Tekstweergave van WFNHC_1886_01_23_0001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
5de Jaargang. ZATERDAG 25 JANUARI 1886. No. 7. WE -FRIESLAND Nieuwe Hoornsche Courant. Abonnementsprijs per kwartaal, voor Hoorn. /1,00 it n fr. per post - 1,20 Afzonderlijke nommers - 0,05 Dit blad verschijnt Dinsdag- en Yrijdag-avond. UITGEVER P. GEÉRTS, HOORN. Prijs der advertentiën van 1—5 regels . f 0,40 Elke regel daarboven - 0,0 76 Groote letters, randen enz. worden naar plaats¬ ruimte berekend. Stukken voor de Redactie, uiterlijk den vorigen dag. Advertentiën kunnen ingezonden worden tot uiterlijk 's namiddags 12 uur des Dinsdags en Vrijdags. Eene viermaal geplaatste advertentie wordt slechts driemaal in rekening gebracht. OFFICIEEL GEDEELTE. / LOTING VOOR DE Natlmiute Militie• BURGEMEESTER EN WETHOUDERS DER GEMEENTE HOORN, brengen ter kennis van belanghebbenden, dat de LOTING der in het vorige jaar in deze gemeente voor de Militie in¬ geschrevenen zal geschieden op 10 Eebruari aan¬ staande, ten Raadhuize der gemeente Hoorn. Zij worden mitsdien opgeroepen, om op dien dag, des voormiddags ten 10 uur, zich aldaar te bevinden om te loten en opgaven te doen van ue redenen van vrijstelling, die zij ter zake van de Militie verineenen te moeten inbrengen. Indien zij vermeenen vrijstelling te kunnen er¬ langen wegens BROEDERDIENST of op grond te zijn EENIGE WETTIGE ZOON, moeten zij zich binnen clrie dagen na de loting ter Secretarie ver¬ voegen, om de noodige opgaven te doen en bo¬ vendien Dinsdag 23 of Woensdag 24 Februari d. a. v. telkens tusschen voormiddags 10 en na¬ middags 2 uur, ten Raadhuize verschijnen, ver¬ gezeld van twee bij den Burgemeester bekende en ter goeder naam en faam staande meerderjarige ingezetenen, die het vereischte getuigenis kunnen afleggen en het alsdan op te maken getuigschrift onderteekenen. HOORN, den 21 Januari 1886. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VAN DEDEM. De Secretaris, W. VAN WANING Jr. BEKENDMAKING. BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAK HOORN, doen te weten: 1. dat bij Kon. besluit van 3 December 1885 (Stbl. No. 197) is bepaald, dal de herijk der Maten en Gewichten in 1886 zal ge¬ schieden binnen het tijdvak, dat aanvangt 1 Januari en eindigt op 1 October van dat jaar; 2. dat ingevolge besluit van Gedeputeerde Staten der provincie Noord-Holland van 6 Januari 1886, No. 8, (Prov. blad No. 2) de herijk in de gemeente Hoorn zal plaats hebben, in het voor den ijk bestemde lokaal in de Gra¬ venstraat , voor alle gewichten voor fijnere wegingen.- van 8 tot 12 Februari, van des voormiddags 9 tot des namiddags 3 ure. voor de overige gewichten en de maten: van 15 tot 19 en van 22 tot 26 Februari, van des voormiddags 9 tot des namiddags 3 ure. HOORN, 15 Januari 1886. Burgemeester en Wethouders voornoemd, VAN DEDEM. De Secretaris, W. VAN WANING Jr. Naar aanleiding van den Kerkelijken strijd te Amsterdam. Ons blad heeft natuurlijk over te weinig ruimte te beschikken, dan dat wij in het breede den kerkelijken strijd te Amsterdam zouden kunnen behandelen, en, niet in het breede behandeld, blijft hij voor den licht zoekende vrij onbegrijpelijk. Edoch de groote bladen zijn ten deze zoo over¬ vloedig, dat wij, ons onthoudende, vermoedelijk niemand teleurstellen. Toch willen wij om der curiositeit wille mee- deelen hoe het orgaan van de sociaal-democratische partij in Nederland „Recht voor Allen" zich over het kerkelijk conflict te Amsterdam uitlaat. Ten overvloede herinneren