Tekstweergave van MC_1925_01_24_0006
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
2
mass,
eiken
Feantenils,
bekleed
met
prima
Knnsueer,
j
TTna^nnmnnn
TTm
zwaar
doen
tillen.
De
hr.
Kooy
is
het
hiermee
niet
eens;
de
Harddraverij
is
de
dag
voor
Medemblik;
we
moeten
dan
veel
paar¬
den
hebben
en
daarom
is
het
beter
de
zaak
deze
keer
te
laten
als
ze
is
om
dan
voor
het
volgend
jaar
tijdig
maatregelen
te
kunnen
nemen.
De
hr.
Bos:
We
hebben
in
Nov.
deze
zaak
reeds
besproken,
dus
was
er
alle
gelegenheid
qm
de
noodige
maatregelen
te
nemen.
De
hr.
Kooy:
Neen,
in
December.
De
hr.
Bos,
het
voorstel
van
B.
en
W.
besprekend,
had
niet
gedacht
dat
kermis
vieren
op
Zondag
hier
nog
verdediging
zou
vinden,
althans
niet
van
den
hr.
Koomen.
Gelukkig
dat
ook
van
Kath.
zijde
ertegen
geageerd
wordt.
De
Kerkeraad
der
Geref
Kerk
heeft
zijn
plicht
gedaan,
door
te
trach¬
ten
den
Zondag
eraf
te
nemen.
Spr.
meent
dat
de
Raad
hieraan
steun
moet
verleenen.
De
kermis
is
toch
wel
ten
doode
opgeschreven,
maar
dan
wordt
toch
alvast
een
reden
tot
er¬
gernis
weggenomen.
Spr.
zegt
dat
de
Gëref.
Kerk
steeds
ter
wille
is
geweest,
om
de
Godsdienst¬
oefeningen
van
's
avonds
naar
's
middags
te
verschuiven,
waardoor
de
kermis
op
Zondag
kon
doorgaan.
Spr.
meent
te
hebben
aangetoond,
dat
niets
onbillijks
wordt
gevraagd
en
hoopt
dan
ook,
dat
dit
verzoek
met
geen
enkele
stem
tegen
zal
worden
aangenomen.
Voorz.
voelt
voor
het
bezwaar
van
den
heer
Kooy;
de
Raad
kan
echter
toch
een
besluit
nemen
en
dit
het
volgend
jaar
laten
ingaan.
Een
der
genoemde
datums
kan
worden
vast¬
gesteld,
om
dan
na
ingewonnen
advies
van
de
Harddraverij-Vereeniging
definitief
te
besluiten.
De
hr.
Kooy
zegt
dank
voor
deze
tegemoetkoming.
De
kermis
moge
te
niet
gaan,
de
harddraverij
moet
in
stand
worden
gehouden.
De
heer
Snel:
Zullen
we
door
stemming
laten
uitmaken,
met
of
zonder
Zondag
kermis
te
houden?
Voorz.
zou
de
kermis
dit
jaar
nog
gewoon
willen
doen
doorgaan
en
verder
het
voorstel
van
B.
en
W.
handhaven,
om
dit
het
volgend
jaar
in
toepassing
te
brengen.
Wat
den
Zondag
betreft,
hebben
Burg.
en
Weth.
gemeend,
aan
het
verzoek
van
den
Kerkeraad
te
moeten
toegeven
en
dus
de
kermis
te
houden
op
Maandag,
Dinsdag
en
Woensdag.
De
hr.
Koomen
is
het
hiermede
niet
eens;
andere
plaatsen
.houden
ook
feesten
op
Zondag.
Eerst
als
overal
de
feesten
op
Zondag
worden
afgeschaft,
zou
het
anders
worden.
Zóó
kunnen
we
evengoed
de
kermis
afschaffen.
De
hr.
Kooy:
Als
de
kramen
enz.
niet
meer
op
de
Nieuwstraat
komen,
is
het
bezwaaf
der
Gereformeerden
zeker
minder
groot.
De
heer
Bos:
Het
bezwaar
blijft
evengoed
bestaan;
het
betreft
ont¬
heiliging
van
den
Zondag.
