Tekstweergave van SC_1883_12_14_0020_R
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Dinsdag
9
Juli
1940
ENKHUIZER
COURANT
Tweede
Blad
OPPERDOES
rots
van
kerkelijk
leven
De
Ned.
Hero.
Kerk
wordt
grondig
gerestaureerd.
Over
Opperdoes,
door
zijn
bewoners
zo
nauw
verbonden
aan
Enkhuizen,
lezen
we
het
volgende
in
de
„Schager
Crt.":
Van
„Opperdoes"
is
afgeleid
„Opper-
doezer"
en
dit
„Opperdoezer"
heeft
tweeërlei
betekenis.
De
„Opperdoezer3"
als
aardappeltjes
zijn
mooi
gelijk
en
ge¬
lijkvormig
en
zéér
bekend.
De
„Opper-
doezers"
als
mens
zijn
niet
zo
gelyk
en
gelijkvormig
en
minder
bekend.
Niet
zo
gelijk
en
gelijkvormig,
omdat
de
1170
in¬
woners
zich
Zondags
over
vier
kerk¬
gebouwen
verspreiden.
De
enkeling,
die
daar
niet
aan
mee
doet,
heeft
zijn
eigen
begrippen
over
het
geordend
predik¬
ambt,
doop
en
avondmaal,
hoewel
hij
zeker
niet
minder
gelovig
is
dan
de
overigen.
Hij
behoort
tot
de
merkwaardige
sekte
der
Mazereeuwers,
die
met
enkele
tientallen
haar
eigen
diensten
houdt
in
een
klein
kerkje
te
Enkhuizen.
Het
zijn
navolgers
van
Jan
Mazereeuw,
een
braven
Opperdoezer
landbouwer
uit
de
tweede
helft
der
acht¬
tiende
eeuw,
die
als
openbaringen
geloofde
fn
zijn
eigen
visioenen.
Die
als
lijfspreuk
had
„De
kerkelijke
mensen
weten
niet
hoe
laat
het
is"
en
het
eens
was
met
den
dichter-
kastelein
Jan
Zoet,
die,
waar
hij
van
de
kerken
hoegenaamd
geen
goeds
venvacht-
te,
neerschreef:
„Het
leste
dat
ik
weet
is
't
preeken
eerst
te
laten
„Dat
in
de
kerken
nu
wordt
door
den
geest
gedaan
„Daar
door
dat
zij
elkaar
vervloeken,
lasteren,
haten,
„Als
wolven
op
den
roof
vol
moeds
ter.
oorlog
gaan.
Een
van
de
„stiefkinderen
van
het
Chris¬
tendom"
zoals
dr.
J.
Lindeboom
deze
wilde
planten
in
het
nette
tuintje
van
onze
Va¬
derlandse
Christelijkheid
noemt.
De
enkele
aanhangers
van
Mazereeuws
leer,
die
van
de
tweehonderd
uit
zijn
dagen
zijn
overgebleven,
doen
thans
geen
kip
meer
kwaad
en
verstaan
zich
goed
met
de
grotere
kerkelijke
broeders.
Als
een
rots
....
Opperdoes
zelf
staat
al
eeuwen
als
een
rots
van
kerkelijk
leven
temidden
van
het
naar
veler
oordeel
immers
zo
„donkere"
Westfriesland.
Het
modernisme
van
1850
kreeg
er
geen
schijn
van
een
kans.
het
wat
geïsoleerde
dorpje,
onder
de
rook
van
Me-
demblik
nochtans,
bleef
buiten
het
„Para¬
dijs
der
Publieke
Opinie"
zoals
Heinisz
Westfriesland
immers
betitelt,
het
stoorde
zich
nimmer
aan
wat
anderen
zeiden,
aan
critiek
op
oude
vormen
en
gedachten,
het
bleef
zichzélf,
het
hield
het
bij
het
oude.
De
redenen
daarvoor
—
in
niets
onderscheiden
de
Opperdoezers
zich
overigens
van
de
ove¬
rige
Westfriezen
—
zyn
slechts
te
gissen.
Weten
doet
men
het
niet,
men
constateert
slechts
een
intens
godsdienstig
leven,
van
elke
groep
op
eigen
terrein,
zonder
dat
van
kleindorpse
afgunst
tussen
orthodoxen,
ge¬
reformeerden
en
christelijk
gereformeerden
enz.
enz
sprake
schijnt
te
zijn.