wij, dat de zoogen. Kerke¬ lijke Commissie te Amsterdam, elders genaamd Kerkvoogdij, is eene commissie, die namens den kerkeraad het beheer voert over de kerkelijke goederen der Hervormde Gemeente te Amsterdam ; dat die kerkeraad onder den naar het schijnt on- weerstaanbaren drang van dr. Kuvper, ouderling dier gemeente, aan die Commissie door verande¬ ringen in het Reglement op het Beheer zooveel zelfstandigheid heeft trachten te verzekeren, dat, ingeval de kerkeraad te eeniger tijd naar eenig artikel van het Reglement voor Kerkelijk Opzicht en Tucht voor een deel of in het geheel mocht geschorst of ontzet worden, het beheer toch in handen bleef van de genoemde Commissie, d. i. in handen van Kuypcr en de zijnen. Werd dan ook de band verbroken met de kerkelijke orga¬ nisatie, welnu wat nood, de Gereformeerde Kerk van Amsterdam zou buiten eenig synodaal regle¬ ment om, een nieuwen kerkeraad kiezen en, een bondgenoot, een broeder vindende in de zoogen. Kerkelijke Commissie, over genoegzame fondsen kunnen beschikken om buiten het kerkelijk ver¬ band zelfstandig te bestaan en te doen wat haar leider volgens zijne uitlegging van den Woorde Gods haar voorschreef. Toen nu, zooals bekend is, het Classicaal Bestuur van Amsterdam 80 leden van den kerkeraad ge¬ schorst had, omdat zij vóór zulke veranderingen in het Reglement voor het Bestuur gestemd hadden, dat daardoor het Algemeen Synodaal Reglement en daarmee de geheele organisatie van de Ne- derlandsche Hervormde kerk naar den hartader gestoken werd, en daarom //doende was des ker- keraads is", uit vreeze, dat de Kerkelijke Commis¬ sie, creatuur van den voor een deel geschorsten kerkeraad, zou handelen naar de revolutionnaire veranderingen in het Reglement voor het Bestuur aangebracht, en daarom, zeggen wij, zich feitelijk in het bezit had gesteld van de Nieuwe Kerk, heeft de ouderling Kuyper c. s., optredende als Kerkelijke Commissie, de bewaarders der Nieuwe Kerk, daar geplaatst door het Cl. Bestuur, als kerkeraad, door list en verholen geweld verwij derd en door overmacht zich feitelijk in het be¬ zit gesteld der Nieuwe Kerk en ... is hij daar¬ door inderdaad als revolutieman A}ij uitnemendheid opgetreden. Dit tot toelichting. Wij laten nu zonder ver¬ dere opmerkingen volgen wat „Recht voor Allen" o. a. naar aanleiding van deze zaak in zijn No. 5 schrijft. «Wie bad dat kunnen denken? vraagt het blad. Wat? Wel, dat de anti-revolutionnairen een lesje zouden geven aan de revolutionnairen, op welke wijze men moet beginnen, als men revolutie wil maken. Die heeren begrepen en terecht dat wie in het bezit is, veel voorheeft, en zij pasten toe het: Zalig zijn de bezitters. Of dat in overeenstemming is met de leer, dat hem, die op de linkerwang slaat, ook de rechter moet worden aangeboden, dat zouden wij betwijfelen, ofschoon Kuyper er geen bezwaar in zal zien, een artikel te schrijven, waarin hij haarfijn ontleedt, hoe juist zij volgens dat voorschrift handelen, en dat elk, die anders oordeelt, zich schuldig maakt aan ver¬ regaande onrechtzinnigheid. Ds. Hogerzeil noemt de handelingen van Kuyper en de zijnen de ge¬ reglementeerde revolutie. Van de andere zijde wordt nu gezegd, dat het classicaal bestuur de gemeente van Amsterdam gebracht heeft in den toestand van het ongereglementeerd schrikbewind. En zoo doen de broeders tegenover elkander, om aan alle niet-Christenen een voorbeeld te geven van het voorschrift: ziet hoe lief ze elkander hebben! Of er gevaar dreigt uit dezen toestand? Vraagt het