Tekstweergave van SC_1883_12_14_0027_L
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Vrtfdag
12
Juli
1940
ENKHUIZER
COURANT
KHUIZEM,
VOOR
Konvooien
op
het
IJselmeer!
ï
^
KtJtüUjiN
S1
V
A
A
lii
ttk.i'jii
Sr
is
vreugüe
tuui
ile
naven!
Vroiykheid,
spot,
satyre
ox
sarcasme,
a.
naar
de
aard
der
mensen,
is
onder
ue
scmp-
pers
op
tc
merken.
Alen
maakt
zich
vrolyk
om
het
advies
om
„In
konvooi''
te
varen!
Zodoenue
is
or
g'O'.t
vraag
naar
beschermende
ooriogsscnepeii
om
staan!
Jammer,
dat
de
twee
manneoooijea
nog
op
de
pier
zitten.
Gistermiddag
werd
het
volgende,,
van
den
directeur
van
het
loodswezen
te
Amster¬
dam
ontvangen
telegram
aan
de
visafslag
aangeplakt:
Onderzoek
naar
mijnen
is
ingesteld,
adviseer
varen
alleen
ovexdag,
liei'st
in
konvooi,
goede
uitkyk
houden,
alle
dty-
vende
voorwei
pen
mijden.
Tot
nu
toe
is
er
nog
geen
enkele
myn
in
het
hele
Useimeer
gevonden,
zodat
het
hele
verhaal,
dat
zoveel
last
en
stagnatie
veroor¬
zaakte,
wel
teruggebracht
zal
kunnen
worden
tot
een
leeg
sardineblikje
of
boturhampapiet-
tje
door
een
passerend
vlieger,
die
een
napje
gegeten
had,
uitgeworpen.
Ook
Enkhuizen
bleef
niet
achter:
Er
moe¬
ten
hier
mensen
rondlopen,
die
toch
maar
zelf
voorwerpen
uit
vliegtuigen
hebben
zien
val¬
len.
Inmiddels
—
dit
geeft
reden
tot
werkelijk
verheugenis
—
is
de
veerdienst
hedenmorgen
weer
normaal
hervat
en
ook
varen
de
lijn¬
diensten
uit
Amsterdam
weer
,,naar
Over¬
zee".
In
visserskringen
doet
men
„gewoon".
Er
is
dan
ook
eigenlijk
mets
ongewoons
aan
de
hand
geweest,
want
overal
heeft
men
ru
doorgevist.
I)e
mening
onder
de
vissers
is,
dat,
als
er
werkelijk
40
tot
100(!)
mynen
uitgeworpen
waren,
er
op
net
vooral
nu
zo
druk
bevaren
IJselmeer
zeker
ongelukken
gebeurd
moesLen
zijn.
Wat
niet
./egniemt,
dat
het
geen
kwaad
kan
om
extra
uit
te
kijken,
daar
voorzich¬
tigheid
nog
steeds
de
moeder
van
de
porce-
leinkast
ls.
Inmiddels
is
het
te
hopen
dat
er
binnen¬
kort
ook
een
officieel
bericht
afkomt,
dat
zelfs
de
grootste
bloodaard
genist
stelt.
Wie
echter
vakantieplannen
voor
Gaaster-
land
of
Oranjewoud
mocht
hebben
of
naai¬
de
Friese
meren
wilde,
hij
steke
gerust
over,
als
er
werkelijk
enig
risico
was,
zou
de
veer¬
dienst
zeker
niet
hervat
zijn.
MULO-EXAMEN
Voor
het
Mulo-diploma
B
slaagde
W.
Rin-
dertsma,
leerling
van
de
Mulo,
alhier.
DE
KONINKLIJKE
KOMT.
Zaterdag
en
Zondag
zal
Enkhulzen
weer
volledig
in
het
teken
van
de
zeilsport
staan.
Zoals
we
reeds
eerder
mededeelden,
zijn
de
wedstrijden
van
de
Kon.
Nederl.
Zeil-
en
Roeiveremging
in
volle
gang
en
deze
week
is
Enkhulzen
het
doel.
Zaterdag
starten
om
1
uur
7
drakenjach-
ten
in
wedstrijdverband
naar
Enkhuizen,
terwijl
een
gelijk
aantal
grotere
jachten
een
kruistocht
naar
onze
stad
zal
maken.