Ook
al
weer
een
uitzondering!
Geen
wonder
dus
dat
men
met
zijn
kerk¬
gebouwen
veel
op
heeft
en
dat
het
kerk'
testuur
van
de
Nea.
Hervormde
kerk
bij
het
steeds
voortschrijdende
verval
van
het
meer
dan
300
jaar
oude
kerkgebouwtje
in
zak
en
asse
zat.
De
kleine
gemeente
was
zelf
niet
in
staat
de
hoge
verbouw-
of
restauratie¬
kosten
te
betalen.
Monumentenzorg
werd
in
de
arm
genomen
en
toen
werd
geconstateerd
dat
van
het
klassieke
zestiende
eeuwse
bouw¬
werk
door
veelvuldige
restauraties,
welke
geen
restauraties
doch
knoeieraties
zijn
ge¬
weest,
weinig
is
overgebleven.
Het
bedrag
byeen.
Naarstig
zijn
nog
andere
geldbronnen
aan¬
geboord
en
men
heeft
dezer
dagen
kunnen
lezen
dat
ook
een
aanzienlijke
provinciale
subsidie
wordt
verleend.
Het
gebouw
krijgt
nu
beter
lot,
het
staat
als
enig
in
de
wijde
omtrek
op
de
voorlopige
lijst
van
Monumen¬
tenzorg
en
verdient
dus
grondig
gerestau¬
reerd
te
worden.
Er
is
veel
verknoeid,
zei¬
den
wij.
Omstreeks
1850
wel
het
meest,
toen
men
inderdaad
grondig
een
hele
muur
be¬
pleisterde,
ramen
korter
maakte
en
nog
veel
meer
vandalisme
bedreef.
Architect
Kramer
uit
Hoorn,
die
op
dit
gebied
zijn
sporen
heeft
verdiend,
kreeg
opdracht
een
plan
te
maken
tot
een
restauratie,
waarmede
de
piëteit
tegenover
de
oorspronkelijke
bouwmeesters
in
acht
werd
genomen.
Het
is
nu
gebleken
dat
men
zich
steeds
vergist
heeft
in
de
oorzaak
van
lekken
en
het
scheef
staan
van
de
toren.
Niet
zo
scheef
als
die
van
Pijnacker,
niet
zo
scheef
zelfs
als
een
der
torens
van
Me-
demblik,
maar
toch
wel
zo
dat
langzaam
maar
zeker
het
kerkgebouw
wordt
in¬
gedrukt.
Men
kan
reeds
duidelijk
zien
dat
de
toren
uit
het
lood
staat.
Het
is
komen
vast
te
staan
dat
de
toren
te
zwaar
is
voor
de
fundamenten.
Getracht
zal
nu
worden
de
toren
los
van
de
kerk
weer
in
het
lood
te
krij¬
gen,
glas
in
lood
ramen
zullen
worden
v
aangebracht
en
het
lelijke
pleisterwerk
vervangen
door
oude
baksteen.
Als
dooi¬
de
gewijzigde
omstandigheden
de
plan¬
nen
evengoed
door
kunnen
gaan,
is
voor
de
kleine
offervaardige
gemcentg
een
langgekoesterde
wens
vervuld!
Uit
grijze
historie.
Het
kerkje
dat
in
de
tweede
helft
van
de
zestiende
eeuw
is
gebouwd
moet
toen
ge¬
deeltelijk
reeds
uit
oud
materiaal
zijn
op¬
getrokken.
In
de
Zuidermuur
vindt
men
„reuzemoppen",
die
afkomstig
moeten
zijn
van
een
ouder
gebouw,
vermoedelijk
van
het
kerkgebouw
dat
in
1517
door
benden
„Gel¬
derse
Friezen"
is
verwoest.
De
toren
die
uit
de
eerste
helft
der
zestiende
eeuw
dateert,
heeft
waarschijnlijk
ook
al
bij
de
vroegere
kerk
gestaan.
Daarvoor
zal
in
het
oude
„Dois"
-(er
zou
ook
nog
een
„Nederdoes"
zijn
geweest,
dat
door
de
baren
is
verzwolgen,
-)
er
wel
een
houten
kerkje
geweest
zyn.
De
eiken
preekstoel
met
snywerk
van
van
Pet¬
ten
is
van
1688,
de
koperen
doopboog
van
1653,
de
klok
gegoten
door
Joh.
de
Wou
reeds
van
1527.