maar aan het Handelsblad, dat zegt: //Met oneindig grooter gevaren bedreigt deze ex-domine onze maatschappij, onze vrijheden en instellingen dan de audere ex-dominé Domela Nieuwenhuis." Dus dat blad vreest nog meer gevaar van ker¬ kelijke, dan van sociale zijde. In vergelijking van Kuyper worden wij nog goed. Zoo'n haat tegen Kuyper is wel erg. Maar als het Handelsblad het in zijne macht had, dan gelooven wij, dat het vrijzinnig genoeg zou zijn, om die twee ex-do- minó's beiden op te hangen. Prof. Spruyt zou dan wel eenige vervelende artikelen schrijven, ten be¬ wijze, dat dit geschiedde, om het karakter der ware vrijzinnigheid in een helder, onvervalscht daglicht te plaatsen. Wat wil Kuyper toch ? De zelfstandigheid der gemeenten, dus de commune in de Kerk. Wij nemen hem dat niet kwalijk, maar waarom mo¬ gen wij dan niet zijn voorstanders van de com¬ mune in den Staat zonder dat hij ons uitscheldt? Dat Kuyper revolutionnair handelt tegen de wettige kerkelijke overheid, dat is buiten kijf. Wederom, wij nemen hem dat niet kwalijk, maar hij verliest daardoor het recht oin ons te veroor- deelen. Integendeel, wij kunnen hem toeroepen: Broeder! reik ons de hand; in het kamp der revolutionnairen is plaats ook voor u. Maar ein¬ delijk en laat ons dat niet vergeten hij heeft ons geleerd, hoe men het moet aanleggen. Men moet eerst in het bezit zien te komen en dan allen toeroepen: Laat ons toch vreedzaam en rustig blijven, alles gaat in de beste orde! Vrien¬ den! vergeten wij die les niet: zij kan ons uit¬ stekend te pas komen." BUITENLAND. Jacob Cats, de man, die, onder meer uitstekende eigenschappen, ook deze had, dat hij zich ten taak stelde de opvoeder van zijn volk te zijn en mis¬ schien daarom wel den naam van //Vader" Cats heeft verworven, heeft als zoodanig aan zijne dier¬ bare medeburgers vrij wat lessen van wellevend¬ heid gegeven. We mogen wel vertrouwen, dat ons volk die lessen heeft opgevolgd, en zijn er in ieder geval zeker van, dat er geen Nederlander is, die een zoo groote onwellevendheid begaan zou, dat hij zich niet dankbaar toonde jegens den edele, die hem iets ten geschenke gegeven heeft. Op dien grond zouden we aan verscheidene buitenlanders een //Vader Cats" toewenscheu die ook hun leeren kon wat de wellevendheid ge¬ biedt. Want er zijn er vrij velen onder, die zich alles behalve erkentelijk betoonen jegens hunne weldoeners. Zoo b. v. burgeres Louise Michel. De pas herkozen president der Fransche republiek had bij het begin van het nieuwe jaar zooveel reden van tevredenheid, dat hij die niet beter wist te uiten dan door aan eenige zijner onderdanen een cadeautje te geven. Sommigen kregen een ridder¬ orde en waren zeer tevreden. Anderen, die in den loop van het vorige jaar waren gestraft wegens politieke misdrijven, werden van het nog overige deel van hun straftijd vrijgesteld; dezen waren niet allen tevreden, vooral niet de genoemde bur¬ geres. Deze is zelfs verontwaardigd over zulk een FEUILLETON. Hokter's keuze• Dr. Winthrop was weduwnaar en vader van twee kinderen, zijne stille huishouding was reeds langer dan een jaar aan de zorgen van eene huis¬ houdster toevertrouwd, en toen de avonden lan¬ ger begonnen te worden, en de winterstormen weder door het bladerlooze geboomte loeiden, begon hij het gemak en de genoegens van den kuiselijken kring gevoeliger te missen en er ern¬ stig aan te denken, de ledige plaats aan den haard weder te doen bezetten. De dokter was, trots de raadgevingen zijner oudere collega's, te