Zondagmorgen
zullen
de
„draken"
weer
starten
voor
een
wedstryd
van
Enkhuizen
naar
Amsterdam.
Vooral
deze
start
ls
buitengewoon
fraai
om
te
zien,
zodat
we
de
liefhebbers
aanra¬
den
Zondagmorgen
tydig
aanwezig
te
zijn,
om
hiervan
te
kunnen
genieten.
Het
zal
echter
niet
by
dit
ene
bezoex
blijven
dit
jaar,
want
op
ö
en
7
Aug.
houdt
de
K.N.Z.
&
H.V.
een
Flevo-race.
Hiertoe
zullen
alle
deelnemende
jachten
op
6
Aug.
in
Enkhuizen
arriveren.
Op
deze
race
zullen
we
nog
nader
terugkomen.
AND
UK.
GESLAAGD
Voor
het
Mulo-diploma
B
slaagde
te
Alk¬
maar
C.
Timmerman,
alhier.
Bü
VENKARSPEL.
MULO-DIPLOMA
G.
J.
Verveld,
alhier,
slaagde
te
Alkmaar
voor
het
Mulo-diploma
B.
NIBBIXWOUD.
NATIONALE
INZAMELING
De
Burgemeester
maakt
bekend,
dat
de
gehouden
collecte
op
6
Juli
1940
het
bedrag
heeft
opgebracht
van
ƒ
286,75.
Hartelijk
dank
wordt
gebracht
aan
de
In¬
gezetenen
voor
hun
milde
bijdragen,
alsmede
aan
de
dames,
die
de
collecte
hebben
ge¬
houden.
MEDEMBLIK.
DE
NATIONALE
COLLECTE
De
Nationale
collecte
heeft
alhier
opge¬
bracht
een
bedrag
van
ƒ
1020,92.
Hiervan
werd
een
bedrag
van
ƒ
260,—
bij
den
Bur¬
gemeester
bezorgd
of
op
diens
postrekening
overgeschreven,
en
wel
één
gift
van
ƒ
100,—,
één
van
ƒ
25,—,
twee
van
ƒ
10,—
één
van
ƒ
7,50
één
van
ƒ
5,00
en
één
van
ƒ
2,50.
De
opbrengst
van
de
buscollecte
be¬
droeg
ƒ
760,92.
In
de
bussen
werden
o.m.
aangetroffen
2
biljetten
van
ƒ
50,—,
3
van
ƒ
25,—,
1
van
ƒ
20,—
en
15
van
ƒ
10,—.
Zij
bevatten
voorts
65
rijksdaalders
en
119
gul¬
dens.
gen
van
de
laatste
weken
het
volgende
mede:
Het
percentage
van
degenen,
die
zich
ken¬
nelijk
niet
wenste
te
storen
aan
de
uitgevaar¬
digde
verboden
is
dermate
groot,
dat
een
laatste
waarschuwing
langs
deze
weg
mo¬
gelijk
nog
veel
onheil
in
dubbele
betekr
nis
kan
voorkomen,
immers
wanneer
vanaf
he¬
den
overtredingen
worden
geconstateerd
van
het
uitvliegverbod
zullen
niet
alleen
alle
dui¬
ven,
die
erby
betrokken
zjjn
op
staande
voet
in
beslag
worden
genomen
en
gedood
wor¬
den,
maar
bovendien
stellen
de
eigenaars
zich
aan
zeer
zware
straffen
bloot.
De
grote
oorlog
van
1914—1928
heeft
in
ruime
mate
en
met
allerlei
variaties
aan¬
getoond,
welk
enorm
gevaar
kan
schuilen
in
het
hanteren
van
postduiven
tijdens
een
der¬
gelijke
periode.
Een
kind
kan
begrijpen,
dat
de
Duitse
overheid
in
dit
opzicht
niet
de
allergeringste
risico
mag
nemen
en
eist
on¬
voorwaardelijke
zekerheid
en
daarom
wordt
de
commissie-Eaanstra
verplicht
gewijzigde
bepalingen
in
het
leven
te
roepen
die
aan¬
sluiten
aan
de
desbetreffende
verordeningen
van
den
Duitsen
Rijkscommissaris
en
geen
twijfel
laten,
wat
ermee
bedoeld
wordt.
Zo¬
lang
geen
tegenbevel
uitgevaardigd
is
moe¬
ten
alle
postduiven
en
ook
alle
andere
soor¬
ten
duiven
zonder
enige
restrictie
binnen
ge¬
houden
worden.
