Tekstweergave van WFNHC_1887_01_08_0002
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
I
Zij
willen
nb.
ook
een
duit
in
liet
zakje
gooien.
Daar
durft
—
wordt
aan
de
Köfnische
Zeitung
uit
St.
Petersburg
geschreven
—
de
minister
van
Buitenlandsche
Zaken,
graaf
Robilanl,
in
tegen¬
woordigheid
nog
wel
van
den
Russischen
gezant,
baron
Uexkiill,
zijn
afkeuring
te
kennen
geven
over
Ruslands
optreden
in
Bulgarije
en
over
Kaulöars,
gedrag.
En
wat
het
ergste
is,
Ruslands
vertegen¬
woordiger
heeft
daartegen
met
geen
enkel
woord
geprotesteerd.
Flet
spreekt
van
zelf,
dat
dit
zwijgen
dien
gezant
minder
eer
zal
brengen
dan
aan
Kaul-
bars
diens
rumoerig
handelen.
Intusschen
heeft
de
Duitsche
regeering
bij
de
tweede
lezing
van
het
militaire
wetsontwerp
in
de
commissie
van
rapporteurs
uit
den
Rijksdag
opnieuw
een
nederlaag
geleden,
daar
elk
der
par¬
tijen
in
hoofdzaak
haar
standpunt
handhaafde.
De
regeering
bleef
bij
haar
eisch:
vaststelling
van
de
legersterkte
in
vredestijd
op
468,409
man
voor
zeven
jaren;
de
liberalen
bleven
er
bij
slechts
454,402
man
te
willen
toestaan,
en
het
centrum,
om
wel
het
geheele
getal
toe
te
staan,
maar
slechts
voor
drie
jaren.
Nadat
het
voorstel
der
liberalen
en
dat
van
het
centrum
verworpen
waren
—
de
conservatieven
en
nationaal-liberalen
steraden
tegen
elke
gedeeltelijke
bewilliging
—
werd
de
geheele
paragraaf
van
het
wetsontwerp
verworpen.
Het
tweede
artikel,
betreffende
de
versterking
der
Kaders,
wetd
aangenomen.
Heden
Vrijdag
zal
de
rapporteur
het
verslag
uitbrengen,
waarna
de
Rijksdag
het
ontwerp
zoo
spoedig
mogelijk
in
behandeling
zal
nemen.
Naschrift.
De
telegraaf
meldt
ons,
dat
niet
de
gouverneur-generaal
van
Canada,
de
markies
van
Lansdown,
maar
de
heer
E.
Stanhope,
thans
mi¬
nister
van
Oorlog
is
benoemd
en
deze
de
benoe¬
ming
heeft
aangenomen.
BINNENLAND.
—
Eene
voor
kooplieden
niet
onbelangrijke
be¬
slissing
werd
dezer
dagen
door
de
rechtbank
te
Amsterdam
gegeven.
De
eischer
vorderde
van
het
lid
eener
ontbon¬
den
firma
de
helft
van
hetgeen
hij
haar
had
ge¬
leend;
de
gedaagde
ontkende
zijne
aansprakelijk¬
heid,
waarop
de
eischer
overlegging
der
boeken
vorderde,
waartoe
de
gedaagde
zich
bereid
ver¬
klaarde
en
welke
door
de
rechtbank
werd
bevolen.
Nadat
ged.
door
liet
hof
niet
ontvankelijk
was
verklaard
in
zijn
appèl,
sommeerde
eischer
hem
om
de
boeken
over
te
leggen,
waarop
hij
ver¬
klaarde
daartoe
buiten
staat
te
zijn,
wijl
zij
na
het
overlijden
van
zijn
compagnon
waren
ver¬
nietigd.
De
eischer
voerde
daartegen
aan,
dat
beroep
op
het
ontbreken
of
vernietigen
den
gedaagde
niet
kan
baten,
omdat
volgens
art.
9
wetb.
van
koophandel
de
koopman
verplicht
is
zijne
boeken
80
jaren
lang
te
bewaren.
De
rechtbank,
die
zich
met
dit
gevoelen
ver-
eenigde,
stelde
dan
ook
den
eischer
in
het
ge¬
lijk.
Voor
dezen
pleitte
mr.
H.
J.
van
Lier,
voor
den
gedaagde
mr.
J.
Kappeijne
v.
d.
Coppello.
Iibl.
