Tekstweergave van WFNHC_1887_12_28_0001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
'er,
,
4de
Jaargang.
WOENSDAG
28
DECEMBER
4887.
No.
104.
s
r
!
7.53
i
8.—
1
8.04
l
8.11
i
8.19
!
8.23
1
8.29
i
8.36
!
8.43
WES
IEMAND
Nieuwe
Hoornsche
Courant.
Abonnementsprijs
per
kwartaal,
voor
Hoorn.
ƒ1,00
„
u
h
fr.
per
post
-
1,20
Afzonderlijke
nommers
-
0,05
Hit
blad
verschijnt
Dinsdag-
en
Vrijdag-avond.
UITGEV1K
P.
G
E
£
R
T
S,
HOORN.
Prijs
der
advertentiën
van
1—5
regels
.
ƒ
0,40
Elke
regel
daarboven
-
0,07'
Groote
letters,
randen
enz.
worden
naar
plaats¬
ruimte
berekend.
Stukken
voor
de
Redactie,
uiterlijk
den
vorigen
dag.
Advertentiën
voor
deze
Courant
worden
ook
aangenomen:
voor
Rotterdam
door
het
Algemeen
Advertentie-Bureau
van
NIJGH
&
VAN
DITMAR
—
voor
Frankrijk
door
"WESTER
&
Co
te
Parijs
—
voorts
door
alle
Boekhandelaren
en
Postdirecteuren.
Belanghebbenden
!
Advertentiën,
in
deze
Cou¬
rant
g-eplaatst,
(waai*van
de
prijs
slechts
is,
van
1—5
reg-els
40
cents,
elhen
regel
meer
71/»
cent),
worden
bij
vier
ach¬
tereenvolgende
plaatsingen
slechts
driemaal
in
rekening
gebracht,
DUS
EENMAAL
GRATIS
;
bovendien
wordt
dezelfde
advertentie
TWEE¬
MAAL
GRATIS
opgenomen
in
het
Advertentieblad
voor
Medemblik,
omliggende
Gemeenten
en
de
Streek,
waarvan
eiken
Donderdag
4500
exemplaren
worden
verspreid.
A.ls
Gry
dus
annonces
te
plaat¬
sen
hebt,
denkt
er
dan
aan,
dat
WKST-
FRIESLAND,
NIEUWE
HOORNSCHK
CO
U
ÜAN
r
,
nu
de
v
oor
dee-
ligste
gelegenheid
tot
ad
ver¬
teeren
aanbiedt.
DE
UITGEVER.
INSCHRIJVING
voor
de
Nationale
Militie.
BURGEMEESTER
EN
WETHOUDERS
VAN
HOORN;
Gelet
op
art.
19
der
Wet
van
den
19
Augustus
1861
(Staatsblad
No.
72)
en
op
artikel
15
van
het
Koninklijk
Besluit
van
17
December
1861
(Staatsblad
No.
127.)
Herinneren
bij
deze
aan
de
verplichting
tot
het
doen
der
aangifte
ter
inschrijving
voor
de
MILITIE
in
de
volgende
maand
Januari,
als
wanneer
moeten
worden
ingeschreven
alle
man
nelijke
ingezetenen,
die
op
den
lsten
Januari
1888
hun
19de
jaar
waren
ingetreden,
alzoo
zij
die
in
1869
werden
geboren;
met
kennisgeving.
A.
Nat
blijkens
art.
15
der
wet
voor
ingezeten
wordt
gehouden:
1.
Hij
wiens
vader,
of
is
deze
overleden,
wiens
moeder,
of
zijn
beiden
overleden,
wiens
voogd
ingezeten
is
volgens
de
Wet
van
28
Juli
(Staatsblad
No.
44.)
2.
Hii,
die,
geen
ouders
of
voogd
hebbende,
F
E
U
1
L
L
E
T
O
N.
EINDELIJK
ONTDEKT.
XXII.
gedurende
de
laatste
aan
het
in
de
eerste
zinsnede
van
dit
artikel
vermelde
tijdstip
voorafgaande
achttien
maanden
in
Nederland
verblijf
hield.
3.
Hij
van
wiens
ouders
de
langstlevende
in¬
gezeten
was,
al
is
zijn
voogd
geen
ingezetene
mits
hij
binnen
het
rijk
verblijf
houdt.
