Tekstweergave van MC_1910_01_15_0001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Vijfde Jaargang. No. 315. BLIKKER Nieuws- en Advertentieblad ZATERDAG voor Medemblik en Omstreken 15 JANUARI 1910. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden .... 25 ets. Franco per post .... 30 ets. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen bij alle Boekhandelaren en Postadministraties. Dit blad verschijnt des VRIJDAGSAVONDS. *ost- en Telegraafkantoor MEDE1IIILIK. Geo pond: op werkdagen: Van v.m. 8 tot nam. 1 uur; van 2 tot 3,30 en van 5,30 tot 9 uur. Ook voor het telefoonverkeer. Op Zon- en Feestdagen : van 8,— tot 9,— uur. » b » 2, Ook voor het telefoonverkeer. Voor postwissels, quitantiën en den dienst der Rijks-Verzekeringsbank, alleen op werkdagen: Van 8,30 v.m.—3,30 n.m. Laatste lichting der brievenbus: Richting Hoorn. Op werkdagen: v.m. 5,10 en 10,5; n.m. 3,18, 5,40 en 7,55. Op Zon- en Feestdagen: voorm. 6,38 en 10,5. Richting Andijk en Wervershoof. Op werkdagen: v.m. 4,55 en 10,40. Op Zon- en Feestdagen: v.m. 4,55. Plannen voor een West- Frlesche Waterleiding. Het is een opmerkelijk verschijnsel, dat er in de laatste jaren voor onze omgeving plannen voor grootsche werken aanhangig zijn. Daar heb¬ ben wij de droogmaking van het Wieringermeer, die naar wij hopen, telkens nader tot hare verwezenlijking mag komen; de ontworpen spoorweg Enkbuizen-Wognum, waarvoor het comité zich reeds zooveel moeite heeft getroost; plannen tot oprichting eener Electrische Centrale in de Streek, voor de levering van beweeg¬ kracht en licht en daarnevens weder plannen tot het stichten eener gas¬ fabriek En ten slotte de Drinkwater¬ voorziening van West-Friesland. Over deze laatste plannen wen- schen wij hier het een en ander te bespreken. Wij doen dit naar aan¬ leiding van de rapporten, die op verzoek van de Gezond-heidscom- misies, gevestigd te Hoorn, Enk¬ huizen en Schagen te dier zake zijn uitgebracht. FEUILLETON. Majoor Sixtus. 13. Mevrouw Menzelius, wier eenvoudige woning door Elizabeth J na den dood haars vaders uit eigen vrije keuze als een tweede vaderhuis was uitgekozen, was eene dame, die er veeleer goedig en eenvoudig dan waai dig uitzag. Zij lelde ongeveer vijl en veertig jaar. Hare kleine, dikke gestalte stak eenigs- zins grappig al bij de hooge, koninklijke figuur van hare begeleidster, en de deemoedige, haast vreesachtige blikken, die zij nu en dan tot Elizabeth opsloeg, de bewondering, die dan op haar be¬ weeglijk gelaat zichtbaar werd, toonden genoegzaam aan, hoe hier, trots het groote verschil in jaren, de rollen waren omgekeerd, en dat de bescher¬ meling in werkelijkheid poseerde als beschermster. Charlotte ontving haar moeder en ook Elizabeth met een hartelijke om¬ arming. Elizabeth streek vriendelijk over de gladde zwarte lokken der kleine vriendin en zeide lachend: ,, Wij hebben u veel te lang alleen gelaten, Lotte. Gij hebt u weer gruwelijk verveeld niet- Het ligt geheel op den weg der Gezondheidscommissies om deze zaak ter harte te nemen. De drinkwater¬ voorziening op het platte land en nog meer in de kleine steden laat immers veel te wenschen over? En goed drinkwater is eene eerste voor¬ waarde voor de gezondheid. Vooral waar men met besmettelijke ziekten te kampen heeft, treedt dit op spre¬ kende wijze aan het licht. De Amsterdamsche waterleiding was de eerste in ons land. Twintig jaren verliepen, eer weer eene waterleiding van beteekenis werd geopend. Eene hevige cholera-epidemie was noodig om den Nederlanders te doen inzien, welk een belangrijke factor het water is in den strijd voor de volksgezond¬ heid. De groote sterfte aan cholera in het jaar 1866 was aanleiding, om een nader onderzoek te doen instel¬ len naar de oorzaken daarvan, daar¬ bij bleek dat de