Tekstweergave van MC_1905_05_13_0001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Eerste Jaargang. No. 2. MEDEMBLIKKER COURANT. Nieuws- en Advertentieblad ZATERDAG voor Medemblik en Omstreken. 13 MEI 1905. ABONNEMENTSPRIJS: Pet 3 maanden .... 25 ets. Franco per post .... 30 ets. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen bij alle Boekhandelaren en Postadministraties. Dit blad verschijnt des VRIJDAGSAVONDS. UITGEVER : K. H. IDEMA, IIEDEMBLIK. Bekendmaking. ADYERTENTIEN: Van 1 5 regels .... 30 ets. Elke regel meer .... 5 ets. 4 Plaatsingen eener zelfde advertentie worden 3 maal berekend. Voor abonnement vrage men prijsopgave. De BURGEMEESTER der gemeente MEDEMBLIK, brengt ter kennis der ingezetenen, dat de beslissingen op de door de heeren H. Ettes, J. Kriebel en L. van 't Hoff alhier ingezonden verzoek¬ schriften tot wijziging der Kiezerslijst dezer gemeente voor 1905—1906, op de Secretarie voor een ieder ter inzage zijn nedergelegd en in afschrift tegen betaling der kosten verkrijgbaar zijn gesteld. Medemblik, den 8 Mei 1905. De Burgemeester voornoemd, B. van Houwenixge. WERKLOOSHEID. Het zal den meesten onzer lezers wel bekend zijn, dat de drang naar verzekering, hoofdzakelijk in het be¬ lang van hen, die van handenarbeid leven, in den laatsten tijd op eenig succes kan bogen. Nadat de Ongevallenwet eenigen tijd in werking is geweest, zijn thans ook wetsontwerpen ingediend om te geraken tot verzekering tegen inva¬ liditeit, ziekte en ouderdom. Maar telkens doen zich nieuwe onderwerpen voor, die geschikt worden geacht, om daarop het be¬ ginsel van verzekering toe te passen In den laatsten tijd is ook her¬ haaldelijk sprake geweest van eene verzekering tegen werkloosheid. Hoogstwaarschijnlijk zal de staat, die reeds zooveel op zich neemt, dezen tak van verzekering vooreerst niet op zicli kunnen nemen; maar het particulier initiatief is er ook nog, en daar het hier eene zaak be¬ treft, naar onze meening van niet gering aanbelang, willen wij de aandacht vestigen op hetgeen op dit gebied elders reeds is tot stand ge¬ bracht. Vooreerst dan het buitenland. Te Keulen en te Gent bestaan vereeni- gingen tot werkverschaffing en tot verzekering tegen werkloosheid, van niet geringe beteekenis. Maar ook in ons vaderland, en wel te Leiden, bestaat reeds sedert geruimen tijd eene particuliere vereeniging, die FEUILLETON. De strijd om het bestaan. 2) ,,Ik heb eens, toen ik zestien jaar was, eene opvoering van Schiller's „Teil" bijgewoond. Vóór noch na dien tijd heb ik ooit weer een schouwburg bezocht." „Zonderling. Ik meende, dal men zonder eene uitspanning nu en dan, niet leven kon. Mag ik ook welen, wat gij eigenlijk zijl?" „Scheikundige mejuffrouw. Ik heb de colleges bezocht van mijnheer uw vader en werk tegenwoordig als adsis- tent aan zijn laboratorium." Dit anlwoord had de jonge dame in 't geheel niet verwacht. Zij had niet gedacht met een wetenschappelijk ont¬ wikkeld man te spreken en hare ver¬ wondering over het zooeven gehoorde werd er nog grooler door. Zij verheel¬ de dit niet en zeide: „Maar hoe is hel toch mogelijk, zoo zonder ontspanning en kunstgenot te kunhen leven! Men kan zich toch niet altijd bezig houden met analyseeren en experimenteeren !" Een lachje vloog over Düringhoffen's gezicht en de dochter van den profes¬ sor vond, dat hij er op dit oogenblik recht lief uitzag. zich de bestrijding van werkloosheid en hare treurige gevolgen ten doel stelt. Nu zal het zeker terstond opvallen, dat hier van zeer groole gemeenten sprake is; maar dit maakt de zaak niet minder aanbevelenswaardig, omdat, waar misschien voor alle kleinere gemeenten op zich zelf aan iets dergelijks niet zou te denken zijn, dit toch wel degelijk het geval zou wezen voor daartoe gecombineerde kringen van gemeenten. Naar het schijnt, is er tot dusverre alleen sprake van de werklieden in de bouwbedrijven. Ongetwijfeld vormen dezen de groote meerderheid en velen er van moeten, hetzij in den winter, hetzij na tijden van groote drukte, ervaren dat gedwongen rust zeer onaangename