Voor
ingezeten
wordt
niet
gehouden
de
vreemdeling,
behoorende
tot
een
staat,
waarin
de
Nederlander
niet
aan
den
verplichten
krijgsdienst
is
onderworpen,
of
waar
ten
aan¬
zien
der
dienstplichtigheid
het
beginsel
van
wederkeerigheid
is
aangenomen.
B.
Nat
blijkens
art.
16
der
wet
de
inschrijving
geschiedt:
1.
Vau
een
ongehuwde
in
de
gemeente,
waar
de
vader,
of
is
deze
overleden,
de
moeder,
of
zijn
beiden
overleden,
de
voogd
woont.
2.
Van
een
gehuwde
en
van
een
weduwnaar
in
de
gemeente
waar
hij
woont.
3.
Van
hem,
die
geen
vader,
moeder
of
voogd
heeft
of
door
dezen
is
achtergelaten,
of
wiens
voogd
buiten
's
Lands
gevestigd
is,
in
de
gemeente
waar
hij
woont.
4.
Van
den
buiten
's
Lands
wonenden
Zoon
van
een
Nederlander,
die
ter
zake
van
's
Lands
Jianet
in
een
vreemd
Land
woont,
in
de
—
v
-
~
in
Nederland
gewoond
heeft.
C.
Nat
blijkens
art
17
der
wet
niet
voor
de
Militie
worden
ingeschreven:
1.
De
in
een
vreemd
Rijk
achtergebleven
zoon
van
een
ingezeten,
die
geen
Nederlander
is.
2.
De
in
een
vreemd
Rijk
verblijfhoudende
ouderlooze
zoon
van
een
vreemdeling,
al
is
zijn
voogd
ingezeten.
3.
De
zoon
van
een
Nederlander,
die
ter
zake
van
's
Lands
dienst
in
's
Rijks
Overzeesche
bezittingen
of
Koloniën
woont.
D.
Nat
blijkens
art.
18
der
wet:
Elk,
die
volgens
art.
15
behoort
te
wor¬
den
ingeschreven,
verplicht
is,
zich
daartoe
bij
Burgemeester
en
Wethouders
aan
te
ge¬
ven
tusschen
den
lsten
en
31sten
Januari.
Dat
bij
ongesteldheid,
afwezigheid
of
ont
stentenis
zijn
vader,
of
is
deze
overleden,
zijn
moeder,
of
zijn
beiden
overleden,
zijn
voogd
tot
het
doen
van
die
aangifte
ver¬
plicht
is.
E.
Nat
btijkens
art.
23
der
wet:
Hij,
die
eerst
na
het
intreden
van
zijn
19de
jaar,
doch
vóór
het
volbrengen
van
zijn
20ste
ingezeten
wordt,
verplicht
is
zich
zoodra
dit
plaats
heeft,
ter
inschrijving
aan
te
geven
bij
Burgemeester
en
Wethouders
der
gemeente,
waar
de
inschrijving
volgens
art.
16
moet
geschieden.
Hierbij
gelden
de
bepalingen
der
2de
en
3de
zinsnede
van
art.
18.
Zijne
inschrijving
geschiedt
in
het
regis-
hut
van
oom
Jacob
—?
wij
zullen
daar
veilig
spreken
kunnen"
Welk
vermoeden
deed
haar
zoo
handelen?
Ik
betrad
het
kleine
achthoekige
gebouw
voor
het
eerst
van
mijn
leven
en
was
dadelijk
in
de
tegen¬
woordigheid
van
den
ouden
verlamden
man,
die
in
een
grooten
a.msloel
zat,
terwijl
zijne
leven-
F.
ter
van
het
jaar
waartoe
hij
volgens
zijn
leeftijd
behoort.
Nat
blijkens
art.
183
der
wet:
Ierland
te
onderdrukken.
Men
maakt
in
Ierland
onderscheid
tusschen
godsdienst
en
politiek,
en
men
meent
daar,
dat
de
godsdienst
vereenigbaar
De
overtreding
van
art.
18,
op
het
niet
is
met
de
meest
volledige
uitdrukking
der
men-
tijdig
aangeven
ter
inschrijving
of
verzuim
schelijke
vrijheid
en
met
de
meest
mogelijke
ver¬
der
aangifte
betrekking
hebbende,
wordt
ge
draagzaamheid
ten
opzichte
van
andere
geloofs-
straft
met
eene
boete
van
ƒ
25
tol
ƒ100.
belijdenissen."