sterfte aan cholera in gemeenten, waar polder water werd gedronken, 17.7 per 1000 inwoners bedroeg; in Gemeenten, waar pomp-, put of welwater werd gebruikt 16.8 per 1000; in Amsterdam daarentegen, dat door de waterleiding van duin¬ water werd voorzien, 4 per 1000. Dit zijn sprekende cijfers! Na het cholerajaar had dan ook de aanleg van waterleidingen in een aanmerke¬ lijk sneller tempo plaats. Het overgroote deel van het platte land en de kleine steden blijft echter nog van behoorlijk drinkwater ver¬ stoken. En waren in vroegere jaren de hygiënische toestanden in de groote steden bedenkelijker dan elders, thans is in vele opzichten het omge¬ keerde geval. Het belangrijk gunsti¬ ger sterftecijfer in de grootere steden is ongetwijfeld het gevolg van dezen voorsprong op hygiënisch gebied, in het bijzonder wat betreft de water¬ voorziening. Per 1000 inwoners be¬ droeg de totale sterfte: in gemeentenmet meer dan|l00.000 inwoners in 1907 13.51 ; en in gemeenten van 5000 en minder inwoners in 1907 15.21. In onze omgeving wordt het regen¬ water als drinkwater gebruikt. Nu laat de zuiverheid van dit water nog al vaak te wenschen over. De waar? Maar wilt ge erMniet boos om zijn?" In plaats van te antwoorden gal Charlotte haar vriendin nog een kus en ging met gebogen hoofd achter haar aan in huis. Zeker zou zij dadelijk al het besprokene met den luitenant verklikt hebben, als niet mevrouw Menzelius er bij geweest was en Eliza¬ beth aan den praat gehouden had. „En ik blijf er bij," zei deze, en maakte zich niet weinig boos, ,,'t is wreed van den Koning, onschuldige menschen naar de wildernis te sturen, waar zij door de wolven zullen worden opgegeten of een langzamen hongerdood sterven. Zoo heelt zelfs een keizer Tiberius niet met zijne onderdanen geleefd." Glimlachend haalde Elizabeth de verontwaardigde kleine dame naar zich toe op de sopha. „Onze koning zal toch moeilijk met keizer Tiberius kunnen vergeleken worden, beste tante! De nieuwe kabi¬ netsorder moge een weinig hard voor ons wezen, die er zoo onmiddellijk bij betrokken zijn; zelfs wil ik wel be¬ kennen dat ik er eerst ook van geschrikt ben, maar er zal geen ander middel zijn om die streken, uil hun verval op te beuren, dan dit, dat alle bezitters van domeingoederen in Lilhauen zich onverwijld daarheen begeven en het be¬ heer ervan persoonlijk gaan voeren, als zij UITGEVER : IL H. IDEMA. MEDEMBLIK. Intercommunale Telefoon No. 6. heilgymnastiek en passage. Onder de Boompjes 19, HOORW. Genezing van zenuw• en spier pijnen, verstijvingen enz., door il ÜSAO 10. De behandeling kan bij de patiënten aan huis geschieden. Uitsluitend op Medisch advies. Aanbevelend, H. W. F. ÏÏETTERSCHIJ. manier, waarop het op de daken onzer huizen wordt opgevangen, de bewaring in bakken en tonnen maakt dit begrijpelijk. Toch nemen wij aan dat bij behoorlijke zorg voor een en ander vrij goed drinkwater kan worden verkregen. En als men dan nog dit water door een goede filter gaat zuiveren, wordt het in de meeste gevallen goed drinkwater. Maar het ergste is, dat vooral is droge zomers, men met watergebrek te kampen heeft. En neemt men daarbij de oud-Hollandsche zindelijk¬ heid in aanmerking, de lust tot schrobben en boenen is iedere huis¬ vrouw eigen, dan is het te verklaren, dat er voor een en ander van sloot¬ water een ruim gebruik wordt ge¬ maakt. Ten plattenlande is er bij iedere woning dan ook een stoep aanwezig en ook in kleine steden is dit het geval. Daar wordt nog als van ouds geboend en geplast, dat het een lust is. Zag men daar vroeger geen bezwaar in, thans kennen wij het gevaar, dat er van dien kant dreigt. Maar om het aloude gebruik in korten tijd uit te roeien, gaat niet gemakkelijk. En bovendien, hoe zou de huisvrouw zich op andere manier kunnen redden, als