De
afsluiting
van
het
hok
moet
zodanig
verzekerd
zijn,
dat
ontsnapping
volstrekt
uitgesloten
is.
'i'e
dien
aanzien
worden
ver¬
ontschuldigingen
by
voorbaat
radicaal
van
de
hand
gewezen.
Duiven
binnen
houden!
Anders
zware
straffen.
AMSTERDAM.
11
Juli
'40
(D.N.B.)
De
commissie
Eaanstra
die
de
schakel
vormt
tussen
de
Duitse
overheid
in
het
be¬
zette
Nederlandse
gebied
en
de
duivenhou-
ders
hier
te
lande
deelt
nopens
de
ervarin-
Orde
en
tucht
het
parool
bij
de
opbouwdienst.
Reeds
werk
voor
25000
man.
's-GRAVENHAGE,
11
Juli.
—
Zullen
de
50.000
h
60.000
mannen
van
de
Opbouw¬
dienst,
die
op
15
Juli
aantreden,
dadelijk
aan
de
slag
kunnen
gaanï
De
leiding
van
de
Opbouwdienst
beschikt
op
het
ogenblik,
naar
wy
vernemen,
over
objecten,
waarby
onmiddellijk
25.000
man
ingezet
zouden
kunnen
worden,
doch
er
zyn
nog
enkele
hinderpalen,
die
oorzaak
zijn,
dat
de
Opbouwdienst
eerst
geleidelijk
het
prac-
tisch
gedeelte
van
zijn
taak
ter
hand
zal
kunnen
nemen.
Een
belangrijke
rol
speelt
het
materiaal-
vraagstuk.
De
benodigde
materialen
kunnen,
zo
zij
al
door
de
commisste-Ringers
be¬
schikbaar
worden
gesteld,
nog
niet
alle
da¬
delijk
op
het
werk
zyn.
Evenmin
beschikt
de
Opbouwdienst
by
de
aanvang
reeds
over
al
liet
benodigde
gereedschap.
Aan
de
spoor
wegen
zullen
ten
aanzien
van
het
vervoer
naar
de
werkobjecten
eisen
gesteld
moeten
worden,
waaraan
deze
op
het
ogenblik
niet
kunnen
vokloen.
Het
wordt
voorts
volkomen
ondoenlijk
geacht,
om
tijdig
voor
legering
te
zorgen
by
de
plaatsen
waai'
de
werken
wor¬
den
uitgevoerd.
Het
belangrykst
is
echter
de
kwestie
van
de
tucht.
Het
valt
niet
te
ontkennen,
dat
het
gevoel
voor
discipline
by
den
Nederland¬
sen
soldaat,
dat
toch
al
niet
bijster
groot
was,
de
laatste
twee
maanden
heeft
gele¬
den.
De
Nederlandse
militair
was,
zo
werd
algemeen
beweerd,
een
„vechtsoldaat".
Werd
deze
opvatting
voorheen
tot
op
zekere
hoog¬
te
ook
door
onze
legerleiding
aanvaard,
thans
zal
het
er
om
gaan,
een
nieuw
soort
tucht
aan
te
kweken,
geboren
uit
gemeen¬
schapszin
en
kameraadschap.
Deze
gezind¬
heid
komt
echter
niet
in
een
handomdraaien
tot
stand.
Een
andere
geesteshouding
is
hier
noodzakelijk
en
het
zal
een
der
voornaamste
taken
van
de
leiders
van
de
Opbouwdienst
zyn,
om
liet
gevoel
voor
orde
en
tucht
aan
te
kweken.
Er
zal
geen
enkele
afdeling
aan
een
ob¬
ject
mogen
beginnen,
alvorens
de
leiding
er
ten
volle
van
verzekerd
is,
dat
de
mannen
volkomen
gedisciplineerd
zijn.
Slechts
wan¬
neer
een
leider
van
een
werkploeg
deze
ge¬
heel
in
de
hand
heeft,
kan
vruchtbare
arbeid
verwacht
worden,
welke
niet
slechts
zijn
nut
afwerpt
voor
de
gemeenschap,
maar
ook
iederen
arbeider
in
de
Opbouwdienst
zelf
ten
goede
komt.