G.
Nat
eindelijk
tot
de
voornoemde
inschrijving
\
Nu
de
heer
Dillon
zelf
zegt,
dat
hij
goed
Katho-
gelegenheid
zal
worden
gegeven,
ten
Raad-
liek,
d.
i.
goed
Roomsch
is,
dus
zullen
wij
hem
huize
dezer
Gemeente,
(maar
gelooven,
al
rieken
zijne
woorden
sterk
naar
op
DINSDAG
10
s
ANUARI1888,
i
SSST**
van
S
morg-ens
9
tot
S
namiddag-S
er
op
weten
is
deze,
dat
de
Iersche
priesters,
hoe
3
UUr.
|
onderworpen
ook
aan
Rome,
toch
nog
te
veel
HOORN,
den
4
December
1887.
Ierseh
bloed
in
de
aderen
hebben
om
te
vergeten,
Burgemeester
en
Wethouders
voornoemd,
nkt
de
bergeD"
ma"
Reeds
maakten
wij
in
ons
laatste
nummer
melding
van
een
hoofdartikel
van
de
Times,
waarin
dit
blad
meedeelt,
dat
de
Engelsche
regeering
zich
in
zekere
mate
bij
het
drievoudig
vredeverbond
zou
hebben
aangesloten
en
Italië
en
Oostenrijk
VAN
DE
DEM.
Ne
Secretaris,
W.
VAN
WAN
ING
Ja.
BUITENLAND.
.
k
,
Kk
,
,
„
De
Engelsche
regeering
gaat
voort
met
hare'het
zou
hebben
verleend
op
den
steun
barer
dwangmaatregelen
tegen
de
Nationale
Liga,
en
zeemacht
te
rekenen.
Hiermede
doelt
het
blad
op
wat
zal
zij
ook
anders
doen,
nu
zij
eenmaal
dien
e°n
mogelijken
aanval
op
de
Itahaansche
kusten.
weg
is
opgegaan.
Ter
halver
wege
omkeeren
zou
e
'JJ
en
.
ze^
e
tme'
.
zlJn
vo.or
'
(,a
haar
ondergang
zijn,
en
den
weg
van
dwang
tot
EnSe
a»d
zich
n.°S
met
militaire
operaties
op
het
'.Up
6jiuU-4oe..ie
haandelen.
zal„zii
er
den
moed
™8}e
'
L.6"'-
'g
*
T
'VL
der
den
druk
der
vervolging
voor
een
tijd
het
bestaand
]auaieger
bijna
het
eenige
rijk
werd,
zwijgen
opgelegd,
maar
allerminst
gebroken
is.
^
algemeei,e
dienstplicht
ontbrak.
Daaren-
Ook
de
poging
der
Engelsche
regeering
om
den
t
)leeft
Engeland
nog
de
machtigste
vloot.
Paus
op
hare
zijde
te
krijgen,
zoodat
deze
zijn
E
jand
is
daarom
niet
alleen
verplicht
dit
over-
geestelijk
gezag
zou
willen
doen
gelden
om
de
tef
zee
te
behouden
door
zijn
vloot
meer
Ieren
tot
onderwerping
te
brengen,
zou,
zelfs
m-;
^
meer
te
ontwikkelen,
maar
tevens
de
eenige
dien
zij
gelukken
mocht,
haar
niets
baten.
W»nt
|
zeemogendheid,
in
staat
Italië
te
ondersteunen,
de
Ieren,
hoe
goed-Roomsch
ook,
schijnen
den
^
daarom
heeft
Engeland,
zonder
eenige
geschre-
Paus
en
zijne
priesters
alleen
in
geestelijke
zaken
als
hunne
meesters
te
willen
erkennen.
Een
ver¬
wonderlijk
verschijnsel,
vooral
voor
ons
Neder¬
landers,
die
bij
ervariug
weten,
dat
een
goed
ge-
loovig
Roomsch
Christen
in
alle
opzichten
de
ge¬
hoorzame
dienaar
zijner
geestelijke
overheid
is
en
onmogelijk
onafhankelijk
kan
zijn.