Zoals
in
vele
Noordhollandse
kerkgebouwen
is
het
doophek
een
fraai
stuk
werk.
Generaal
Christiansen's
verordening
voor
de
weermacht.
De
bevelhebber
van
de
weermacht
in
de
Nederlanden,
generaal
der
vliegers
Fr.
Chris¬
tiansen,
maakt
bekend:
„Er
is
misbruik
gemaakt
van
de
in
de
geschiedenis
zonder
voorbeeld
zijnde
lank¬
moedigheid
en
grootmoedigheid,
waarmede
de
Führer
den
soldaten
van
een
vijandelijke
weermacht
vrije
beweging
heeft
toegestaan
en
de
demobilisatie
ten
uitvoer
liet
brengen,
inplaats
van
hen
in
gevangenschap
te
laten
wegvoeren.
„Indien
krijgsgevangen
Nederlandse
mili¬
tairen
niet
in
staat
zjjn
de
hun
toegestane
vrijheid
te
waarderen,
dan
ligt
daarin
een
smakeloos
gebrek
aan
discipline
jegens
de
bezettingsmogendheid,
die
het
Nederlandse
leger
weinig
eer
aandoet.
„Generaal
Winkelman
heeft
nagelaten
hier
tegen
op
te
treden
en
daardoor
bewezen,
dat
hij
zijn
positie
en
de
toestand
niet
zó
heeft
opgevat,
als
ieder,
die
nuchter
denkt,
moest
verwachten.
„Hij
is
daarom,
zoals
reeds
is
medegedeeld,
ontheven
uit
zijn
functie
als
opperbevelheb¬
ber
der
zich
in
demobilisatie
bevindende
Ne¬
derlandse
land-
en
zeemacht
en
in
krijgs¬
gevangenschap
gebracht.
„Bovendien
hebben
de
voorvallen
van
de
laatste
tijd
en
in
het
bijzonder
de
gebeurte¬
nissen
der
laatste
dagen
mij
aangetoond,
dat
talrijke
Nederlanders
niet
meer
weten,
of
ook
niet
willen
weten,
in
welke
ondubbel¬
zinnige
toestand
zij
zich
bevinden
na
de
neu-
traliteitsschennis
door
hun
vroegere
Rege¬
ring
en
de
overwinning
der
Duitse
wapenen.
„Ik
beperk
mjj
er
toe,
deze
houding
te
kenmerken
door
enige
voorbeelden,
die
hier
volgen,
om
eens
en
vooral
grove
en
gevaar¬
lijke
vergissingen
onmogelijk
te
maken:
1.
Uit
een
der
talrijke
Engelse
bombar¬
dementen
kan
onomstotelijk
worden
opge¬
maakt,
dat
zij
berusten
op
inlichtingen
van
Nederlandse
zijde.
Ik
wens
er
geen
twijfel
over
te
laten
bestaan,
dat
een
dergelijke
handelwijze
met
alle
middelen,
waarover
de
Duitse
organen
beschikken,
zal
worden
op¬
gehelderd
en
volgens
de
Duitse
landverraad-
wetten,
welke
voor
de
oorlog
verscherpt
zijn,
zal
worden
gestraft.
Deze
wetten
treffen
ook
degenen,
die
een
dergelijke
handelwijze
opzettelijk
niet
aange¬
ven
of
daarbij
zelfs
hulp
verlenen.
Dat
geldt
ook
voor
handelingen
tegen
de
belangen
der
Duitse
weermacht
als
zodanig
en
tegen
in¬
stelling-en
van
verkeer,
bedrijf
en
industrie.
Verder
moeten
de
Nederlanders
van
het
volgende
nota
nemen:
Wie
een
mogendheid,
die
met
Duitsland
in
oorlog
is,
in
enige
vorm
voordelen
verschaft,
berichten
doet
toekomen
of
op
andere
wijze
bevoordeelt,
brengt
tegelijkertijd
het
leven
en
de
eigen¬
dom
van
zijn
eigen
volksgenoten
in
gevaar
en
benadeelt
het.
2.
Tot
de
dwaze
mensen
van
deze
soort
behoort
ook
hij,
die
uiting
geeft
aan
een
gezindheid,
welke
de
gerechtvaardigde
trots
van
den
Duitsen
soldaat
en
van
den
Duitsen
mens
kwetst.
