nog iets te vragen. Genoemde heer ver- aat diarop de vergadering. De voorzitter deelt mede, dat de vergadering nu overgaat tot bespreking van candidaten, en verzoekt ieder, die een candidaat iu bespreking wenscht te brengen, dit kenbaar te maken door den naam op een stukje papier te plaatsen. Spr. zegt verder, dat in deze vergadering geen candidaat gesteld wordt, maar alleen candidaten in bespreking gebracht worden en dat de stem¬ ming over den candidaat in de plaatselijke kies¬ verenigingen plaats heeft, waarna het bestuur der c. 1. k. zitting zal houden, tot het opnemen der stemmen. Niemand ter vergadering had een candidaat op- gegeven; de voorzitter zeide dan ook terecht, dat de oogst schraal was in briefjes, maar rijk aan eenitem migheid. Spr. zegt verder, naar wij gehoord hebben en reeds wisten, is de heer Van Dedem iemand, die het vaandel van het liberalisme zal omhoog houden; en spreekt daarna een opwekkend woord om in de plaatselijke kiesvereeniging een trouwe opkomst te verkrijgen, opdat onze candidaat met een over- groote meerderheid uit de stembus kome. Op de vraag van den heer A. Keurenaer hoe groot het aantal kiesvereenigingen is, dat nog niet tot de c. 1. k. is toegetreden, antwoordt de voorzitter, dat er vier zijn, n 1. die te Purraerend, Oudendijk, Avenhorn en Oosthuizen. Laatstgenoemde vindt de contributie, 25 cents per lid, te hoog en eerstgenoemde heeft bericht, dat men zich nog niet kan aansluiten, daar het plaat¬ selijk reglement nog herzien moet worden. Wan¬ neer spr. goed gelezen heeft dan is die aanslui¬ ting slechts een quaestie van tijd. De kiesvereeniging te Middelie heeft zich bij Edam aangesloten, dus die is ook tot de c.l.k. toegetreden. Of er eene kiesvereeniging te Ursem bestaat, tan spr. niet zeggen. Spr. deelt nog ten slotte mede, dat uit plaatsen als Zwaag, Marken enz., waar geen kiesvereeni¬ gingen bestaan, toezeggingen van steun van in¬ vloedrijke personen zijn ontvangen, tot het doen verkiezen van den candidaat der c.l.k. Nadat de voorzitter nog medegedeeld had, dat iet bestuur a. s. Zaterdag 's morgens 10 uur, in het lokaal „de Witte Engel", zitting zal houden, tot het opnemen der stemmen voor een candidaat, sluit hij de vergadering. Ten slotte kunnen wij nog mededeelen, dat de heer Van Dedein ter vergadering heeft ver¬ klaard, in het Hoofdkiesdistrict Enkhuizen, tegen¬ over den heer Mr. D Visser van Hazerswoude, geen candidatuur te zullen aanvaarden. Kerk» en Schooluieuws. Het beroep naar de Hervormde gemeente te Nieuweschaus is door ds. J. Faber, emeritus predikant te Haarlem, aangenomen. Ev. Jjuth. Kerk. Brittal^ te Vlissingen: £ Fregeres te Groede; H. R. Snijder, te Tiel, en C. F. Stell- wag, te Deventer. Het departement Haarlem der Maatsch. tot nut van 't algemeen heeft besloten, het reglement van de Kweekschool voor onderwijzeressen aldaar, welke onder beheer staat van het departement^ in dier voege te wijzigen, dat voortaan de cursus ter opleiding voor 't examen van onderwijzeres zal zijn eene 4-jarige. Er zal een laagste oplei¬ dingsklasse aan den 3-jarigen cursus worden toe¬ gevoegd. *.""«Tot, onderwijzeres te Velzen is benoemd mej. Peereboom te Kolhorn; mej. M. G. van Waart, onderwijzeres te Midwoud, was no. 2 op dj/''ordracht- Er hadden zich op een salaris van ƒ 625 drie en veertig sollicitanten aangeboden. ADVERTENTIËN. Heden overleed na een kortstondige onge¬ steldheid, onze geliefde Echtgenoot, Vadtr, Behuwd- en Grootvader, de Heer Dk. KRUIJT, in den ouderdom van ruim vijf en zestig jaar. Uit aller naam, Je. DE GRAAF, Wed. Dk. Kkuijt. ochermeer, 18 Februari 1888. Voor de blijken van deelneming, zoowel van sommige zijner oud-collega's als van andere bekenden ondervonden, bij het overlijden van zijn vader, den heer H. D. G. A. Immink, betuigt de ondergeteekende zijn oprechten dank. H. A. M. IMMINK. IJselstein, Februari 1888. De Heer en Mevrouw P. A. YAN LOHUI- ZEN, betuigen hun hartelijken dank voor de bewijzen van belangstelling, bij de geboorte van hun Zoon ondervonden. Vaassen, 24 Februari 1888. TE KOOP, op een dorp in N.-Holland, een HUIS in tweeën bewoond, met STALLING, ook geschikt voor Winkel, met groote TUIN, en zes Heet. goed WEILAND, ook afzonderlijk Franco brieven aan C. VAN ZIJPVELT te Watergang.