Maar
hoe
verwonderlijk
ook,
in
Ierland
doet
zich
het
tegenovergestelde
als
te
onzent
voor.
Zoo
heeft
de
heer
Dillon,
een
der
leiders
van
de
nationalistische
partij,
zich
op
de
volgende
wijze
uitgelaten
over
de
pogingen
tot
toenadering
van
Engeland
tot
het
Vaticaan:
;,Ik
ben
Katholiek
en
ik
kom
daarvoor
uit;
maar
indien
de
heer
Balfour
(minister
voor
Ier¬
land)
zich
verbeeldt,
dat
hij
zijne
positie
zal
ver¬
beteren
door
zich
tot
den
paus
te
wenden,
ver¬
gist
hij
zich
in
de
Iersche
Katholieken.
Ofschoon
wij
den
paus
vereeren
als
het
hoofd
van
onze
kerk,
laten
wij
ons
in
onze
politiek
evenmin
lei¬
den
door
hem
als
door
den
sultan
van
Turkije,
zelfs
al
slaagde
de
heer
Balfour
er
in
—
hetgeen
niet
het
geval
is
—
den
steun
van
den
paus
te
verkrijgen
om
de
nationalistische
beweging
in
ven
overeenkomst,
de
hulp
zijner
vloot
toegezegd,
zoodra
een
of
andere
mogendheid
de
Italiaansche
kust
aanvalt
en
den
tegenwoordigen
toestand
in
de
Middelandsche
zee
tracht
te
wijzigen.
Volgens
de
Militdr
Zeitung,
een
te
Weenen
verschijnend
blad,
dat
ongeveer
in
dezelfde
ver-
houding
tot
de
Oostenrijksclie
regeering
staan
als
de
Invalide
tot
de
Russische,
is
de
13de
Ja¬
nuari
de
groote
dag,
waarop
beslist
zal
worden
of
de
oorlog
tusschen,
Oostenrijk
en
Rusland
uit
zal
breken,
al
of
niet.
„In
Rusland",
zegt
het
Weener
blad,
„worden
sedert
13
November
recruten
gelicht
en
naar
hun
regimenten
gezonden.
Dit
werk
is
tegen
13
Ja¬
nuari
afgeloopen
en
dan
eerst
komt
het
er
op
aan,
of
de
gewone
verloven
aan
hen,
die
het
langst
gediend
hebben,
zullen
worden
verleend.
Behoudt
Rusland
geen
grooter
aantal
soldaten
in
dienst
dan
het
gewone
cijfer
van
het
leger
op
voet
van
vrede
bedraagt,
dan
kan
men
aannemen,
dat
de
Czaar
den
vrede
wil.
Versterkt
Rusland
echter
stilzwijgend
het
actieve
leger
door
ook
de
Maar
al
mijn.,
'wijfelingen
gingen
weldra
over
in
eene
vaste
overtuiging
dat
het
geheim
opge¬
helderd
zou
worden
en
in
een
vurig
verlangen
om
zelf
daartoe
mee
te
werken.
Het
was
des
anderen
morgens
toen
ik
langs
de
Lacroix-laan
van
het
kleine
station,
waarheen
ik
Freeman
vergezeld
had,
terugkeerde,
dat
ik
Louise
weer
bij
den
vijver
ontmoette.
Zij
kwam
dadelijk
weer
naar
mij
toe,
blijkbaar
met
voor¬
bedachte
rade.
„Ik
heb
naar
u
uitgezien",
zeide
zij.
(Hoe
zoet
klonken
mij
die
woorden.)
„Ik
wist
dat
gij
naar
het
station
gegaan
waart.
Ik
heb
u
iets
te
vertellen
—
wilt
gij
met
mij
meegaan,
maar
de
scheen
geen
gedachten
in
te
zijn;
zijn
mond
bewoog,
maar
men
hoorde
geen
geluid.
Toen
ik
hem
zoo
aanzag
dacht
ik
aan
de
woor¬
den
van
den
dichter:
„De
wangen
vallen
in;
het
lichaam
buigt
voorover;
—
de
mensch
sterft;
en
er
is
geen
hope
meer
in
het
stof".
in
ccu
.....
Toen
ik
weer
naar
hem
keek,
toen
Louise
looze
handen
op
zijne
knieën
lagen.