Als
bevelhebber
der
weermacht
in
de
Nederlanden
beschouw
ik
een
dergelij¬
ke
houding
als
een
teken,
dat
de
Duitse
maatregelen
tot
beveiligen
van
en
het
be¬
waren
van
de
rust
in
de
Nederlanden
niet
begrepen
zijn
of
dat
men
ze
niet
wil
begrij¬
pen.
Als
dergelijke
gevallen
noem
ik
onder
anderen
de
volgende:
a.
De
veelvuldige
overtreding
van
de
be¬
volen
groetplicht
tegenover
leden
van
de
Duitse
weermacht
door
geuniformde
leden
van
de
zich
in
dem<
bilisatie
bevindende
Ne¬
derlandse
land-
en
zeemacht.
Ik
herinner
er
aan,
dat
de
bevrijding
uit
de
krijgsgevangenschap,
die
berust
op
de
voorzorgen
en
de
welwillendheid
van
den
Führer,
door
mij
op
ieder
ogenblik
ongedaan
kan
worden
gemaakt
en
ongeds."
5
zai
wor¬
den
gemaakt
voor
ieder,
die
zich
in
het
ver¬
volg
aan
zijn
groetplicht
onttrekt
of
zich
van
die
plicht
slordig
kwijt.
Voor
het
bren¬
gen
van
de
groet
wordt
de
Duitse
maatstaf
aangelegd,
die
er
van
uitgaat,
dat
hij,
die
de
discipline
overtreedt,
ook
niet
verdient
een
goed
strijder
te
worden
genoemd.
b.
hij,
die
—
of
hij
soldaat
of
burger
is
—
het
aanzien
van
Duitse
soldaten
of
ge¬
zagsdragers
schaadt,
of
tekort
schiet
in
zijn
achting
voor
de
Duitse
symbolen,
zal
voort¬
aan
streng
ter
vei
antwoording
worden
ge¬
roepen.
Handtastelijkheden
tegen
leden
der
Duitse
weermacht
worden,
naar
gelang
het
geval
zich
voordoet,
met
de
dood
gestraft.
„Ik
waarschuw
verder
voor
elke
demon¬
stratie
voor
de
vroegere
Nederlandse
rege-
feuilleton:
CONTRABANDE
(Nadruk
verboden)
17.
—
De
naam,
waaronder
wij
hem
kennen,
en
waaronder
hij
vijftien
jaar
geleden
werd
veroordeeld,
is
Dempster
Legrand,
ant¬
woordde
Sir
Beauchamp.
—
Het
is
natuur¬
lijk
best
mogelijk,
dat
de
naam
vals
is
en
we
kunnen
er
zeker
van
zijn,
dat
hij
een
half
dozijn
andere
namen
op
na
heeft
ge¬
houden,
sedert
zijn
ontslag
uit
de
gevange¬
nis
nu
vijf
jaar
geleden.
Een
van
onze
knap¬
ste
detecives,
inspecteur
Dewlap,
herkende
zijn
werk
in
valse
stukken
van
de
Argen¬
tijnse
lening.
Hetzelfde
materiaal
was
ge¬
bruikt
als
bij
zijn
vonge
vervalsingen.
Ze
ontdekten
het
aan
een
foutje
in
een
van
de
letters.
—
Dat
klinkt
allemaal
heel
mooi,
stemde
Wraxall
toe.
—
Dat
is
te
zeggen,
als
dit
materiaal
niet
gestolen
is
dor
anderen
in
de
tien
jaren,
die
hij
in
de
gevangenis
door¬
bracht.
—
Dat
is
onmogelijk,
antwoordde
Sir
Beau¬
champ
en
hij
voegde
er
aan
toe:
—
De
geheime
werkplaatsen
zijn
namelijk
nooit
ontdekt.
Hij
werd
alleen
veroordeeld
wegens
het
verhande'
«
van
de
valse
stuk¬
ken,
ofschoon
niemand
er
aan
twijfelde,
dat
hij
ze
ook
zelf
had
gemaakt.
—
Wel,
en
wat
wilt
u
nu,
dat
wij
zullen
doen
7
vroeg
Wraxall
geërgerd.
—
U
schijnt
de
zaak
al
zover
te
hebben,
dat
het
mij
voorkomt,
dat
er
voor
ons
maar
weinig
eer
aan
te
behalen
is.
