Tekstweergave van MC_1934_01_06_0005
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
197
Korte
Gemengde
Berichten
Koningin
en
Prinses
naar
Zwitserland
De
Koningin
en
Prinses
Juliana
hebben
Den
Haag
verlaten,
tenfjeinde
eenigen
tijd
in
Zwitserland
door
te
brengen;
zij
zijn
in
Unterwasser-
Wildhaus
(Toggenburg)
aangekomen.
Een
100-Jarige
Mevr.
Van
de
Wall-Berman,
wed.
van
wijlen
generaal
K.
van
de
Wall,
te
Breda,
herdacht
haar
lOOsten
ver¬
jaardag.
Mevr.
v.
d.
Wall
geniet
nog
een
goede
gezondheid.
Oude
dame
in
brand
Te
Arnhem
is
in
haar
woning
aan
het
Roermondsplein
de
91-jarige
wed.
van
Buuren-Lensink
bij
de
kachel
in
brand
geraakt
en
in
hopeloozen
toestand
naar
het
ziekenhuis
vervoerd.
Doodelijk
mijnongeluk
De
32-jarige
J.
D.
is
in
de
onder-
grondsche
werken
van
Staatsmijn
Emma
te
Heerlen
tijdens
het
omhoog
trekken
van
de
lift
in
een
tusschen-
schacht
bekneld
geraakt
tusschen
de
lift
en
de
schachtbalken.
Hij
is
kort
daarna
aan
de
gevolgen
overleden.
Door
een
auto
gegrepen
De
16-jarige
C.
v.
d.
Ham
is
op
den
Rotterdamschen
dijk
te
Gouda,
waar
hij
met
zijn
meisje
wandelde,
door
een
auto,
bestuurd
door
A.
de
R.,
van
achteren
aangereden
en
daarna
pardoes
van
den
zeer
hoogen
dijk
geslingerd.
De
jongen
bekwam
een
zware
schedelfractuur
en
is
kort
na
aankomst
in
het
ziekenhuis
overleden.
Dood
gevallen
In
de
Van
Wageningenstraat
te
Arnhem
is
een
12-jarig
jongetje
in
de
ouderlijke
woning
van
de
keldertrap
gevallen.
Het
kind
is
na
eenige
oogen-
blikken
overleden.
Op
een
ijsschots
gevallen
Nabij
's-Herfogenbosch,
reden
de
landbouwers
H.
v.
V.
en
J.
v.
B.
per
rijwiel
langs
de
Z.
Willemsvaart,
waar
J.
v.
B.
bij
het
omkijken
te
water
reed.
Spoedig
was
van
het
nabij
gelegen
schip
de
schipper
B,
J.
toegesneld.
Het
mocht
hem
gelukken
binnen
anderhalve
minuut
J.
v.
B.
boven
te
brengen,
welke
nog
teekenen
van
leven
gaf
maar
doordat
hij
op
een
ijsschots
was
gevallen
had
hij
een
gapende
hoofdwonde
opgeloopen.
De
dokter,
welke
spoedig
ter
plaa
se
was,
constateerde,
dat
de
dood
tengevolge
van
een
verbloeding
in
de
hersenen,
reeds
was
ingetreden.
Ruim
2500
faillissementen
in
1933
Over
1933
werden
in
totaal
2548
crediteurenlijsten
bij
de
gezamenlijke
griffiers
in
Nederland
gedeponeerd.
Het
totaal
passief
daarvan
bedroeg
f
71.488.376.35
waarvan
preferent
f
11.344.957.
Door
den
trein
aangereden
Bij
het
station
Wierden
werd
de
spoorwegarbeider
B.
door
een
binnen
komenden
trein
aangereden.
Ernstig
gewond
werd
hij
opgenomen
en
naar
t
ziekenhuis
vervoerd.
Auto
in
de
Lek
gereden
Bij
het
overzetveer
te
Culemborg
is
een
ernstig
ongeluk
gebeurd.
Een
groote
vrachtauto,
komende
uit
Hel¬
mond,
wilde
de
pont
oprijden,
doch
door
het
afbreken
van
den
z
g.
„kik¬
ker"
werd
de
pont
door
de
auto
van
den
kant
geduwd,
waardoor
deze
in
de
Lek
terechtkwam.
Spoedig
toegeschoten
hulp
slaagde
er
in
den
chauffeur
uit
het
water
te
halen.
De
levensgeesten
waren
echter
reeds
geweken.
Bedrijf
hervat
De
Stijfsel
en
Glucosefabriek
te
Sas
van
Gent,
die
begin
December
haar
bedrijf
had
stopgezet
in
verband
met
regeeringsmaatregelen
op
het
gebied
van
haar
grondstof
mais.
heeft
heden
proefsgewijs
de
fabrikatie
hervat.