—
Gedurende
de
maand
Nov.
j.l.
is
in
de
Rijksposlspaarbank
ingelegd
ƒ
589,263,88,
terug¬
betaald
ƒ
380,187.18.
Alzoo
meer
ingelegd
dan
terugbetaald
ƒ
209,076.70.
Aan
het
einde
der
maand
Oct.
was
ten
name
der
verschillende
in¬
leggers
ingeschreven
ƒ
8,871,535.78,
zoodat
het
gezamenlijk
tegoed
der
inleggers
op
ultimo
Nov.
1886
bedroeg
ƒ
8,580,612.48.
In
den
loop
van
Nov.
zijn
3347
nieuwe
boekjes
uitgegeven;
802
zijn
er
geheel
afbetaald,
zoodat
er
aan
het
einde
der
maand
137,400
in
omloop
waren.
—
De
regeering
heeft
een
wetsvoorstel,
bevat¬
tende
de
nadere
bepalingen
omtrent
den
accijns
op
het
zout,
aan
de
Tweede
Kamer
der
Staten-
Generaal
ingezonden.
—
De
Voedingstentoonstelling
zal
zich
in
zoo¬
verre
van
hare
voorgangsters
onderscheiden,
dat
er
geen
monopolie
voor
den
verkoop
van
levens¬
middelen
zal
bestaan,
maar
dat
er
gelegenheid
zal
zijn
voor
eene
behoorlijke
mededinging.
Een
der
Amsterdamsche
bakkers
heeft
voor
zulk
een
monopolie
een
aardig
sommetje
gelds
geboden,
hetgeen
echter
van
de
hand
werd
gewezen.
Óf
er
dus
wel
liefhebbers
zullen
zijn,
die
lust
hebben
om
eene
zware
concurrentie
te
voeren
om
dan
nog
eene
zekere
percentage
van
den
omzet
aan
de
commissie
af
te
staan,
valt
te
betwijfelen.
Ieder
exposant
van
het
middeneeuwsche
markt¬
plein
heeft
ƒ
2.50
per
meter
gronds
te
betalen
en
voorts
ƒ
50
voor
het
plan
van
den
voorgevel
van
zijn
gebouw,
terwijl
natuurlijk
alle
bouwkosten
voor
zijne
eigene
rekening
komen.
De
producten
der
koek-
en
banketbakkerij,
als
behoorende,
volgens
het
oordeel
der
commissie,
niet
tot
voedingsmiddelen,
zijn
uitgesloten.
{Ned.
Batch.
Ct.)
—
Door
het
vele
ijs
op
de
Zuiderzee
is
de
gemeenschap
met
de
stoombooten
tusschen
Enk-
nuizen
en
Stavoren
voorloopig
gestaakt,
en
dus
hebben
de
treinen
van
Amsterdam
via
Enkhuizen—
Stavoren—Leeuwarden
geen
aansluiting
ineer.
—
In
de
Leemvarder
Ct.
van
Dinsdag
j.l.
wordt
bij
verschillenhe
hardrijderijen
niet
minder
dan
ƒ2510
uitgeloofd
voor
prijzen
en
premiën.
Er
is
dan
ook
bijna
geen
plaats
in
Friesland
zoo
klein,
of
er
bestaat
eene
ijsvereeniging.
Bij
gele¬
genheid
van
zoo'n
hardrijderij
is
ieder
in
de
weer,
oin
aan
het
feest
luister
bij
te
zetten.
De
hand¬
werken
staan
stil,
de
scholen
zijn
gesloten,
jong
en
oud
vermaakt
zich.
Het
schilderstuk
is
ontworpen
naar
de
bekroonde
teekeningen
van
den
Franschen
architect
Bobin.
Een
Italiaansche
schilder
ontwierp
het
doek,
dat
door
onze
stadgenooten
van
der
Waag
en
Witkamp
werd
afgewerkt.
Het
panorama
verplaatst
den
toe¬
schouwer
als
ooggetuige
voor
het
tooneel
der
ver¬
woesting
van
Pompeji,
eene
der
merkwaardigste
en
treurigste
gebeurtenissen
der
oudheid.
Om
den
toeschouwer
de
illusie
niet
te
ont¬
nemen,
zullen
wij
ons
van
verdere
beschrijving
voorloopig
onthouden.
JPlaa/tselijlse
lieiücliten.
HOORN,
7
Januari
1887.