de voorraad regenwater klein is. Alleen eene waterleiding in hare woning zou haar uit die moeielijkheid kunnen redden. In vele dorpen is de toestand niet willen, dat die goederen weder aan den staat vervallen." „Hoe?" riep Charlotte uit, „men wil u Lasdehnen eenvoudig afnemen, als gij dal bevel niet nakomt?" „Zoo luidt het schrijven. En daar ik niet rijk genoeg ben, zulk* een verlies te dragen . ..." „Maar Elizabeth," viel haar mevrouw Menzelius bijna smeekend in de rede, gij kunt er'toch niet ernstig aan denken, u in die woestenij te laten begraven, waar naar luid der berichten de lijken der gevallen soldalen en der verhongerde inwoners nog bij hoopen boven aarde liggen!" Het jonge meisje scheen dit telkens herhaalde gesmeek een weinig te vervelen. „Nu, lieve tante, wij hebben altijd nog eenige dagen tijd om de zaak op ons beraad te houden. Hoe vreeselijk zij ons moge toeschijnen, die hongerdood op Lasdehnen, er bestaat geen reden om ons nu al aan de hongerkuur te onderwerpen. En ik moet bekennen, dat de langa wandeling mij een geduchten eetlust bezorgd heeft." Eene herinnering aan hare plichten als huisvrouw bleef bij mevrouw Men¬ zelius nimmer zonder gevolg. In de keuken was zij de eenige meesteres en dit bestier liet zij zich niet uit handen nemen. Verschrikt rees zij op Eliza¬ beth's vriendelijke aanmaning overeind ADVERTENTIE N: Van 1 5 regels .... 25 ets. Elke regel meer . . 5 ets. 4 Plaatsingen eener zelfde advertentie worden 3 maal berekend. Voor abonnement vrage men prjjsopgave reeds aanmerkelijk verbeterd door de aanwezigheid van Nortonwellen. Dit welwater is uitstekend geschikt voor huishoudelijk gebruik, het is zeer zuiver en meestal bacteriavrij Op de boerderijen, waar bij de zuivelbereiding hooge eischen aan het water worden gesteld, wordt het dan ook veelvuldig gebruikt. In de dichtbevolkte tuinbouwstre¬ ken. zooals de Langedijk en de Streek laat de toestand echter het meest te wenschen over. Daar kampt men het eerst met gebrek aan regenwater, daar wordt het meest het slootwater als boen water aangewend en boven¬ dien is het daar ook het meest ver¬ ontreinigd Geen wonder, dat de typhus daar telkens weer epidemisch optreedt en geen wonder, dat van daar uit het allereerst stemmen op¬ gaan tot verbetering in de drink¬ watervoorziening. Maar ook in de West-Friesche steden laat de toestand veel te wen¬ schen over en vooral, wanneer groote inrichtingen, zooals het Rijks Krank¬ zinnigengesticht te Medemblik. daar aanwezig zijn. geeft dit tot moeielijk- heden aanleiding. Vooral het Gemeentebestuur van Hoorn heeft zich reeds veel moeite getrost om verbetering in den toe¬ stand te brengen. Aan de Gezond¬ heidscommissies komt de eer toe, met een grootsch plan. waardoor in de behoefte van geheel West-Fries¬ land zal worden voorzien, voor de dag te komen. Allereerst doet zich hierbij den vraag voor waarde benoodigde hoeveel¬ heid water te vinden. En nu staan er twee wegen open. In Hoorn neemt men proeven lot het verkrijgen eener Bronwaterleiding en ook het Rijk doet dit, ter voorziening van het Krank¬ zinnigengesticht. De Gezondheidscom missies geven echter de voorkeur aan een Duinwaterleiding. Ook het particulier initiatief is er reeds: de heer de Groot van Purmerend vraagt aan de verschillende gemeentebestu¬ ren concessie tot den aanleg eener Bronwaterleiding en heeft die van enkele reeds verkregen Uit de is gebleken, dat water uit bronnen, met den uitroep; „Mijn hemel, die jobstijding zou mij bijna het middag¬ eten hebben doen vergeten." En haastig trippelde de kleine dikke dame naar haar departement. Charlotte echter zette zich naast hare vriendin neer, lei het hoofdje tegen haar arm en zeide op bezorgden toon: „Als ik u goed begrepen heb( Elizabeth, dan zijt gij vast besloten