gevolgen heeft. Niet ieder kan in den beteren tijd voor den minder goeden sparen. Velen ontbreekt het daartoe ook aan voldoend overleg. En daar nu werken veel beter is dan gedwongen rusten, tracht men dan ook do werkloosheid door het verschaffen van werk te bestrijden Hieraan zijn echter groote bezwaren verbonden. In werkverschaffing is altijd iets gezochts, iets kunstmatigs gelegen. Bovendien zal het wel steeds onmogelijk blijken om voor allen geschikt werk in voldoende mate te vinden. Vandaar dan ook, dat werk¬ loosheid niet altoos te vermijden zal wezen. Het hoofddoel moet dan ook wezen en is werkelijk: de gevolgen der werkloosheid te bestrijden door verzekering, dat wil eenvoudig zeggen: door het verschaffen eener geldelijke uitkeering. Het behoeft misschien wel geen betoog, dat de aan den werklooze te verschaffen wekelijksche toelage bezwaarlijk tot het bedrag van het gewone loon zal kunnen worden opgevoerd. Misschien ware dit ook niet gewenscht, omdat verzekering, welke dan ook of in welken vorm, nimmer tot zorgloosheid mag leiden. In ieder geval zal het streven moeten zijn, om de uitkeering toch niet te laag te stellen, doch daarbij zal rekening moeten worden gehouden met de premie, tot welker betaling „Toch wel, mejullruuw ! liet komt er minder op aan, wal men zoo dagelijks doel, dan wel hoe men het doel en met welk doel. De eene bezigheid is zoo goed als de andere." De jonge dame schudde een weinig ongeduldig hel hoold. „Och, zoo meen ik het niet. Dat men om te beslaan een bedrijl moet kiezen, spreekt van zeil en ik denk er natuurlijk niet aan eene wetenschap gering te schatten, die mijn vader beroemd gemaakt heelt Ik begrijp alleen niet, hoe men aan zulk een eentonige en droge bezigheid genoeg kan hebben. Ik vind, dat men alle ontvankelijkheid voor het schoone en verhevene moet missen, om alstand te kunnen doen van alles wat anderen in geestdrilt brengt en medesleept." „Gij zoudt volkomen gelijk hebben mejullrouw," was hel bedaarde anl¬ woord, „wanneer het schoone en ver¬ hevene, waarvan gij spreekt, zich enkel openbaarde in de kunst. Maar men kan ook geestdrilt gevoelen voor en zich laten medesleepen door andere dingen, die ten slotte tol het zelfde doel voeren. Een doelloos bestaan alleen schijnt mij de grootste ramp, een bestaan . .. Doch daar komt de prolessor " „Goeden morgen, mijnheer Düring- hoffen ! Neem mij jjitjl Jawalijk, dal ik u hel) laten wachten. Het doet mij plei- zier, dat gij u niet schijnt verveeld te hebben. Misschien was'! een onderhoud de werkman in staat is. Te Leiden wordt, naar wij meenen, vier en een halve gulden per jaar betaald, in wekelijksche termijnen, een premie die stellig gemakkelijk kan worden op¬ gebracht, maar de totale uitkeering mag er ook niet meer dan vijftig gulden per jaar bedragen en de hoogste uitkeering is vijf gulden per week. Wel is een hoogere uit keering per jaar mogelijk, en zelfs eene van tien gulden per week, doch dan eerst na verloop van een aantal jaren. De regeling is namelijk zoo gemaakt, dat wanneer een werkman het geluk heeft gehad om in langen tijd niet door werkloosheid getroffen te worden en dus geene uitkeering genoten heeft, telkens na verloop van een zeker aantal jaren, die uit¬ keering verhoogd wordt, wanneer het ongeluk hem eindelijk treft Boven de honderd gulden rijst echter de uitkeering nooit en de hoogere uitkeeringen zullen dus wel alleen zijn voor de beste werkkrachten, die niet zoo vaak gebrek aan werk hebben en daarvan eerst op later leeftijd de nadeelige gevolgen beginnen te ondervinden. Het behoeft geen betoog, dat bij elke regeling ook het belang des werkgevers in het oog dient te worden gehouden. De uitkeering moet geen premie worden op minder gewenschte of afkeurenswaardige handelingen. Te Leiden is daarvoor van de verzekering uitgesloten, de werkloosheid tengevolge van weg¬ zenden uit den dienst op grond van wangedrag of onvoldoende bekwaam¬ heid in het ambacht, en ook die weg< ns werkstaking. Met het al of niet rechtmatige van een werkstaking heeft dit mets te