F
E
E
S
T
V
I
E
R
I
N
G
ter
gelegenheid
van
den
herdenking
van
den
GEBOORTEDAG
van
JAN
F
ï
£
T
E
E
S
Z.
COEN,
den
8
Januari
1587.
—
Dinsdag
avond
trad
voor
de
leden
der
Katholieke
Vereeniging
te
Amsterdam,
en
hunne
dames,
dr.
Schaepman,
lid
der
Tweede
Kamer,
als
spreker
op,
met
eene
voordracht
over
den
parlementairen
regeeringsvorm
en
het
kiesrecht.
—
Het
bericht,
dat
in
de
jongst
aangekomen
mailbladen
voorkomt,
over
het
vertrek
van
den
hoogleeraar
Pekelharing
op
1
December
naar
Atjeh,
is
niet
juist.
Blijkens
particuliere
brieven
was
hij
toen
nog
te
Batavia
en
bestond
er
nog
geen
plan
van
vertrek.
Ook
op
1
Januari
be¬
vonden
de
heeren
Pekelharing
en
W
inkler
beiden,
blijkens
een
telegram
van
laatstgenoemde,
zich
Vad.
nog
te
Batavia.
—
Omtrent
de
werkzaamheden
der
enquête¬
commissie
deelt
het
Vad.
nader
mede,
dat
de
commissie
met
haar
verhooren
zal
voortgaan
ge¬
durende
al
den
vrijen
tijd,
dien
zij
te
harer
be¬
schikking
heeft,
ook
tijdeus
de
Kamer
zitting
hout.
Maar
met
het
einde
van
dit
reces
der
Ka¬
mer
zal
zij
wel
niet
veel
verder
gekomen
zijn
dan
de
146
personen,
die
uit
Amsterdam
en
Maastricht
zijn
opgeroepen.
j
—
Betreffende
het
ongeluk
aan
het
station
te
Maartensdijk,
deelt
de
heer
H.
J.
Kwint
aldaar
het
volgende
mede
aan
het
U.
1).:
„De
waarnemende
chef
van
R.,
waarschijnlijk
door
drukke
bezigheden
overstelpt,
wilde
zich
bij
aankomst
van
den
trein
van
9.33
uit
Hilversum,
nog
op
het
laatste
oogenblik
over
de
rails
naar
het
aan
de
overzijde
gelegen
perron
begeven,
maar
gleed
uit
en
viel,
waardoor
de
trein
over
hem
heenging
en
hem
het
hoofd
van
den
romp
scheidde.
Men
moet
zich
verwonderen,
dat
derge¬
lijke
ongevallen
hier
niet
meer
gebeuren.
Met
het
personeel
aan
het
station
is
het
aller¬
treurigst
gesteld;
een
chef
en
één
adsistent,
de
laatste
met
een
houten
been,
zijn
belast
met
den
dienst,
bestaande
in
het
geven
van
kaartjes,
het
telegrafeeren,
het
houden
der
administratie,
het
afroepen,
sluiten
der
hoornen
en
het
bewaken
van
den
overweg
(dit
laatste
laat
veel
te
wensclien
over),
het
omzetten
der
wissels,
enz.,
enz.,
en
dat
aan
een
station,
waar
dagelijks
ruim
20
trei¬
nen
ophouden
en
jaarlijks
tusschen
de
30
en
40
duizend
passagiers
op-
eu
afgaan.
Het
is
waarlijk
hoog
tijd,
dat
de
Holiandsche
Maatschappij,
die
ten
behoeve
van
hare
administratie
een
paleis
bouwde,
zich
de
onkosten
van
eenig
meerder
per¬
soneel
aan
het
station
alhier
getroost."
—
Woensdagmiddag
werd
in
het
Panoramage¬
bouw,
in
de
Plantage,
het
nieuwe
doek,
voor¬
stellende
„de
Verwoesting
van
„Pompeji,"
ter
be¬
zichtiging
gesteld
voor
genoodigdeu.
Het
doek
stelt
de
stad
Pompeji
voor
bij
het
begin
der
uitbarsting
van
den
Vesuvius.
„
Desespereert
niet"
—
zoo
sprak
Coen
ons
heden
morgen
toe
toen
wij,
opstaande
een
blik
wierpen
naar
den
somberen
donkeren
hemel,
die
onze
stad
overdekte.