Hierdoor
komen
ongeveer
200
arbeiders
weer
aan
het
werk.
Door
den
trein
gegrepen
Op
den
onbewaakten
overweg
te
Heiligerlee
is
een
groote
vrachtauto,
geladen
met
stroo,
door
den
trein
uit
Winschoten
gegrepen.
Van
de
auto
werd
het
achterste
gedeelte
totaal
vernield.
Drie
personen
die
in
de
cabine
zaten,
kregen
geen
letsel.
Directeur
gearresteerd
Verdacht
van
verduistering
van
40
duizend
gulden
is
te
zijnen
huize
gearresteerd,
de
heer
J.
A.
G.
D.
D.,
directeur
van
de
N.V.
Houthandel
v.h.
Joh.
Damen,
Noordwal
57,
onder-
afdeeling
van
de
firma
Van
Schijndel
6
Co.
te
Rotterdam.
De
heer
D.
was
sinds
eenigen
tijd
als
Directeur
geschorst.
Het
nader
onderzoek
der
boeken
heeft
tot
zijn
arrestatie
geleid.
Auto-botsing
Te
Roermond
had
een
botsing
plaats
tusschen
een
taxi
en
een
luxe
auto,
bestuurd
door
den
heer
H.
De
taxi
kwam
op
het
trottoir
terecht
en
reed
daar
den
heer
Wolters
aan,
die
zwaar
gewond
werd.
De
bestuurder
van
de
taxi
en
een
der
inzittenden
van
de
luxe-auto
liepen
ernstige
verwondingen
op.
De
beide
wagens
werden
zwaar
beschadigd.
Sterrit
Monte
Carlo
Onder
de
161
mededingers
aan
de
groote
Sterrit
naar
Monte
Carlo
zijn
o.a.
een
20-tal
dames.
De
K.N.A.C.
heeft,
evenals
vorig
jaar,
voor
den
Nederlandschen
deelnemer
met
het
beste
resultaat,
een
beker
uitgeloofd.
De
winnaar
moet
echter
lid
van
de
K.N.A.C.
zijn.
Inbraak
in
een
Postkantoor
In
het
postkantoor
te
Wijk
aan
Zee
is
ingebroken.
De
inbrekers
zijn
binnengekomen
door
de
achterdeur
van
de
woning
van
den
kantoorhou
der.
Een
klein
bedrag
aan
privégeld
en
een
klein
bedrag
van
het
kantoor
is
ontvreemd
Alhoewel
in
het
kantoor
veel
geld
aanwezig
was,
hebben
de
de
inbrekers
dit
blijkbaar
niet
kunnen
vinden.
en
^
CDO
ft
ai
to,
O
S
W
W*
-J
2
Z
O
O-
CKÉW1
ft"
£
$
iTZSj
f
z
513
x1,1ü>
£
\
*
>
f!
«AUü!»
WC11U5U1
XJ-CLCLL
bij
uiuv-iuaati
-arx—r
van
den
eed
ontslagen
waren.
Zie¬
daar
de
kwestie
aan
den
gang
|
Wat
een
vertogen
en
brieven
zijn
over
deze
zaak
gewisseld!
Er
be-
hooren
moed
en
doorzettingsvermo-
'
gen
toe
de
lectuur
van
al
deze
—
naar
den
schrijftrant
dier
dagen
—
langdradige,
omslachtige
en
zwaar
op-de-handsche
brieven
te
lezen!
Maurits
trok
zelf
op
Medemblik
af,
zonder
soldaten,
maar
hij
kwam
,
er
niet
in.
Toen
hij
op
'n
half
uur
afstand
van
de
stad
gekomen
was,
1
ontmoette
hij
twee
boden
van
Sonoy
die
hem
verzochten
niet
in
de
stad
te
komen;
Sonoy
had
trouwens,
tot
groote
ontstemming
der
Medemblik-
ker
burgers,
de
poorten
gesloten.
En
de
prins
keerde
terug.
Leicester
kwam
ook.
Hij
bezocht
Hoorn,
dat
hem
ontving,
maar
Enk-
huizen
raadde
hem
het
bezoek
af,
zoadat
hij
te
Grootebroek
moest
overnachten
en
den
volgenden
dag
naar
Medemblik
trok;
daar
sleet
hij
!
eenige
genoeglijke
dagen
'bij
Sonoy,
die
hem
„treffelijk
onthaalde".