Omtrent
het
embleem
van
de
Opbouw¬
dienst
vernemen
wy,
dat
dit
zal
bestaan
uit
een
op
de
rechtermouw
genaaide
driehoek,
waarop
de
letters
O.D.,
gescheiden
door
een
schop,
voorkomen.
(De
Tel.)
Waar
eens
het
21ste
lag....
Scherjxaizoel
wordt
herbouwd.
Bijna
10
maanden
heeft
een
groot
deel
van
het
21ste
doorgebracht
in
de
omgeving
van
Scherpenzeel
en
heeft
dit
gebied,
—
juist
toen
het
op
zijn
mooist
was,
met
het
jonge
groen
en
de
bloelende
vruchtbomen,
—
moe¬
ten
verlaten,
toen
de
kom
van
Scherpenzeel
in
lichte
laaie
stond
en
talryke
huizen
niet
meer
waren
dan
smeulende
puinhopen.
Wie
thans
van
Woudenberg
af
Scherpen¬
zeel
binnenkomt,
zal
een
karakteristiek
hoekje
missen
en
even
zal
men
zich
afvra¬
gen,
of
Scherpenzeel
nog
wel
Scherpenzeel
gebleven
is
....
Want
het
vertrouwde
notelletje-op-de-
hoek
is
veranderd
in
wat
vormloze
klompen
Pam's
wonderlijke
avonturen.
TPS
91.
Voor
ze
recht
beseffen
wat
er
gebeurt,
openen
zich
de
wanden
in
de
kamer
en
in
grote
getale
komen
van
-
alle
kanten
de
rovers
binnenstormen.
/iWSil&W
k
92.
„Halt
Vossenaars!"
roept
Pam
met
luide
stem:
„ik
geer
mrj
gewonnen,
doch
eerst
wil
ik
jullie
eens
laten
zien
hoe
dit
zilveren
fluitje
dient
te
worden
gebezigd."
Radio-programma
ZATERDAG
13
JULI
1940.
JAARSVELD,
414,4
meter:
NCKV-uitzen-
ding:
8.00
berichten
ANP;
8.10
schriftlezing
meditaie;
8.25
gewyde
muziek
(gr.pl.);
9.00
Apolo-kwartet
en
gr.muz.;
10.15
gr.muz.;
11.15
pianovoordracht
en
gr.muz.;
12.00
be¬
richten;
12.15
gr.muz.;
12.45
berichten
AN
P;
1.00
Stichts
Salonorkest
en
gr.muz.;
2.30
zang
en
piano;
3.00
christelyke
lectuur;
3.30
gr.muz.;
4.00
bijbellezing;
4.45
gr.muz.;
5.00
voor
de
kinderen;
5.45
orgelspel
en
gr.muz.;
6.30
VPRO:
bybelvertellingen;
6.45
Christe¬
lijke
Tambours-
en
Pyperscorps
,,Juliana",
en
gr.muz.;
7.30
causerie
„Zeilen
op
de
Friese
meren";
8.00
berichten
ANP;
8.15
Bel
Canto
8.40
causerie
„Let
op
uw
hart";
9.00
Bel
Canto;
9.45
NCRV-kleinkoor
en
-orkest
(op¬
name);
hierna:
schriftlezing;
10.15—10.30
berichten
ANP.
KOOTWIJK:
1875
meter
:VARA-uitzen-
ding:
7.00
berichten
(Duits);
7.15
berichten
(Engels);
7.30
gr.muz,;
8.00
berichten
ANP,
gr.muz.;
9.30
berichten
(Vlaams);
9.45
gr!
muz.;
10.00
orgelspel;
10.40
Esmeralda
en
soliste;
11.15
berichten
(Engels);
11.30
be¬
richten
(Vlaams);
11.45
Esmeralda
en
so¬
liste;
12.00
VARA-orkest;
12.30
berichten
(Duits);
12.45
berichten
ANP;
1.00
VARA-
orkest;
1.45
gr.muz.;
2.00
berichten
(Duits);
2.15
gr.muz.;
3.15
berichten
(Frans);
3.30
gr.m.;
met
toelichting;
4.15
reportage;
430
orgelspel;
5.00
berichten
(Duits);
5.15
VA
RA-orkest;
6.00
gr.