Met
aDdere
plaatsen
hebben
we
niet
te
maken,
we
moeten
onze
zaken
zelf
regelen.
Wat
het
adres
der
neringdoenden
betreft,
Spr.
wil
over
de
kwaliteit
der
onderteekenaars
niet
spreken,
maar
wel
meent
Spr.
dat,
al
mogen
er
zijn
die
geen
bezwaar
zien
in
kermis
vieren
op
Zondag,
toch
vele
neringdoenden
geen
voordeel
hebben
van
de
kermis,
ook
de
gemeente
niet.
Wel
wordt
er
staangeld
geheven,
maai
de
kramers
gaan
met
een
behoorlijken
duit
weg.
Bovendien
is
er
meer
politie
hulp
noo-
dig,
die
uit
de
penningen
der
be¬
lastingschuldigen
moet
betaald
worden.
De
heer
De
Jong
heeft
bezwaar
nu
reeds
een
beslissing
te
nemen
voor
een
volgend
jaar.
Een
eventueele
op¬
volger
kon
er
wel
eens
anders
over
denkon.
't
Is
ook
de
vraag
of
Ged.
Staten
een
dergelijk
besluit
zullen
goedkeuren.
Voorz.:
We
moeten
ons
besluit
toch
niet
te
lang
uitstellen,
anders
komen
we
weer
tijd
te
kort.
De
hr.
Wajer:
Als
het
dit
jaar
toch
onveranderd
blijft,
kunnen
we
de
be¬
slissing
gevoegelijk
uitstellen.
De
heer
Snel
vindt
het
voorstel
van
Voorz.
niet
erg
best.
Spr.
deelt
de
bezwaren
van
den
heer
Kooy,
maar
acht
ze
niet
overwegend.
Wel
heeft
Spr.
bezwaar,
thans
uitspraak
te
doen
vóór
of
tegen
Zondag.
Als
Katholiek
is
Spr.
er
niet
tegen,
den
Zondag
van
de
kermis
af
te
nemen,
maar
niet
als
Katholiek
principe.
Gepaste
kermis
vreugde
acht
Spr.
niet
ongepast.
Wel
wil
hij
besluiten
de
kermis
te
ver¬
stellen
tot
einde
Augustus,
maar
nog
niet
beslissen
over
den
Zaterdag
of
Zondag.,
Verder
meent
Spr.
dat
we
onze
be¬
slissing
niet
moeten
laten
afhangen
van
een
of
andere
vergadering
zonder
verantwoordelijkheid,
maar
dat
we
zelf
de
verantwoordelijkheid
voor
onze
daden
moeten
aanvaarden.
Wemogen
ons
prestige
niet
van
de
hand
doen.
Voorz.:
Er
is
toch
niets
tegen,
het
advies
der
Harddraverij-Vereen
in
te
winnen?
,
De
heer
Snel:
We
hebben
twee
maanden
geleden
reeds
gevraagd
en
nog
geen
antwoordt
bekomen.
Als
wij
meenen"
dat
het
is
in
't
belang
der
Harddraverij-Vereen.,
dan
moeten
we
zelf
de
verantwoording
op
ons
nemen.
Voorz.
acht
dit
gevaarlijk,
te
meer
waar
de
heer
Snel
voor
de
bezwaren
van
den
heer
Kooy
voelt.
Laten
we
dit
jaar
de
kermis
onveranderd
laten
en
in
beginsel
voor
't
vervolg
be¬
slissen.
De
heer
Snel:
Moet
dan
de
Hard¬
draverij-Vereen.
de
zaak
tot
oplossing
brengen
?
De
heer
Kooy:
Ja.
De
hr.
Snel
meent
van
niet.
Voorz.:
Thans
is
do
tijd
te
kort;
voor
het
volgend
jaar
kunnen
we
er
rekening
mee
houden.
De
hr.
Snel:
Of
wij
nu
beslissen,
of
dat
later
geschiedt
in
een
café,
daarvan
begrijpt
Spr.
het
groote
verschil
niet.
Voorz.:
Dan
gaat
het
op
advies
der
Harddraverij-Vereeniging.