U
moet
niet
vergeten,
dat
wij
ons
niet
met
misdaden
bezig
houden,
al¬
leen
uit
onzelfzuchtige
motieven.
Ik
had
ge¬
hoopt,
dat
meneer
Yeldham
hier
wat
moois
van
had
kunnen
maken.
—
Dat
kan
hij
nog,
als
hij
ons
kan
helpen
het
spoor
te
vinden
van
Dempster
Legrand,
zei
Sir
Beauchamp.
—
Daarvoor
ben
ik
hier
gekomen.
Ik
heb
een
foto
van
den
man
bij
me.
Hij
haalde
een
aantal
foto's
in
cabinet-
formaat
uit
zijn
zak,
schoof
het
elastiek,
waarmee
ze
bijeengehouden
werden,
eraf
en
gaf
een
exemplaar
aan
Wraxall
en
een
aan
Hector.
—
Ze
zijn
beide
precies
hetzelfde,
zei
hij.
—
Pas
het
vorige
jaar
genomen.
De
Inspec¬
teur
kwam
een
vriendin
van
Legrand
op
het
spoor
en
wist
een
portret
machtig
te
wor¬
den.
Uit
de
getuigenverklaringen
bij
de
vo¬
rige
veroordeling
bleek
wel,
dat
zij
niet
z'n
eerste
liefde
was.
Verliefdheden
schijnen
chronisch
bij
hem.
Wraxall
keek
met
studie
naar
de
foto
en
na
korte
tijd
haalde
hij
de
schouders
op
en
gaf
het
portret
terug.
—
Het
is
het
gezicht
van
een
duivel,
maar
het
maakt
geen
enkele
herinnering
bij
me
wakker.
Ik
ben
bijna
dankbaar,
dat
ik
het
origineel
niet
ken.
Hector
bekeek
het
portret
langer,
vreemd
onder
de
indruk
van
het
boosaardige
ge¬
zicht.
Het
was
inderdaad
een
vreselijk
ge¬
zicht,
de
sluwe,
loerende'
blik
in
de
wrede
ogen,
de
zinnelijke
mond,
die
vertrokken
was
tot
'n
sinistere
glimlach,
waardoor
nog
meer
de
aandacht
van
den
beschouwer
viel
op
de
twee
vooruitstekende
tanden,
die
het
terug-
stotende
van
het
gezicht
nog
verhoogden.
Het
was
een
gelaat
zonder
één
goede
trek!
—
Wel
Yeldham.
het
ljjkt
wel
of
je
dit
moois
voorgoed
in
je
herinnering
wilt
pren¬
ten,
lachte
Wraxall.
—
Of
bevond
dit
zich
daar
alï
—
Neen,
antwoordde
Hector
langzaam
—
ik
kan
dien
man
niet
thuisbrengen.
En
toch
doet
het
portret
me
denken
aan
iemand,
dien
ik
gezien
heb.
Maar
waar?
En
wan¬
neer?
Misschien
schiet
het
me
bij
de
een
of
andere
gelegenheid
wel
plotseling
te
bin¬
nen.
—
Misschien
doet
u
in
dit
geval
beter
het
portret
te
behouden,
meende
Sir
Beauchamp.
—
Dank
u,
zei
Hector,
—
soms
is
het
uiterst
moeilijk
'een.
zo
vage
herinnering
weer
vast
te
leggen.
Het
is
zo
iets
als
het
openen
van
een
letterslot,
als
men
de
letters
vergeten
is.
Ik
zou
dan
ook
willen
voorstel-
ring
of
leden
daarvan.
De
Duitse
weermacht
heeft
Nederland
moeten
bezetten,
omdat
de
vroegere
Nederlandse
regering
neutraliteits-
schennis
heeft
begaan.
Ik
wens,
dat
dit
niet
wordt
vergeten."
De
bevelhebber
der
weermacht
in
Nederland
CHRISTIANSEN,
Generaal
der
Vliegers.
Werkende
vrouwen,
VERZORGT
VOORAL
OOK
UW
MAALTIJDEN!
Wanneer
's
ochtends
eindeloze
zwermen
fietsers
door
de
straten
van
onze
grote
ste¬
den
trekken
om
hun
dagtaak
te
beginnen,
valt
het
altijd
weer
op,
dat
daar
zo'n
groot
aantal
meisjes
en
vrouwen
bij
zijn.