muz.;
6.15
berichten
Engels;
6.30
VARA-orkest;
7.00
reportage;
7.30
De
Ramblers;
8.00
berichten
(Duits);
8.15
berichten
A.N.P.;
8.30
berichten
(En¬
gels);
8.45
berichten
(Vlaams);
9.00
Esme¬
ralda
en
solist
(9.15—9.30
berichten
Engels);
9.45
berichten
(Vlaams);
10.00
berichten
(Duits);
10.15—10.30
berichten
ANP;
11.15
—11.30
berichten
(Engels).
gruis;
het
terrasje,
waarop
zo
menig
één-en-
twintiger
zijn
kopje
koffie
heeft
gedronken
om
de
zorgen
des
daags
wat
te
vergeten,
of
eens
iets
„extra's"
ging
eten,
ter
afwisseling
van
de
eeuwige
rats,
kuch
en
bonen,
is
on¬
vindbaar
geworden.
Weggevaagd...
En
de
molen,
die
dit
kleine
karakteristieke
hoekje
op
de
achtergrond
beheerste..
.
?
Ook
hij
heeft
een
voltreffer
gehad
en
wel
mid¬
den
in
de
buik.
Een
wiek
hangt
zieltogend
naar
beneden,
ten
bewijze,
dat
daar
een
ern¬
stig
gewonde
staat.
Maar
reeds
klinken
ook
in
Scherpenzeel
de
bikkende
hamers
en
andere
werktuigen
van
de
wederopbouw.
Ook
hier
wordt
gewerkt
om
geleidelijk
aan
alle
sporen
weg
te
vagen
en
men
mag
hopen,
dat
de
tijd
zal
naderen,
waarop
dit
hoekje,
dit
Scherpenzeelse
hoek¬
je,
uit
het
gruis
zal
herrijzen..
.
Er
is
in
Scherpenzeel
nog
heel
wat
te
bou¬
wen
en
te
doen.
Want
hier
liggen
ongeveer
50
huizen
in
puin
—
m
zoverre
wij
geteld
hebben
—
waaronder
de
zwaar-beschadigde
ook
zijn
meegerekend.
By
de
kerk
aan
de
Dorpsstraat
was
een
heel
blok
woningen
finaal
weggeslagen;
daar
zagen
wy
ook
ar¬
beiders
bezig
om
stenen
af
te
bikken
en
deze
netjes
op
te
stapelen.
Stenen
voor
een
nieuw
huis...!
Heeft
Scherpenzeel
dan
ook
een
behoorlij¬
ke
klap
meegekregen
van
de
oorlog
het
stadje
biedt
thans
weer
het
oude
gemoede¬
lijke
beeld
van
alledaagse
tevredenheid
en
alom
weerspiegelt
zich
weer
op
de
gezichten
het
vertrouwen
(lat
„alles
zal
reg
kom".
Ineengezakte
daken,
krom-getrokken
muren,
puin.
.
.
langzaam-aan
zal
alles
gaan
ver¬
dwijnen.
Maar
dat
zal
nog
wel
eventjes
aan¬
lopen.
Hoofdzaak
ls,
dat
men
ook
hier
hou¬
weel
en
spade
heeft
ter
hand
genomen.
Eens
zal
Scherpenzeel
weer
geheel
zichzelf
zijn
voor
de
volle
honderd
procent
en
zelfs
dat
hoekje.
..
misschien
vinden
wij
dat
wel
eens
op
een
mooie
dag
terug.
.
.
teuittetoH
_•
[
CONTRABANDE
(Nadruk
verboden)
20.
—
In
orde,
Dick,
zclde
Budge
eindelijk
tegen
den
bestuurder,
dei
reeds
met
zyn
hand
aan
het
stuurrad
zat.
Maar
de
man
aarzelde.
—
Voor
we
weggaan,
manheer,
wendde
hy
zich
tot
den
opzichter
—
zou
ik
u
wel
Iets
willen
vertellen.
Zelfs
al
zou
u
me
uit¬
lachen,
voegde
hy
er
zenuwachtig
aan
toe.
—
Zeur
niet
en
kom
er
mee
voor
de
dag,
zei
Budge
ruw.
—
Ik
was
in
schacht
no.
4
om
deze
lading
klaar
te
maken,
zei
de
man,
dei
Cooper
heette,
—
en
ik
zou
durven
zweren,
dat
ik
daar
een
vrouw
noorde
gillen,
't
Was
even
voor
enen,
net
toen
ik
klaar
was
en
weg¬
ging-
—
Onzin,
je
hebt
staan
dromen.