En
waarlijk,
of
het
was
uit
eigen
vriendelijken
drang
of
door
het
uitlokkend
vermogen
der
allerwegen
in
onze
straten
wap¬
perende
vlaggen,
weten
wij
niet,
maar
te
11
uur
brak
de
zon
door
en
goot
zij
haar
vriendelijk
licht
over
onze
feestelijk
uitgedoste
stad.
Van
torens
en
openbare
gebouwen
niets
slechts,
ook
van
de
meerderheid
der
particuliere
woningen
wappert
de
driekleur
en
liet
huisje
in
de
Gra¬
venstraat,
waar
men
zegt,
dat
onze
groote
burger,
nu
driehonderd
jaren
geleden,
geboren
is,
prijkt
in
groen
en
vlaggedoek.
Het
is
zoo,
eerst
morgen
—
8
Januari
—
is
het
Coens
verjaardag,
maar
heden
hebben
wij,
beter
dan
morgen,
tot
feestvieren
den
tijd
en
wij
trachten
ons
dus
heden
te
brengen
in
de
meest
feestelijke
stemming.
Aan
het
Bestuur
der
„Vereeniging
voor
Volks¬
vermaken"
komt
de
eer
toe
dat
zij
tot
deze
feest¬
viering
het
intialief
heeft
genomen.
Krachtig
ge¬
steund
door
den
heer
K.
Gorter,
predikant
b/d
doopsgezinde
gemeente
alhier,
en
door
den
heer
B.
H.
Habbema,
docent
in
de
gymnastiek
a/d
H.
B.
School,
heeft
zij
een
programma
opge¬
steld
—
bestaande
uit
optocht,
matinée-inusicale
en
feest-concert
inet
ta'bleaux-vivants,
voorstellende
gebeurtenissen
uit
Coen's
leven,
afgewisseld
—
dat,
vooral
in
verband
met
den
korten
tijd
van
voorbereiding,
allen
lof
verdient.
De
stof
voor
den
historischen
optocht
is
genomen
uit
de
voor
het
vaderland
en
de
Compagnie
zoo
beteekenisvolle
jaren,
welke
tusschen
1618
en
1629
besloten
liggen
en
welke
met
hunne
worsteling
tegen
Bantam,
de
Engelschen
en
Mataram,
be¬
kroond
met
twee
duurzame
zegepralen,
de
een
op
den
westelijken
vorst,
de
andere
op
den
ooste¬
lijken
keizer
behaald,
als
gedragen
zijn
geworden
door
den
geest
van
den
grooten
Gouverneur-
Generaal,
Jan
Pietersz.
Coen.
Eerst
eenvoudig
koopman
in
dienst
der
Compagnie,
daarna
chef
van
al
hare
Indische
kantoren,
vervolgens
Gou¬
verneur-Generaal,
later
nog
eens
met
dezelfde
waardigheid
bekleed,
goed
koopman,
scherpzinnig
politicus,
onverzettelijk
en
onbaatzuchtig
verde¬
diger
der
belangen
van
de
Compagnie,
generaal,
admiraal,
vestingbouwkundige,
wetgever,
freetrader
van
1600,
heeft
hij
zijn
geheele
leven
lang
ge¬
streden
voor
de
verwezenlijking
van
ééne
gedachte:
de
vestiging
der
O.
I.
Compagnie
en
toen
hij
nauwelijks
halverwege
den
berg,
de
oogen
sloot
kon
hij
in
dit
opzicht
gerust
zijn.
Hij
is
dan
ook
de
hoofdpersoon
in
den
optocht,
aan
wiens
verschij¬
ning
de
oprechte
vaderlander
de
gedachte
vast¬
knoopt
van
eene
kostelijke
overzeesche
bezitting
die
duizendvoud
het
offer
van
Coens
rust,
genot
en
leven,
in
goud
aan
Nederland
heeft
terugbe¬
taald.