Drom¬
men
meisjes,
die
straks
urenlang
in
een
warenhuis
met
een
vriendelijke
glimlach
de
niet
altijd
even
gemakkelijke
klanten
zullen
helpen;
drommen
meisjes,
die
met
onver¬
flauwde
aandacht
op
een
fabriek
zullen
werken,
als
een
kleine,
maar
onmisbare
schakel
in
een
groot
geheel;
drommen
meis¬
jes,
die
op
dikwyls
niet
al
te
goed
geventi¬
leerde
en
verlichte
kantoren
tussen
vele
ra¬
telende
machines
lange
zakenbrieven
of
be¬
rekeningen
zullen
maken.
En
van
al
deze
moderne,
jonge
vrouwen
wordt
verwacht,
dat
zo
zich
flink,
onver¬
moeid
en
opgewekt
van
haar
taak
zullen
kwyten.
Al
deze
moderne
jonge
vrouwen
hebben
bovendien
met
haar
ouderwetse
zus-
tcren
uit
vorige
eeuwen
dat
ene
gemeen,
n.l.
dat
ze
er
graag
zo
aardig
en
fleurig
mogelijk
willen
uitzien
en
dat
waarlyk
niet
alleen
uit
vrouwelijke
ijdelheid,
want
een
aangenaam,
prettig
aandoend
uiterlijk
is
wel
degelijk
'n
belangrijke
factor
om
zich
te
handhaven
of
vooruit
te
komen.
Een
slordig
uitziende
se¬
cretaresse
immers,
die
op
werkgever,
colle¬
ga's
of
bezoekers
een
onaangename
indruk
maakt,
is
uit
den
boze;
een
oververmoeide,
hangerige
verkoopster
kan
het
cachet
van
■
do
fraaiste
winkel
bederven.
Nu
is
het
evenwel
een
grote,
door
bijkans
alle
werkende
vrouwen
begane
fout,
dat
ze
weliswaar
door
verzorgde
kleding
en
pretti¬
ge
indruk
willen
maken,
doch
de
voeding,
deze
zo
belangrijke
bron
van
gezondheid
en
daardoor
opgewektheid,
sterkte
en
sehoon-
heid-van-binnenuit
schromelijk
verwaarlozen.
Het
zou
eens
tot
al
deze
jonge
vrouwen
moeten
doordringen,
dat
zwakte,
prikkel¬
baarheid
en
een
bleek,
vermoeid
gezicht,
evenmin
een
aanbeveling
voor
haar
vormen
als
een
onverzorgd
uiterlijk
en
dat
het
bo¬
vendien
een
wel
zeer
bedenkelijk
feit
is,
dat
vooral
zij,
die
op
kamers
wonen
en
geheel
voor
zichzelf
moeten
„zorgen"
eigenlijk
doorlopend
aan
gedeeltelijke
ondervoeding
lijden.
Hier
betreft
het
immers
een
belang¬
rijk
percentage
van
onze
Nederlandse
vrou¬
wen,
waarvan
velen
later
de
moeders
zullen
zijn
van
een
nieuw
geslacht.
Met
wat
overleg,
wat
beter
inzicht
in
de
voedingswaarde
van
de
verschillende
levens¬
middelen
en
een
heel
klein
beetje
moeite
kan
hierin
zoveel
verandering
gebracht
worden
en
vooral
in
deze
tijden
kan
een
juiste
keuze
uit
datgene,
wat
ons
geboden
wordt,
wonderen
verrichten
voor
de
gezond¬
heid
en
de
energie.
Het
Is
niet
nodig
en
beslist
verkeerd
na
een
haastig,
onvoldoende
ontbyt
of
zelfs
ge¬
heel
nuchter
op
de
fiets
te
springen.
Door
de
wekker
wat
eerder
af
te
laten
lopen,
kan
dit
voorkomen
worden.
Het
is
verkeerd
te¬
gen
een
uur
of
tien,
wanneer
dan
onvermy-
delijk
de
honger
komt,
zoetigheden
te
snoe¬
pen,
want
in
de
eerste
plaats
kan
het
meest¬
al
niet
al
te
grote
salaris
van
de
werkende
vrcuw
zoveel
beter
besteed
worden
aan
wnardY'vol
voedsel,
ten
tweede
werkt
dit,
snoepen
ongunstig
op
de
eetlust
der
volgen¬
de
maaltijd
er.
ten
derde
kan
het
de
zo
ge¬
vreesde
tandcaries
bevorderen.