maken, maar wanneer een groot aantal werklieden gelijktijdig en uit eigen beweging het werk neerleggen, dan zouden, indien allen op uitkeering aanspraak konden maken, de geldelijke krach¬ ten der vereeniging alras uitgeput zijn. Alle recht op uitkeering gaat verder ook verloren bij ontslag wegens contractbreuk, dronkenschap, beleediging van den patroon en het ondergaan van gevangenisstraf. Het kwam ons voor, dat hier van met haar u zells niet minder lief 'l Is een aardige praatster, hé?" Met zijn servet nog over den arm was prolessor VYallrolh binnengetreden. liet was een hooge, deilige gestalte en zijne vijltig jaren hadden haren en baard noch slechts weinig doen ver¬ kleuren. Ook nu nog kon hij met zijn donker hooldhaar en vollen ringbaard voor een schoon man doorgaan. De voldaanheid, die een mensch kan gevoe¬ len, wanneer hij pas van een goeden maaltijd heeft geprofiteeid, lag op zijn gezicht en klonk in zijn groet. In plaats echter van zijn adsistent gal zijne dochter anlwoord op de laatste vraag. „Wij hebben ons den lijd best bekort, vadertje, en wal mij betreft, ik heb uit ons onderhoud meteen een paar nnttige lessen gehaald. Wie weet, wat ik nog had kunnen leeren, als de pri¬ vaatles wat langer geduurd had. Maar nu mag ik u niet langer storen met mijn gebabbel. Goeden morgen, heeren 1" „Paaalsler!" riep lachend de proles¬ sor haar na. Maak maar, dat ik u spoedig weer kan spreken, want ik ïeb u iets van groot gewicht mee te deelen." „Nu zal ik natuuriijkte huis blijven," hernam het meisje, terwijl zij zich nog eens omkeerde.». „Ik was anders van )lan eene visite aan Edith te brengen. Maar laat mij dan ook niet te lang eene uiting van het vereenigingsleven sprake is, die aller belangstelling verdient, en die zich waarschijnlijk mettertijd zal kunnen uitstrekken tot hen die arbeiden in andere takken van nijverheid, waarin nu en dan ook tijden van schaarschte in den arbeid worden waargenomen. Vergadering van den Gemeenteraad te 1IEDËUBLIK. op Woonsdag 10 Mei, 's av. 7 uur. Voorzitter: de heer B. v. IIouweninge, Burgemeester. Secretaris: de heer G. J. v. Empel. Tegenwoordig: de heeren H. J. Dunsel¬ man en C. Gijzelaar, wethoudors, en de heeren H. Raat, A. Kater, A. K. Ninaber en Dr. T. E. Frjjlinck, leden. Afwezig: de heer K. v. Schouwen. De notulen dor vorige vergadering worden gelezen en goedgekeurd. Van G. Tissiug is ingekomen eene dankbetuiging voor de onlangs aan hom verleende gratificatie, groot f 100, , ter gelegenheid van zijn 25-jarige dienst¬ betrekking. De heer Van Schouwen bericht, dat hij, wegens vertrek uit deze gemeente, bedankt als Lid van den Raad, met welk schrijven hij tevens van den Raad afscheid neemt. Van Gedep. Staten zijn terug ont vangen, voorzien van het bewijs hunner goedkeuring, verschillende besluiten, in een vorige Raadszitting genomen. Proces-verbaal van kasopname bij den Gemeente Ontvanger, wordt tor visie van de Leden gelegd. De heeren doctoren Van Balen Blanken en Van den Berg, resp. voorz. en secr. van de afd. West-Friesland van de Maat¬ schappij tot Bevordering der Geneeskunst, geven den Raad te kennen, dat het voor¬ nomen bestaat, te Hoorn een Ziekenhuis te stichten, voldoende aan alle eischen. Adressanten vragen, of voor de verpleging van gemeente-armen, tegen laag tarief, hiervan gebruik zal worden gemaakt en iven in overweging, daarvoor een post op de begrooting te plaatsen. De Voorzitter vraagt over een en ander het oordeel van den Raad. De heer Raat wenscht te vernemen, of 't gewenscht is, onze gemeente-armen bij ziekte elders te verplegen. Is het bepaald noodig gebleken? wachten, als^ij ten minste niet will, dal ik van nieuwsgierigheid sterf" Na nog een hoofdknikje tegen den jongen adsistent, ,verdween de „praatster." „Een ondeugend ding, niet waar?" meende de professor. „Het komt mij voor, dat zij zich niet ontzien heelt, u een weinig voor den mal te houden Nu, als dit zoo is, dan kon ik u ver¬ zekeren, dat zij het niet kwaad meent en niemand zich ooit over hare stou¬ tigheden boos maakt. Maar hoe staat het in