Hem
gaan
vooraf,
—want
hij
heeft
evenzeer
zijne
voorgangers
gehad,
als
het
hem
aan
mede¬
standers
niet
heeft
mogen
ontbreken
—
een
drietal
groote
mannen
van
de
zee,
die
reeds
hunne
lauweren
behaald
hadden,
toen
hij
zich
nog
gereed
moest
maken
er
naar
te
streven;
hem
vergezellen
de
Gouverneurs,
aan
wie
belangrijke
kommandementen
over
eilanden
en
landstreken
waren
toevertrouwd,
wijl
ze
zich
reeds
door
hun
beleid
of
hunne
onver¬
schrokkenheid
onderscheiden
hadden;
de
Raden
van
Indië,
in
het
leven
geroepen
door
hem
zei
ven,
hem
bijstaande
in
moeilijke
oogenblikken,
wan¬
neer
in
dien
veelbewogen
tijd,
onmiddellijk
raad
diende
geschaft,
Gouverneurs
of
Gouverneurs-
Generaal
in
den
dop;
mindere
beambten,
onder
wie
een
enkele
straks
het
kommandement
over
het
fort
te
Jakatra,
op
zich
zal
nemen,
dat
echter
blijken
zal
boven
zijne
krachten
te
gaan;
de
Pre¬
dikant,
opdat
der
Bataviaansche
gemeente
onver-
valscht
de
leere
Calvijns
zal
gepredikt
worden;
de
Dokter,
opdat,
wat
de
een
zoo
goed
aan
de
ziel
doet,
door
den
ander
aan
het
lichaam
worde
verricht;
de
vorsten
van
Bantam
en
de
Soesoehoenan
van
Mataram,
zich
verbazende
dat
zij
op
zoo
vreedzame
wijs
in
Coens
gezelschap
wandelen;
een
drietal
Bewindhebbers
van
de
Hoornsche
Kamer
der
O.
I.
Compagnie,
die
zeker
met
Fiskaal
Wintgens
het
plan
der
afreis
in
1627
hebben
besproken
en
zich
vergenoegd
de
handen
wrijven
bij
de
gedachte,
welke
voordeelen
eer¬
lang,
door
Coens
heldhaftig
optreden
op
Java,
naar
de
kassen
der
Compagnie
zullen
vloeien;
eindelijk
een
aantal
soldaten
en
matrozen,
die,
terwijl
zij
de
oude
traditie
der
Holiandsche
dap¬
perheid
naar
het
Oosten
overplantten,
getoond
hebben
niet
vervaard
te
zijn
voor
een
tienmaal
sterkeren
vijand.
Het
geheel
is
eene
voorstelling,
van
een
gewichtig
oogenblik
in
onze
vaderlandsche
en
tegelijk
Indische
historie,
met
Hoorns
grooten
burger
als
middelpunt.
Te
12
uur
op
het
Doelenplein
opgesteld,
nam
deze
optocht,
opgeluisterd
door
de
stafmuziok
van
het
7e
Regiment
Infanterie,
onder
directie
van
den
Heer
Sonneman,
een
aanvang.
Hij
nam,
door
Commissarissen
van
orde
bege¬
leid
en
voorafgegaan
door
het
Bestuur
en
de
Feestcommissie
van
„Volksvermaken",
het
Dage-
gelijksch
B.
stuur
onzer
gemeente,
de
vertegen¬
woordigers
van
het
garnizoen
en
der
dienstdoende
Schutterij
alhier
en
gevolgd
door
eenige
vereeni-
gingen
in
de
stad,
die
met
hare
vaandels
zich
hadden
aangesloten,
zijn
weg
langs:
Gedempte
Turfhaven,
Nieuwe
Veemarlct,
Kleine
Noord,
Qroote
Noord,
Roosteen,
Oost,
Zon,
Gerritsland,
Breestraat,
Kerkplein,
Nienwstraat,
Gouw,
Turf¬
haven
en
Groote
Noord
naar
het
Park.
De
personen
in
den
optocht
werden
voorgesteld
door
11H.
Leden
en
Adspirant-Leden
der
Gym-
nastiekvereenigingen
Oefening
eu
Uitspanning
door
Inspanning,
die
zich
hiervoor
bereidwillig
hadden
beschikbaar
gesteld.
De
optocht
zelf
slaagde
uitstekend.
In
uitne¬
mende
orde
gerangschikt,
liepen
de
verschillende
personen,
voorzoover
wij
konden
opmerken,
in
uitnemende
houding
en
op
gepasten
afstand
van
elkaar,
geregeld
voort.
De
costumes
waren
keurig
afgewerkt
en
al
schitterden
zij
niet
in
het
zonlicht,
dat
zich
helaas!
weer
achter
nevelen
verborg
ge¬
durende
bijna
den
geheelen
duur
van
den
op¬
tocht,
men
kon,
vooral
aan
de
kleeding
van
Jan
Pietersz.