naar Lithauen te gaan." „Ja kind; de zwarigheden, daaraan verbondeD, schrikken mij niet af en hel vooruitzicht, dit luie leven te ver¬ wisselen met nuttigen arbeid, heeft voor mij zelfs veel bekoorlijks." „Er is dus niets, dat u hier in Küstrin zou kunnen terughouden, niets dat u het scheiden zwaar zou doen vallen ?" „O, zeker! Als ik u en uwe moeder hier moest laten ..." Maar Charlotte schudde druk met hel hoofd. „Dat kunt gij niet meenen. Wij gaan natuurlijk met u mee. Moeder kan niet meer buiten u en onder uwe leiding zal zij het nog eens tot beren- temster brengen. Neen, ik dacht aan wat anders. Er zijn hier zoovelen, die u hoog vereeren, u liefhebben en onder hen is zeker menig jong edelman, wiens hoogste geluk het zou zijn als gij . . . als gij kondet be¬ sluiten hem uwe hand te reiken." Hoornsche onderzoekingen ongeveer 30 a 60 M. diep, zooals deze op vele plaatsen in Noord- Holland voorkomen, na chemische bereiding, voor drinkwater geschikt zal zijn. Een andere vraag is even¬ wel, of dit grondwater altijd in vol¬ doende hoeveelheid aanwezig zal zijn en ook of het mettertijd niet van samenstelling zou kunnen veranderen. Omtrent de wijze waarop zich dit zoete water in onzen bodem bevindt is nog niet ve bekend. Wel mag men als vrij zeker aannemen, dat het in verbinding staat met het duinwater, dat daar in den bodem zinkt en door den hoogen stand druk uitoefent. Op die wijze zou dus het grondwater in West-Fries¬ land van de duinen afkomstig zijn. Geheel onmogelijk is het met dat zelfs de hoogere waterstanden van de Yeluwe daarop eenigen invloed uitoefenen. Doch krachtige onder- grondsche stroomingen bestaan er stellig met, daarvoor is het niveau¬ verschil te gering en zijn de afstan¬ den te groot. Ook mag men aanne¬ men, dat het grondwater in ver¬ binding staat met het zeewater. Dat het zoute water het zoete opdringt, blijkt uit het feit. dat herhaaldelijk wordt waargenomen, dat bij ruw weder, dus met hooge zeestanden. de bronnen voor het brongas veel meer gas leveren. Bij Oostenwind en lagen zeestand hoort men ge¬ regeld klachten over te weirng gas. Nu worden er de laatste jaren in het platteland groote hoeveelheden water aan den bodem onttrokken voor het verkrijgen van brongas. Tot heden heeft men nog geen wijzi¬ gingen in de samenstelling van het water kunnen eonstateeren maar toch zou dit op den langen duur mogelijk kunnen zijn. En op plaatsen als Hoorn en Medemblik moet dit tot dubbele voorzichtigheid nopen, de zee is daar zoo nabij. In den Anna- Paulowna-polder heeft zich reeds het verschijnsel voorgedaan dat bron¬ nen van zoet water, na eenigen tijd zout water gaven. In Schagen heeft men tevergeefs getracht, zoet water te verkrijgen, de monumentale pomp is wel aanwezig, doch hare bestem¬ ming heeft zij gemist. Elizabeth sloeg verbaasd de oogen op. „Hoe ter wereld komt gij daarbij, kleine? Ik zou waarlijk geen enkelen onder uwe bekenden welen, op wien uwe onderstelling van toepassing zou kunnen zijn." „0, als gij maar een weinig wildet nadenken: Daar is de luitenant Von Kapnist . . Zij had al haar moed bijeengeraapt, maar kon toch niet beletten, dat haar stem beefde en er zelfs verraderlijke tranen in haar oogen opwelden. Eliza¬ beth boog zich lachend tot haar over en kuste haar op den mond. „Zwijg stil, gekje. En opdat gij er niet weer toe komt, u met dergelijke dingen het hoofd te breken, zeg ik u eens en voor al: Ook al ware ik niet al veel te oud om te trouwen, dien goeden Kapnist zou ik zoo min als iemand anders mijn hand reiken. De tijd, toen ook ik van geluk en liefde droomde, is lang voorbij; mij rest alleen een bitterzoete herinnering aan het verleden. Maar deze herinnering is tegelijk een schat, een heilige reliquie, die ik mij niet laat benemen I' (Wordt vervolgd.)