Sonoy
had
toen
te
Medemblik
550
FEUILLETON
Een
Wonderlijke
Gelijkenis
Uit
het
Engelsch
van
JOSEPH
HOCKING
22.
„Nu,
ik
veronderstel
dat
enkelen
van
hen
al
hier
waren
toch..
.
nu,
voor
ik
wegging?"
„Twee,
meneer
—
Betsy,
de
keu¬
kenmeid
en
Effie
het
oudste
kamer¬
meisje."
„Laat
ze
ook
hier
komen,
Peters!"
Even
daarna
trad
het
drietal
binnen,
en
het
was
duidelijk
te
zien
dat
ze
opgewonden
waren
van
blijd¬
schap.
Endellion
monsterde
hen
met
een
snellen
blik.
Het
kostte
hem
geenerlei
moeite
om
vast
te
stellen
wie
Mevrouw
Dixon
was.
Klein,
grijs,
op
end'
op
een
dame
—
dat
kon
niemand
anders
zijn
dan
de
vrouw,
die
in
behoeftige
omstandigheden
achtergebleven
weduwe
van
een
verren
bloedverwant
van
den
over¬
leden
landheer,
die
jarenlang
a^n
het
hoofd
van
de
huishouding
op
Dulverton
Manor
had
gestaan.
„Mevrouw
Dixon!"
Met
uitgestoken
handen
liep
Endellion
op
haar
toe.
baar
Ide
bedoeling
van
den
prins
te
trachten
de
stad
door
afsnijding
van
allen
toevoer
tot
overgave
te
dwingen.
I
Door
beloften
en
bedrijgingen
j
wist
Sonoy
te
verkrijgen,
dat
een
^
zestigtal
burgers
hem
hulp
verleen¬
den,
zij
werden
tot
een
vendel
ge¬
vormd
en
kregen
hun
geweren
terug.
De
andere
burgers
beloofden
dat
zij
de
bezetting
wel
niet
helpen,
'
maar
ook
niet
tegenwerken
zouden.
!
REIST
per
W.
A.
G.
0.
-
Autobusdienst
naar
HOORN
en
AMSTERDAM
nieuwe
snelverbinding
naar
Hoorn,
met
directe
aansluiting
naar
Edam
en
Amsterdam.
Reist
op
een
W.A.C.O
-
Trajectkaart
naar
Hoorn
32
ct.
naar
Amsterdam
v
92
ct.
Dienstregelingen
gratis
bij
de
chauffeurs
en
Café
POT
De
oogen
van
het
oude
dametje
stonden
vol
tranen.
„Wat
heerlijk
dat
u
er
weer
bent,
meneer
Robert,"
stamelde
ze.
"U
—
bent
niet
zoo
veranderd
als
ik
dacht
dat
het
geval
zou
zijn.
Eu
—en
—"
„Kom,
kom,
mevrouw
Dixon,"
troostte
Endellion;
„schreit
u
nu
niet,
anders
zou
ik
nog
denken
dat
u
niet
blij
was
me
terug
te
zien."
„Het
is
—
het
is
van
vreugde,
meneer
Robert!"
klonk
het
tusschen
de
s
ikken
door.
„Toch
kon
Dulverton
niet
zoo'n
verschrikkelijke
slechte
vent
zijn
geweest,
als
het
personeel
hem
zoo'n
goed
hart
toedroeg,"
peinsde
hij.
„Maar
het
is
duidelijk
dat
ik
de
rechte
snaar
aangeroerd
heb."
„Kom,
mevrouw
Dixon,
zet
u
nu
eens
een
vroolijk
gezicht.
Ik
zou
graag
willen
dat
u
ter
eere
van
mijn
'
thuiskomst,
aan
tafel
de
honneurs
waarneemt.
En
wat
de
anderen
betreft,
ik
ben
heel
blij
jullie
weer
te
zien.
Ik
zie
wel
dat
mijn
oude
vriendin
Betsy
zich
mij
ook
herinnert,
niet
Betsy?"
„Dat
zou
ik
denken,
meneer.
U
bent
flinker
en
forscher
geworden,
maar
verder
bent
u
niets
veranderd."
„Zoo,
Betsy."
Hij
wist
nu
wie
van
de
twee
Betsy
was.
„En
Effie,
het
doet
me
genoegen
dat
jij
de
Manor
ook
nog
altijd
bent
trouw
gebleven.
den
burgers
mrügUeraaia
wera,
war
hun
door
de
soldaten
was
afgedwon¬
gen.
En
Maurits
kondigde
op
30
April
een
algemeene
vergiffenis
af.
Sonoy
beklaagde
zich.
bitter
over
de
Medemblikkers;
hij
had
het
verre
van
plezierig.