Coen
en
aan
die
der
beide
gouverneurs
en
der
Raden
van
Indië,
zien,
dat
de
feestcom¬
missie
moeite
noch
kosten
heeft
gespaard.
Ook
de
Javanen
waren
precies
.
.
.
Javanen.
M.
e.
w.
de
uitslag
was
geheel
naar
wer.sch
en
de
ver¬
schillende
vereenigingeu
met
hare
keurige
vaan¬
dels
zetten
aan
het
geheel
gepasten
luister
bij.
Honderden
menschen,
mannen,
maar
vooral
vrouwen
en
kinderen,
bewogen
zich
langs
de
stra¬
ten
en
verdrongen
zich
voor
de
stegen,
waaraan
onze
stad
zoo
rijk
is,
om
straks
den
optocht
op
een
ander
punt
nog
eens
te
zien.
Was
het
eer¬
bied
voor
de
tonen
van
Sonnemans
kapel
of
ver¬
bazing
of....
misschien
gebrek
aan
warme
sym¬
pathie;
waardoor
het
kwam
dat
bij
het
volk
geen
hoerah's
of
bravo's
werden
vernomen
als
teeken
van
geestdrift?
Wie
zal
het
zeggen?
Van
opge¬
wondenheid
was
o.
i.
geen
sprake.
Deze
zal
mis¬
schien
hedenavond
zich
openharen.
In
ons
volgend
nummer
hopen
wij
te
melden
hoe
wij
den
dag
verder
feestelijk
heboen
doorge¬
bracht.
De
matinee
musicale,
die
ten
2
ure
in
het
Parklokaal
begint,
roept
ons
thans.
merkt,
of
in
T
midden
gebracht;
't
hielp
niets,
ze
waren
tot
over
de
ooren
verliefd,
en
de
ex-
wachtmeester,
had
gezegd:
„hij
zou
niet
weten
waarom
het
niet
goed
zou
gaan.
Wat
had
hij
vroeger
wel
met
zijn
recruten
een
moeite
gehad,
maar
hij
had
ze
wel
klaar
gekregen;
en
toch
bielden
ze
van
hem."
Dat
de
vergelijking
tus¬
schen
recruten
en
zijn
aanstaande
vrouw
niet
op¬
ging
dat
begreep
hij
niet.
Ter
bestemder
tijd
werd
hun
huwelijk
voltrok¬
ken,
en
beiden
zagen
er
keurig
netjes,
met
een
woord
onberispelijk
uit.
Toch
had
zich
al
een
verschil
in
meening
en
inzicht
opgedaan,
en
de
ex-wachtmeester
was
nu
al
tot.
de
ontdekking
ge¬
komen,
dat
men
gemakkelijker
met
recruten
klaar
kan
komen
dan
met
een
vrouw.
Wat
was
het
geval?
De
bruigom
zou
een
fijn
zwart
pak
laten
maken,
hier
was
natuurlijk
niets
tegen;
alleen
de
dorps-
kleêrmaker
had
er
tegen
dat
het
in
de
stad
werd
gemaakt,
aangezien
naar
's
mans
bewering,
hij
met
den
besten
collega
uit
de
stad
kon
con-
curreeren.
Daar
de
bruigom
zijn
trouwpak
in
de
stad
liet
maken,
had
hij
aan
de
bruid
voorgesteld,
dat
zij
t
met
haar
goed
ook
zou
doen,
hij
wist
wel
een
goede
naaister,
want
hij
zou
'i
mooi
vinden
als
't
wat
op
z'n
stadsch
gemaakt
werd.
Bij
dit
voorstel
begon
de
bruid
hartelijk
te
lachen,
en
vroeg
of
hij
dacht
dat
zij
niet
wist,
hoe
of
't
behoorde?
En
gaf
toen
ten
antwoord:
,/t
Is
allang
in
orde!
Je
zult
eens
zien
hoe
mooi
't
is."
't
Had
op
den
bruigom
een
onaangenamen
indruk
gemaakt,
dat
hij
zijn
zin
niet
kreeg,
en
hij
kon
er
door
aan
de
weet
komen,
dat
er
niet
alleen
ver¬
schil
van
smaak
is,
maar
dat
over
de
smaak
moei¬
lijk
valt
te
twisten.