Zy,
die
liet
twaalfuurtje
thuis
kunnen
gebruiken
of
voldoende
verdienen
om
een
goed
restaurant
te
bezoeken,
zyn
er
meestal
het
best
aan
toe,
doch
anders
is
het
meren¬
deel
der
meisjes,
die
haastig
een
paar
boter¬
hammen
eten,
die
's
ochtends
zijn
meegeno¬
men,
want
haar
maaltijd
is
weinig
gevari¬
eerd
en
zelden
volledig.
Toch
is
het
niet
zo
moeilyk
afwisselend
nu
eens
voor
dit,
dan
voor
dat
te
zorgen
en
vooral
fruit
en
melk
niet
te
vergeten.
Een
flinke
streek
zuivere
boter
op
elke
boterham
doet
wonderen;
kaas
is
bijzonder
voedzaam
en
bovendien
altyd
smakelijk
en
melk
is
waarlijk
niet
alleen
voor
kleine
kinderen
zo
goed!
Juist
in
deze
tijden
van
rantsoenering
is
melk.
die
voldoend
te
krygen
is,
de
ideale
aanvulling
voor
wat
schrale
maaltijden,
want
ze
bevat
Alle
voedingswaarden,
die
het
menselijk
lichaam
nodig
heeft.
Twee
glazen
melk
op
het
werk
gedronken
is
een
ideale
aanvulling
van
de
dagelijkse
voeding
dei-
werkende,
jonge
vrouw
Het
komt
ook
maar
al
te
dikwijls
voor,
dat
meisjes,
die
op
ka¬
mers
wonen,
slechts
nu
en
dan
een
warme
maaltyd
nuttigen,
hetgeen
alweer
—
het
be¬
hoeft
wel
geen
betoog
—
heel
slecht
voor
de
gezondheid
is.
Werkende
vrouwen,
verwaarloost
toch
vooral
in
deze
tijden
Uw
maaltijden
niet
lan¬
ger!
Fruit,
tomaten,
groente,
boter,
kaas,
melk
—
het
is
alles
te
krijgen.
Voeg
daarbij
vol¬
doende
lichaamsbeweging
in
de
vrije
tyd,
frisse
lucht
in
huis,
een
behoorlijke
nacht¬
rust
en
variatie
in
de
voeding
—
en
een
groot
deel
van
onze
Nederlandse
vrouwen
zal
er
wél
by
varen.
„Liever
een
paar
jurken
minder
dan
een
bleek,
vermoeid
gezicht",
laat
d&t
uw
pa¬
rool
zijn.
MANYA
BEUKMAN.
Sportnieuws.
Voetbal.
TIMMERLIEDEN—DUIVENHOTTDERS
Op
het
EVE-terrein
vindt
morgenavond
om
half
acht
een
wedstryd
plaats
tussen
de
timmerlieden
en
leden
van
„De
Luchtpost".
De
elftallen
worden
als
volgt
opgesteld:
Timmerlieden.
D.
Goed
J.
de
Graaf
Kusveller
H.
Muiselaar
C.
Schults
B.
Bijlsma
T.
de
Graaf
C.
v.
d.
Vliet
F
Jans
C.
Peerdeman
Th.
Conijn
Postdiiiveiihouders:
Fr.
v.
Woudenberg
S.
Pietersz
G.
Bijlsma
H.
Kolk
D.
Scholten
Th.
Visser
L.
Kolk
Tj.
Bijlsma
L.
Maret
K.
Buis
j.
swler
Reserve
S.
de
Swart;
S.
Blok.
TYPOGRAFEN—PAPIERWARENFABR.
Woensdagavond
te
half
acht
wordt
een
voetbalwedstrijd
tussen
de
ploegen
van
de
ty¬
pografen
en
de
Papierwarenfabriek
gespeeld.
De
elftallen
stellen
zich
als
volgt
op:
Typografen.
Jo
de
Graaff
H.
de
Jong
Jb.
Bakker
O.
de
Bruin
J.
te
Nijenhuis
Jb.
de
Graaf
S.
Stelling
A.
Nauta
J.
Posthumius
A.
Peters
s.
Kistemaker
O
Bos
Peereboom
Stelling
J.
van
Dam
Dry
ver
F.
Karemaker
K.
Dijkstra
Kooiman
*
Jaring
C.
Vlaar
B.
de
Kruis
Paplervvarenfabr.