Soms
stonden
20
a
30
schreeuwers
voor
de
tweede
brug
van
het
kasteel
om
hem
te
hoonen
en
te
dreigen.
De
heele
burgerij
scheen
verbitterd
en
deed
alles,
wat
zij
kon,
om
hem
het
leven
zuur
te
maken.
Geen
wonder,
dat
hij
spoedig
ver¬
trok.
Aanteekeningen.
1.
Er
waren
vele
Hollanders,
vooral
veel
predikanten,
die
aan
de
zijde
van
Sonoy
stonden
en
meenden
dat
hij
inderdaad,
gezien
zijn
eed
aan
Leycester,
niet
anders
kon
han¬
delen.
Mr.
C.
M.
van
der
Kemp
schrijft
in
zijn
werk:
Maurits
van
Nassau
I:
„Wie
had
deze
twist
ver¬
oorzaakt,
wie
was
er
de
eerste
schuld
van?
Deze
was
ongetwijfeld
niet
bij
Sonoy,
maar
bij
Maurits
en
de
Staten.
En
ook
Maurits
kan
de
jaar,
11
maanden,
3
weken....
Kent
U
Andenne
?
Natuurlijk
niet!
Het
is
een
onmogelijk
klein
dorpje
bij
Luik
maar
VIER
HONDERD
van
haar
bewoners
zijn
er
in
de
oorlogsjaren
gemassacreerd,
in
een
paar
minuten
tijds,
er
moesten
im¬
mers
voorbeelden
worden
gesteld!
We
kennen
ze,
de
barbaren,
die...
Neen,
laten
we
geen
oude
wonden
openrijten.
Maar
kennen
doen
we
■ze
1
We
hebben
in
den
oorlog
moe¬
ten
meedrinken,
met
de
bezopen,
lallende
kerels,
die
met
geroofde
flesschen
wijn
en
spelend
met
het
ge¬
laden
geweer
op
de
hoeken
stonden
van
de
brandende
straten
in
een
brandende
stad,
met
de
lijken
van
de
neergeschoten
burgers
voor
zich,
die
uit
het
vuur
hadden
willen
'
vluchten
I
We
kennen
ze,
maar
de
tijd
doet
i
vergeten
en
heelt
de
wonden,
't
Was
oorlog
en
een
oorlog
is
nu
eenmaal
wreed.
!
Na
vijftien
jaar
vrede
is
nog
niets
1
veranderd.
end.
tiën
tur;
uur.
N.V.
lijnen)
s
selig
huis
/asschen
ïaald
en
rt
op
het
ten
jon-
r
een
on
de,
die
brandjes
zijn
zin
je
in
een
/olksver-
ciel
liet
e
huidige
k
zijn
de
st,
welke
ijheid,
de
De
wereld
staat
onthutst,
omdat
eerstens
het
vergrijp
van
den
onge-
lukkigen
jongen
geenszins
de
be-
teekenis
had,
welke
de
Nazi's
er
aan
hebben
willen
toekennen,
tweedens
de
doodstraf
—
gruwele
rechts-
schennis!
—
eerst
na
de
misdaad
op
het
vergrijp
is
gesteld,
derdens
om¬
dat
het
slachtoffer
méér
beklagens¬
waardig
dan
misdadig
was,
en
ten¬
slotte
omdat
het
huidige
regieme
in
Duitschland
van
elke
edelmoedig¬
heid
gespeend
blijkt.
Wéér
is
er
een
geveld
geworden,
omdat
het
noodig
was
een
voorbeeld
te
stellen.
Van
minachting
voor
recht
en
minachting
voor
de
stem
van
het
wereldgeweten.
P.P.
Ik
ben
erg
blij
dat
ik
weer
thuis
ben
en
ik
hoop
dat
jullie
mij
een
goed
meester
zult
vinden.
Betsy
moet
vanavond
maar
een
extra
lekker
maal
voor
het
personeel
klaar
maken;
naderhand
zullen
we
mijn
terugkomst
meer
officieel
vieren."
Toen
de
beide
dienstboden
de
kamer
hadden
verlaten,
nam
Endellion
zijn
plaats
aan
het
hoofd
van
de
tafel
in
en
Peters
bediende
zijn
meester
met
zichtbaar
genoegen.
Eén
ding
intus-
schen
bracht
hem
van
zijn
stuk.
„Meneer
Bob"
wilde
bij
de
lunch
geen
wijn
gebruiken
en
hij
had
nog
wel
een
zeldzaam
oud
merk
uit
den
kelder
gehaald
voor
de
bijzondere
gelegenheid!