Hoe
kan
er
nu
een
vrouw
in
een
van
de
schachten
komen?
snauwde
de
oprichter.
—
Dat
heb
lk
zelf
ook
gedacht,
stemde
Cooper
toe,
—
maar
het
geluid,
al
klonk
het
gedempt,
was
positief
dat
van
een
vrouw
en
kwam
van
niet
ver
weg.
—
Als
het
werkeiyk
een
vrouw
was,
dan
moet
ze
aan
het
strand
zyn
geweest
of
in
een
boot
en
het
geluld
moet
door
de
ope¬
ning
in
de
rots
zyn
gekomen,
zei
Budge,
—
maar
het
is
veel
waarschyniyker,
dat
het
een
zeemeeuw
is
geweest.
Die
kunnen
soms
zo
akelig
schreeuwen,
misschien
ls
er
storm
op
til.
In
ieder
geval
kan
ze
onmogelijk
In
een
van
de
schachten
zijn
geweest.
En
nu,
maak
dat
je
wegkomt!
De
opzichter
keek
het
voertuig
na,
ter¬
wijl
het
door
de
poort
wegreed
en
toen
het
uit
het
gezicht
verdwenen
was
sloot
hy
de
zware
deuren.
Het
was
'n
prachtige
zomer¬
morgen,
de
zon
straalde
aan
een
wolken¬
loze
hemel
en
de
blauwe
zee
glinsterde,
zacht
bewogen
door
een
koeltje.
Op
zyn
horloge
kykend,
zag
hij
dat
het
zeven
uur
was.
—
Martha's
theewater
zal
wel
aan
de
kook
zijn,
mompelde
hy.
—
lk
kon
best
even
naar
haar
toegaan
en
zien
een
lekker
bakje
thee
machtig
te
worden.
Budge,
schoon
niet
zo
heel
jong
meer,
was
nog
vrygezel.
Sedert
zyn
aanstelling
als
opzichter
van
de
groeven,
had
hy
in
een
van
de
keten
geleefd
en
met
een
ijzeren
hand
de
tucht
gehandhaafd
onder
de
andere
mannen.
Maar
voor
de
herleving
„van
de
marmerindustrie"
was
hij
jachtopziener
ge¬
weest
op
de
Abbey,
evenais
zyn
vader
het
eens
by
den
ouden
Lord
Purbeck
geweest
was.
Trouw
aan
de
familie
Purbeck
was
hem
van
jongsal
aan
bygebracht
en
hij
ge¬
noot
het
volle
vertrouwen
van
zyn
meester.
Een
ander
misschien
iets
minder
diep
ge¬
voel
in
z'n
harde,
schuwe
natuur,
was
zijn
bewondering
voor
Martha
Calloway.
Ze
wa¬
ren
samen
opgegroeid
in
het
kleine
dorp
achter
de
Abbey
en
ofschoon
hij
111
vroeger
jaren
het
veld
had
moeten
ruimen
voor
een
beminnelijker
mededinger,
zonder
ooit
veel
van
zijn
gevoel
te
hebben
laten
blijken,
was
hy
haar
in
zyn
hart
trouw
gebleven.
En
nu
had
de
heropening
van
de
groeven
hem
in
nauwer
contact
met
de
knappe
weduwe
ge¬
bracht,
van
wie
hij
altyd
had
gehouden
en
die
misschien
zyn
vrouw
zou
zijn
geworden,
als
hij
een
beetje
doortastender
was
ge¬
weest
op
het
psychologische
moment.
Zijn
nieuwe
betrekking
had
hem
genood¬
zaakt
zijn
huisje
te
verlaten
en
in
de
keten
op
de
rots,
vlak
achter
Martha's
huisje
te
gaan
wonen.
Eerst
hadden
ze
elkaar
toeval¬
lig
ontmoet,
later
waren
die
ontmoetingen
regel
geworden.
Een
kopje
thee
vroeg
in
de
morgen,
tegen
de
tyd
van
het
ontbyt,
was
zo
langzamerhand
een
gewoonte
geworden.
Een
verdere
band
tussen
hen
vormde
het
feit,
dat
zowel
Martha
als
haar
dochter
Bessie
het
geheim
van
de
werkzaamheden
in
de
groeve
kenden.