Res.
Typografen:
Spoelstra.
Res.
Papierwarenfabriek:
Overweel.
De
wedstrijd
wordt
gespeeld
op
het
West-
Frisia-terrein.
len,
als
meneer
Wraxall
daarmee
accoord
kan
gaan,
om
een
reproductie
van
het
portret
te
plaatsen
in
de
„Daily
Lynx",
zonder
er
bij
te
vermelden
natuurlijk,
wien
het
voorstelt,
alleen
met
het
verzoek
om
inlichtingen
om¬
trent
tegenwoordige
woonplaats
of
andere
berichten.
Misschien
zouden
we
zelfs
een
kleine
beloning
kunnen
uitloven,
niet
al
te
groot
natuurlyk,
dat
zou
achterdocht
wek¬
ken.
Een
koude
glans
schitterde
in
de
ogen
van
den
detective.
—
Dat
lykt
me
een
uitstekend
plan,
zei
hij
bijna
hartelijk.
—
Om
u
de
waarheid
te
zeggen,
ben
ik
juist
hier
gekomen
met
het
doel
u
dit
te
verzoeken.
Wat
zegt
u
van
het
plan,
Wraxall
?
De
hoofdredacteur
van
de
„Daily
Lynx"
geeuwde.
—
Mijn
waarde
Sir
Beauchamp,
we
zullen
het
portret
met
het
grootste
ge¬
noegen
laten
drukken,
antwoordde
hij
een
beetje
slaperig.
—
Maar
ik
wil
om
v(jf
pond
met
u
wedden,
dat
mijn
Jonge
foxterrler,
Hector
Yeldham,
eerder
met
iets
zal
komen
opdagen,
dan
een
van
onze
lezers.
De
mees¬
ten
verkeren
gelukkig
niet
in
misdadigers-
kringen,
wat
meneer
Yeldham
wel
doet.
Met
een
hoofdknik
verliet
hy
hen
en
liet
Hector
in
verwarring
achter.
Hij
kon
niet
uitmaken
of
deze
laatste
woorden
alleen
maar
een
toïvailige
uiting
waren
van
iemand,
die
vermoeid
was,
of
een
steek
onder
water.
Hector
maakte
zich
zo
gauw
mogelyk
van
Sir
Beauchamp
af
en
wandelde
enkele
minuten
later
door
de
nachtstille
straten
naar
zijn
kamers
In
Jer-
mijnstraat.
—
Wat
bedoelde
Wraxall
met
die
laatste
woorden?
mompelde
hy
in
zichzelf,
terwijl
hij
zijn
sleutel
in
het
slot
stak.
—
Was
dat
werkelijk
een
steek
onder
water
en
verdenkt
hij
my
ervan,
dat
ik
niet
helemaal
eerlijk
spel
speel
in
deze
smokkelzaak?
Maar
het
is
nauwelijks
aan
te
nemen,
dat
hy
op
deze
manier
zou
handelen.
De
hele
geschiedenis
maakt
my
zenuwachtig
—
dat
kan
zo
niet
biyven
doorgaan.
Hector
had
den
huisbewaarder
—
een
oud-gediende
—
getelegrafeerd
om
zijn
ka¬
mers
in
orde
te
laten
brengen,
maar
niet
op
hem
te
wachten.
Zijn
klems,
vrye
etage
van
twee
zitkamers
en
een
slaapkamer,
lag
op
de
eerste
verdieping
en
toen
hr)
boven
aan
de
trap
was,
zag
hy
tot
zyn
verbazing
dat
de
kamerdeur
half
openstond
en
het
licht
in
de
kamer
op
was.
Vlug
ging
hij
de
kamer
binnen
en
onmiddellijk
ontdekte
hjj
een
nog
grotere
verrassing.
Een
heer
in
avondtoilet,
en
met
een
hoog
orde-teken
dat
zyn
hagelwit
overhemd
byna
geheel
bedekte,
zat
in
een
van
de
gemakkeiyke
sto-
len
zicö
schynbaar
volkomen
thuis
voelend
Door
de
ongewone
kleding
herkende
Hec¬
tor
by
de
eerste
oogopslag
zyn
bezoeker
niet;
toen
opeens
zag
hij
met
een
schok
van
verbazing,
dat
zyn
late
gast
—
het
was
over
enen
—
niemand
anders
dan
Lord
Purbeck
was.
(Wordt
vervolgd.