„Neen,
dank
je
Peters,"
zei
hij,
toen
hij
zag
dat
Mr.
Dolgeth
en
de
rentmeester
een
veelbeteekenden
blik
wisselden.
„Je
weet
wat
mijn
zwakke
plek
is
geweest.
Nu,
ik
ben
daar
heelemaal
overheen."
Er
heerschte
een
prettige,
feeste¬
lijke
stemming
aan
de
lunch.
Mevr.
Dixon,
trotsch
op
de
haar
ten
deel
gevallen
onderscheiding
van
aan
tafel
genoodigd
te
zijn,
straalde
van
geluk
en
Dolgeth
en
Binns,
tevreden
met
de
wending,
die
de
dingen
zoo
onverwacht
genomen
hadden,
voelden
zich
verplicht
den
weergekeerden
heer
des
huizes
aangenaam
bezig
te
houden.
En
hoewel
Endellion
erop
DRAISMA-vanVALKEMBUR
LEEUWARDEN-
^
I
had
aangedrongen
dat
er
niet
over
zakelijke
aangelegenheden
gesproken
zou
worden,
ving
hij
onwillekeurig
heel
wat
wetenswaardigs
op,
waarmee
hij
zijn
voordeel
kon
doen.
Toen
de
lunch
afgeloopen
was,
en
Peters
koffie
en
sigaren
had
gebracht
stond
Mevrouw
Dixon
op
om
heen
te
gaan.
„U
u
hebt
er
geen
idee
van,
hoe
gelukkig
ik
me
voel,
meneer
Robert,"
zei
ze
met
trillenden
stem;
„vanmorgen
was
ik
juist
bezig
met
toebereidselen
voor
mijn
vertrek
en
nu
—
"
„Maakt
u
toebereidselen
om
te
blijven,"
riep
Endellion
op
een
toon
vol
hartelijkheid.
„Wilt
u
dus
niet
dat
ik
wegga?"
En
weer
kwamen
de
tranen.
„Weggaan?
Geen
sprake
van!
Ik
wil
trouwens
niet
dat
iemand
van
het
personeel
weggaat.
Ik
zal
mijn
best
doen
een
model
meester
en
landheer
te
zijn
—
ik
heb
heel
wat
goed
te
maken."
„Ik
heb
altijd
—
altijd
in
u
geloofd,
meneer
Robert
en
ik
—
ik
heb
den
ouden
heer
altijd
gezegd
dat
u
een
goed
hart
had."
„Dus
u
wilt
vanmiddag
nog
niets
over
zaken
hooren?"
vroeg
Mr.
Dolgeth,
toen
de
huishoudster
weg
was.
„Neen,"
antwoordde
Endellion.
„Ik
voel
me
daar
nog
niet
toe
in
staat.
Ik
moet
eerst
een
dag
hebben
om
op
adem
te
komen
en
me
hier
weer
in
te
leven.
Maar
je
kunt
de
boeken
en
papieren
wel
hier
laten,
Binns.
Misschien
dat
ik
ze
nog
eens
even
in
neus.
Er
is
zeker
ook
wel
ergens
een
plattegrond
van
het
landgoed?"
Ja,
meneer,
dat
spreekt
vanzelf;
in
de
brandkast
van
de
bibliotheek.
Peters
heeft
de
sleutels."
„Mooi,
en
als
u,
meneer
Dolgeth,
soms
nog
bescheiden
hebt
die
onze
besprekingen
kunnen
vergemakke¬
lijken.
..."
„Ik
zal
ze
u
vanavond
nog
laten
brengen,
meneer
Dulverton.
Ik
be¬
schouw
het
als
een
voorrecht
u
van
dienst
te
kunnen
zijn.
Zooals
Binns
bevestigen
kan,
heb
ik
mij
met
kracht
ertegen
verzet
dat
uw
oom
bezit
van
de
nalatenschap
nam.
Anders
—
nu,
ik
denk
dat
hij
of
zijn
zoon
anders
al
eerder
hier
hun
tenten
hadden
opgeslagen."
Kort
daarop
namen
de
advocaat
en
de
rentmeester
afscheid
en
Endel¬
lion
was
blij
alleen
te
zijn.
Hij
moest
tijd
hebben
om
zich
aan
zijn
nieuwe
omgeving
aan
te
passen,
zich
den
toestand
te
realiseeren
en
de
gebeur¬
tenissen
van
dezen
dag
te
overdenken.
„Het
lijkt
een
droom,"
peinsde
hij.
Alles
is
zoo
wonderbaarlijk
makkelijk
gegaan..
Ik
ben
heel
benieuwd..."