Met
een
nader
kwam
en
hem
aansprak,
en
toen
ik
zag,
vreemd
gevoel
van
medelijden
en
ook
weer
van
hoe
zijn
hoofd
zonder
beweging
was
en
zijne
ontzag
zag
ik
dien
zwakken,
bijna
levenloozen
j
oogen
ook,
hoewel
de
uitdrukking
daarvan
ver-
nakomeling
aan
van
die
geschiedkundig
zoo
be-.
anderde,
alsof
de
klank
van
hare
stem
aange-
kende
familie,
die
de
laatste
dagen
van
zijn
treu-
(name
herinneringen
opwekte,
toen
ontdekte
ik,
rig
bestaan
doorbracht
in
eene
nederige
hut
en
dat
ik
dacht
aan
eene
gravure
van
Voltaire
in
in°
een
vreemd
land.
't
Was
gemakkelijk
in
mijne
het
Theatre
Fran?ais.
En
zoo
stelde
ik
hem
nnj
verbeelding
mij
zijne
voorouders
voor
te
stellen,
later
voor.
die
lange
reeks
van
krijgslieden,
staatslieden,
ho-
„
Hij
kan
geen
enkel
woord
spreken
,
zeide
Douise
velingeu
en
priesters
van
het
oude
regime,
en
aan
tot
mij,
„en
ik
geloof
dat
hij
nauwelijks
hooren
het
einde
de
figuur
van
dien
grijzen,
ouden
sol-
kan";
maar
toch
sprak
zij
met
zachte
stem.
„
Hij
zie
daat
der
Bastille,
vermoord
tusschen
het
Parijsche
er
evenwel
beter
uit
sedert
het
hegin
van
en
gepeupel
—
en
dat
nu
de
roem,
de
eer,
de
moed
zomer,
arme
oom
Jacob.
De
oude
man,
die
hem
van
het
verleden
in
dezen
man
en
op
deze
plaats
oppast,
is
uitgegaan,
zo
idat
wij
praten
kunnen,
teneinde
loopen
zouden.
Was
dat
niet
genoeg,
alsof
hier
niemand
was"
uraiiuuc
cou
ftiwu
*
—
te
gaan
zitten,
dat
ik
den
ouden
man
zonder
mij
om
te
keeren
zien
kon;
want
zijn
voorkomen
maakte
indruk
op
mij.
.
„Ik
wensch
te
vertrekken,
mijnheer
Unwin
,
begon
zij
op
eens
met
zachte,
gevoelvolle
slem,
„weg
te
gaan
van
deze
vreeselijke
plaats,
van
dien°
despoot,
dien
mijnheer
Steinhart;
ik
wil
heen-
craan
en
onderzoeken,
wat
er
van
mijn
armen
vader
geworden
is
en
ik
verzoek
u
mij
daartoe
te
helpen,
als
gij
zoo
goed
wilt
zijn".
„Heeft
mijnheer
Steinhardt
u
dan
iets
gedaan?
vroeg
ik.
„Ja.
Gisteren,
zooals
gij
weet,
sprak
ik
mijn¬
heer
Birley,
en
hij
zeide
mij
op
zeer
droevigen
toon,
bijna
ouder
tranen,
dat
hij
niet
meer
met
mij
kon
spreken.
Ik
vroeg
hem
waarom
—
en
toen
kwam
het
uit:
hij
zeide
mij,
dat
«rij
ales
wist
hoe
mijnheer
Steinhardt
zoo
verschrikkelijk
ondankbaar
was
geweest,
hoe
hij
hem
geruïneerd
had
Zijn
naam,
zeide
hij,
zou
nu
den
een
of
anderen
dag
in
de
courant
komen,
s
Avonds
daarop
vertelde
ik
mijnheer
Steinhardt,
dat
ik
itjiiemue
auuuou.
v
r
,
i
i
1
w
fLamn
vertelde
ik
raiintieer
oueinuarut,
u.tu
ia
om
het
hart
met
droefheid
en
wanhoop
te
ver-
Zij
deed
haar
hoed
en
mantel
at,
w<
nt
p
miine
of
van
dat
van
mijn
vullen?
Zijne
oogen
stonden
helder,
maar
er
was
zeer
bedompt
in
het
vertrek;
in
den
haard|eemg
geld,
van
het
mijne
ot
J