Hun
huwelijksleven
ging
tamelijk
kalm
voort,
doch
daarna
werd
hun
huwelijks
geluk
zeer
ver¬
hoogd,
door
de
geboorte
eener
dochter;
jammer
dat
het
der
ouders,
vooral
den
vader
aan
de
noo-
dige
wijsheid
ontbrak,
om
de
opvoeding
van
hun
kind
zoodanig
te
leiden,
waardoor
beider
geluk,
èn
van
hun
kind
èn
van
hen
zelve
wat
heter
ge¬
waarborgd
was.
Waren
beiden,
vader
en
moeder,
't
hierin
eens
dat
hun
kind
er
allerliefst
uitzag;
zij
wilden
ook
dat
het
er
netjes
uit
zou
zien;
doch
hier
open¬
baarde
zich
meer
verschil
in
smaak
en
gevoelen.
Moeder
zag
haar
dochtertje
gaarne
netjes,
maar
dorpskleederdracht,
zooals
de
meisjes
van
Ary
Streumer,
den
boer
waar
zij
had
gediend.
Vader
hield
vooral
niet
minder
van
netjes,
maar
had
zich
tot
model
gekozen
de
meisjes
van
den
No¬
taris,
zijn
patroon,
en
dergelijke,
derhalve
niet
in
dorpskleederdracht.
Moeder
wenschte
dat
hare
dochter
het
zilver
ijzer
zou
dragen,
met
een
mooi
fijn
kappenkant;
vader
wilde
dat
zij
't
haar
opgemaakt
zou
hebben.
Wij
zien,
verschil
van
rneening,
en
smaak,
doch
wat
het
treurigst
was,
't
gaf
aanleiding
tot
on¬
aangenaamheden,
verstoorde
den
huisselijken
vrede,
en
bovenal,
't
deed
zoo
vqel
kwaad
aan
de
op¬
voeding
van
hun
kind.
f
Wordt
vervolgd.
—
De
Hoornsche
Zangvereeniging
gaf
Woens¬
dag
jl.
haar
eerste
uitvoering
in
dezen
winter.
Het
programma
bestond
uit
„Zion"
concertstuk
van
N.
Gade,
voor.,
gemengd
koor
met
bariton¬
solo;
een
tenor-aria
uit
de
opera
Hans
Heilling
van
Marschner
en
Die
erste
Walpurgisnaclit
van
Mendelssohn
voor
tenor-,
bariton-
en
bas-soli
en
koor.
Als
solisten
traden
op
de
heeren
Rogmans
van
Amsterdam
eu
A.
M.
van
Wognuru.
Wij
hebben
deze
uitvoering
met
genoegen
bij¬
gewoond
en
veel
genoten;
toch
maakte
het
werk
van
Gade
op
ons
niet
den
indruk
dien
wij
er
van
verwacht
hadden.
De
statige
koren
klonken
niet
vol
genoeg,
een
sterkere
bezetting
en
eene
begeleiding
van
groot
orchest
zouden
hieraan
ten
goede
zijn
gekomen,
maar
„quand
on
n
a
pas
ce
qu'on
aitne"
enz.
De
bariton-solo
werd
door
den
heer
M.
zeer
verdienstelijk
gezongen.
De
heer
Rogmans
werd
bij
zijn
optreden
met
een
applaus
begroet
waarmede
wij
van
harte
in¬
stemden.
Dezen
zoo
terecht
gevierden
zanger
in
dit
barre
jaargetijde
tot
ons
te
zien
komen
ver¬
dient
gewaardeerd
te
wordeu.
De
voordracht
van
de
groote
tenor-aria
uit
Hans
Heilling
deed
ons
den
heer
Rogmans
voor
het
eerst
op
het
gebied
der
opera
ontmoeten
en
bewonderen;
zijn
krachtig
en
helder
geluid
en
zijn
hartstochtelijke
voordracht
werkten
overweldigend
op
zipie
hoorders
en
tot
onze
verbazing
zong
de
heer
Rogmans
na
een
daverend
applaus
de
geheele
aria
nog
eens
weer.
Na
de
pauze
was
ons
de
vertolking
van
„Die
erste
Walpurgisnacht"
van
het
begin
tot
het
einde
één
genieting.
Solisten
en
koorzangers
werk¬
ten
vol
toewijding
samen
om
deze
zoo
karakter¬
volle
compositie
van
den
grooten
Mendelssohn