Z.E.A.
wil
dus
nu
nog
geen
beslissing
nemen,
maar
het
advies
der
Harddraverij-
Vereeniging
afwachten.
Kunnen
de
Wethouders
hierin
meegaan?
De
hr.
Kooy
wil
dit
voorstel
wel
overnemen.
Voorz.
wil
gaarne
het
oordeel
van
de
Wethouders
vernemen.
De
heer
Bos
gaat
er
in
zooverre
mee
accoord,
dat
hij
thans
den
duur
der
kermis
wil
vaststellen
op
3
dagen,
aanvangende
op
Maandag.
Spr.
heeft
bezwaar
tegen
den
Zondag,
welke
bedoeling
ook
bij
Burg.
en
Weth.
heeft
voorgezeten.
De
hr.
Wajer:
Dan
kunnen
we
ze
beter
dit
jaar
al
afschaffen.
Laten
we
de
beslissing
verdagen.
De
hr.
Bos:
Zullen
we
nu
spoedig
de
meening
der
Harddraverij-Vereen,
kennen
?
De
heer
Kooy:
Deze
vergadert
dezer
dagen.
Nog
eenige
bespreking
volgt,
waarna
besloten
wordt,
den
toestand
voor
dit
jaar
ongewijzigd
te
laten.
Door
vertrek
van
den
heer
J.
Barkman
is
benoeming
noodig
van
een
lid
en
voorz.
der
Commissie
van
Toezicht
op
het
Lager
Onderwijs
en
een
lid
der
Comm.
tot
wering
van
Schoolverzuim.
In
beide
vacatures
wordt
aanbevolen
de
heer
J.
S.
van
Heulen,
die
met
algemeene
stemmen
wordt
benoemd.
Volgen
benoemingen
in
de
colleges
van
weldadigheid.
a.
Gasthuisvoogd,
aftredend
de
hr.
W-
Rol.
Voordracht
1.
W.
Rol,
2.
D.
Blokker.
Gekozen:
W.
Rol
met
6
stemmen
en
1
blanco.
b.
Geref.
Armen
voogd,
aftr.
N.
Lewis.
Voordracht
1.
N.
Lewis,
2.
D.
Mantel.
Gekozen:
N.
Lewis
met
6
st.
1
blanco.
c.
Regentes
Geref
Weeshuis,
aftr.
Mevr.
Idema—De
Boer.
Voordracht
1.
Mevr.
Idema—de
Boer,
2.
Mevr.
Rol—Stam.
Gekozen
Mevr.
Idema—
De
Boer
met
6
st.
en
1
blanco.
Regent
Geref.
Weeshuis,
aftr.
H.
Stam,
Voordracht:
1.
H.
Statm
2.
D.
Passer.
Gekozen
:
H.
Stam
met
6
st.
en
i
blanco.
d.
Lid
Burgerlijk
Armbestuur,
aftr.
K.
Molenaar.
Voordracht
1.
K.
Mole¬
naar,
2.
K.
Schouten.
Gekozen:
K.
Molenaar
met
7
Stemmen.
Bij
de
rondvraag
informeert
de
hr.
Kooy
naar
onwilligen
voor
aansluiting
bij
do
Waterleiding.
Voorz.
antwoordt
dat
het
Prov.
Waterleidingbedrijf
een
lijst
van
niet
aangeslagenen
zal
inzonden.
Nog
vraagt
de
hr.
Kooy
naar
de
hypotheek
op
de
13
woningen.
Is
dit
op
den
taxatieprijs?
En
is
hierin
ook
de
grond
begrepen
?
De
Raad
heeft
toch
in
der
tijd
een
premie
verleend,
waardoor
de
grond
vrg
kwam
en
Spr.
acht
't
vreemd,
daarop
ook
hypotheek
te
geven.
Voorz.
antwoordt
dat
de
premie
werd
gegeven
in
het
belang
van
den
woningbouw.
Dit
staat
niet
in
verband
met
de
hypotheek.
De
verkregen
premie
verminderd
de
kosten
tot
f
2850
per
woning;
de
waarde
blijft
echter
f
3000,—
en
daarop
rust
de
hypotheek.
Voorz.
sluit
de
openbare
vergade¬
ring.