jong in het huwelijk getre¬ den, en als een gevolg daarvan, bevond hij zich op dertigjarigen leeftijd met een gezin belast, en bezat hij een inkomen dat schraler was dan hij zou hebben mogen verlangen. Hij was nog een knap man, een gunsteling der dames, en had zich in zijne betrekking veel naam gemaakt. Onder deze om¬ standigheden blies de eerzucht hem in, dat het voor hem niet moeilijk zou zijn een voordeelig huwelijk aan te gaan, en een van die levendige dames uit te kiezen, wier klinkende bekoorlijk¬ heden zijne geldelijke verlegenheid zouden doen ophouden; terwijl hare schoonheid, haar verstand en naam hem door de halve stad zou doen be¬ nijden. Om den dokter recht te doen wedervaren dient medegedeeld te worden, dat hij zich alle deze bijzonderheden niet voor den geest haalde, maar hij verbeeldde zich al die eigenschappen in Mejuffrouw Minerva Hall vereenigd te zien, eene dame wier schijnbare leeftijd zoo wat vijf of zesentwintig jaar was. Ook kende hij een landhuisje even buiten de stad, omgeven met rozen, kamperfoelie en andere bloemen, waar, eenzaam en in het geuot van hui- selijken vrede, de troost en vreugde van eene weduwe, en de gunstelinge en afgod van den kleinen kring van welopgevoede menschen waarin zij zich bewoog de aardige Anna Hanting woon¬ de. Anna was eene lieftallige blondine; zij bezat niet zulke gouden lokken en schitterende be¬ koorlijkheden als hare steedsche mededingster; maar zij had iets beters, een gevoeligen en be¬ schaafden geest, eene beminnelijke geaardheid, en een teeder en gevoelvol hart. De eerste vrouw van den dokter was eene van dien stempel geweest bedaard en huiselijk in haren smaak, teeder en hartelijk in den omgang, en den dokter was een zoodanige indruk van haar bijgebleven dat hij oordeelde dat die zelfde hoe¬ danigheden veel tot het geluk van het huwelijks¬ leven bijdragen. Hij was een huiselijk man; hij beminde zijn te huis, en de genoegens en be¬ koorlijkheden van het leven in zijnen kleinen kring; maar zijne Sophia had hij ook zonder huwelijksgift tot vrouw genomen en ten gevolge daarvan bevond hij zich nu in schulden. Op een regenachtigen Novemberavond kwam hij eens te huis van eene der lastigste bezighe¬ den die in zijn beroep voorkwamen, en vond hij de thee niet gereed, de huishoudster boos en de kinderen huilende. Nauwelijks was de tafel af¬ geruimd of de kinderen werden wegens een klein vergrijp naar bed gezonden, en kort daarna ver¬ liet de huishoudster, die door eene scherpe aan. merking van den dokter verbitterd was, de kamer de deur hard dicht slaande. Aldus met zijne overdenkingen alleen gelaten, verviel de dokter weldra in een alleenspraak, en die alleenspraak stemde in treurigen toon vol¬ maakt met het kletteren der regendroppels tegen de vensters, overeen. z/Wat is dat toch een ellendig leven! Het zal weldra de ondergang van mij en mijne kinderen zijn, dat is zeker. Maar hoe is dat te verhelpen? Het eenige dat er aan te doen is, is dat ik met eene bemiddelde dame in het huwelijk trede. Dagelijks word ik door schuldeischers lastig ge¬ vallen. De rekening van den kruidenier is in geen zes maanden betaald, en die van den slager moet ook weldra betaald worden; de interest van de hypotheek op het huis moet de aanstaande maand betaald worden. z/Met de rechte wijze van huishouden konden al die zaken met den tijd uit den weg geruimd worden. #Maar het is een groot verschil of er eene goede huisvrouw aan het hoofd staat, dan wel eene huishoudster, dat heb ik sedert lang ingezien;