het laborato¬ rium 9 Zijt gij met die vervvenschle analyse in hel reine gekomen?' Diiringhoflen had door de onver¬ wachte ontmoeting met het „ondeu¬ gende, plaagzieke ding" bijna zijn bood¬ schap vergeten en tastte thans eenigs- zins verblult in zijn jaszak, om er eenige besclneven bladen papier uit te halen „Ziehier, prolessor," sprak hij. „Uwe theorie is op schitterende wijze proef¬ ondervindelijk bevestigd." „Des te beter, jonge vriend, des te beter! Maar laten we in mijn bureau gaan, waar wij de zaak op ons gemak kunnen bespreken. Daar durven wij ook een sigaar op¬ steken." Op gemeenzame wijze school hij den arm onder die van den jonkman en eidde hem buiten de kamer. De zaak scheen spoedig afgehandeld, De Voorzitter antwoordt, dat verpleging te Amsterdam kosteloos geschiedt, wan¬ neer zulks wordt geacht te zijn -in het belang van het mod. onderwijs. Het Dag. Bestuur had er eerst niet veel ooren naar, een voorstel, als door adressanten bedoeld, te doen, vooral ook niet, na het ingewonnen advies van onzen Gemeento- Geneeshoer. Geheel anders was echter het oordeel van Dr. Kaiser te Hoorn. De Voorzitter zeide, dat, indien de Raad op het verzoek gunstig zou beslissen, het hoogstens eene subsidie van ƒ100,— per jaar kon toestaan, zulks tot weder- opzegging8 toe. De heer Raat, naar aanleiding hiervan nog het een en ander in het midden brengende, verklaart zich tegen een post op de begrooling of eene subsidie voor dit doel, waar de gemeente niets voor terug-ontvangt; immers, bij opuame van zieken, moeten de verplegiugskoston toch worden voldaan. Ook de heeren Dunselman en Ninaber spreken zich in dien geest uit. De heer Frijlinck vraagt, of, indien gaon aubsidio wordt verleend, in voor¬ komende gevallen evengoed zieken zullen worden opgenomen? De Voorzitter antwoordt bevestigend. Waar verschillende Leden zich hebben uitgesproken, stelt de Voorzitter voor, deze zaak te beschouwen als te zijn gewezen van de hand. Alzoo besloten. Van do Gezondheids-Commissie te Hoorn is een schrijven ingekomen, waarbij den Raad in overweging wordt gegeven, „onbewoonbaar" te verklaren het huis aan het Achterom achter de Oosterhaven, sectie A, No. 2235, plaatselijk No. 88, bewoond door Maria Christina Vos, wed. C. de Vries en toebehooreude aan de erven Jan Vos. Bij een ter plaatse in¬ gesteld onderzoek, is der Commissie gebleken, «. dat de keuken is ingestort en op de puinhoop allerlei onkruid welig tiert; b. dat de regenbak daardoor bedolven en onbruikbaar is geworden ; c. dat geen voldoende slaapplaats aan¬ wezig is ; d. dat een privaat ontbreekt; e. dat de ruiten nagenoeg allen zijn gebroken en door oude zakken en papier worden gesloteu ; f. dat het dak geheel lek is. Ook door het Dagel. Bestuur is een onderzoek ingesteld. want reeds na verloop van een kwartier uurs verliet Diiringhoffen de woning van den professor. Terwijl hij langzaam door de gang liep, keek hij naar alle kanten, alsof hij hier nog iets zocht. Dehalve het dienstmeisje, dat nieuwsgierig door een halfgeopende deur gluurde, werd hij echter niets gewaar en toen hij de met tapijten belegde trap afging, had zijn gelaal weer de kalme en ernstige uitdrukking aangenomen van voorheen en was daarop niets meer merkbaar van de spanning, die zekere beminne¬ lijke verschijning er op gebracht had. Prolessor Wallroth legde tegelijker- lijk zijne half afgebrande Upman op het aschbakje, streek de hand over den fraaien baard en stapte een paar maal zijne werkkamer op en neer, zooals hij jewoon was te doen, wanneer een Delangrijk vraagstuk van wetenschappe- ijken aard zijn geest bezig hield. Nu echter was bij hem van wetenschappe- ijk onderzoek geen sprake, en toen lij met zich zeil in het reine was, opende hij de deur en riep: „Ingeborg! Waar zit ge nu?" Een volgend oogenblik stond zijne dochter lachende naast hem en leunde vleiend legen zijn schouder. „Wel, hebt gij uwen nieuwen Socrates of Diogenes zijn congé gegeven?" schertste zij, „Weet gij wel, dat ik hem eerst voor een reizend handwerksgezel, heb aangezien?" Wordt vervolgd, a