Martha,
de
weduwe
van
den
tuinman
van
de
Abbey,
was
even
verknocht
aan
de
familie
Purbeck
als
John
Budge
zelf
en
Bessie
zou
voor
Lady
Madge
door
het
vuur
zyn
gegaan.
Om
deze
redenen
had
Lord
Purbeck
het
verstandiger
geoor¬
deeld,
om,
teneinde
gissingen
en
praatjes
te
voorkomen,
hun
de
waarheid
te
vertellen.
Het
was
dus
geen
ongewoon
verschijnsel,
dat
Budge
het
pad
over
de
rots
insloeg
naar
de
achterdeur
van
Martha's
huisje.
Toen
hij
over
het
kleine
paadje
liep,
zag
hij
met
vol¬
doening
een
blauwe
rookwolk
uit
de
schoor¬
steen
opstijgen
en
hij
wist,
dat
hij
niet
lang
meer
op
een
warme
dronk
zou
behoeven
te
wachten.
Martha
en
Bessie
waren
's
mor¬
gens
altyd
al
vroeg
in
de
weer.
Hij
was
er
byna
zeker
van,
dat
hy
Martha
in
de
keu¬
ken
zou
vinden
bezig
met
het
ontbyt
voor
haar
huurders
en
Bessie
in
de
kamers
aan
liet
stoffen
zou
zijn.
Toen
hy
echter
dicht
bij
he
huisje
was,
voorbij
de
vlierstruiken,
bemerkte
hy,
dat
de
dingen
die
morgen
anders
waren
dan
ge¬
woonlijk.
Martha
stond
bij
de
achterdeur,
haar
hand
boven
haar
ogen
voor
het
scher¬
pe
zonlicht
en
riep
—
Bessie,
terwijl
ze
naar
de
rotshelling
optuurde.
Zodra
ze
Budge
zag,
kwam
ze
haastig
op
hem
toe.
—
Goede
morgen
John,
heb
jy
Bessie
ook
ergens
gezien?
Waar
kan
dat
kind
toch
zit¬
ten?
Ik
dacht,
dat
ze
bezig
was
met
tafel¬
dekken
in
de
kamer
van
meneer
Mapleton,
maar
toen
ik
haar
een
kop
thee
ging
bren¬
gen,
was
ze
nergens
te
vinden!
i—v
Misschien
heeft
ze
zich
verslapen,
meende
Budge
—
en
is
ze
nog
niet
op.
—
Ik
heb
in
haar
kamertje
gekeken,
toen
ik
naar
beneden
kwam,
maar
ze
was
er
niet.
—
Was
ze
wel
naar
bed
geweest?
was
de
nuchtere
vraag.
Lieve
hemel,
John,
waar
denk
je
aan!
zei
de
vrouw
plotseling
hevig
verschrikt.
—
Ik
heb
alleen
maar
gezien
dat
ze
niet
meer
in
haar
kamertje
was.
We
zijn
gisteren¬
avond
samen
naar
boven
gegaan.
Waar
zou
ze
anders
geslapen
hebben
dan
in
haar
eigen
kamertje.
Maar
ik
zal
eens
gaan
ky-
ken.
Ze
ging
haastig
het
huisje
binnen
en
Budge
wachtte
in
de
keuken,
terwijl
Mar¬
tha
de
trap
opliep.
Na
een
ogenblik
was
ze
terug,
zo
bleek
als
een
dode
en
trillend
over
haar
hele
lichaam.
—
Ze
is
niet
naar
bed
geweest,
bracht
ze
er
met
moeite
uit.
—
John,
wat
kan
er
ge¬
beurd
zyn?
Er
kwam
geen
antwoord
op
haar
vraag.
Budge
was
ook
geschrokken.
Want
plotse¬
ling
dacht
hy
aan
het
verhaal
van
Cooper,
over
de
kreet,
welke
deze
gehoord
had,
kort
na
middernacht.
Maar
hy
hield
dat
voor
zich.
Zwygzaam
van
natuur,
was
hij
er
de
man
niet
naar
om
door
een
nog
onbewezen
gerucht,
Martha's
angst
te
vergroten.
Bo¬
vendien
bestond
er
voor
Uem
een
andere
mogelijkheid,
die,
van
het
standpunt
van
een
moeder
even
erg
mocht
zyn,
maar
waar
op
het
verhaal
van
Cooper
in
elk
geval
geen
betrekking
kon
hebben.
(Wordt
vervolgd./