Tekstweergave van EC_1872_01_11_0001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
>3
w>
Tweede
idt<
/
x
No.
28.
1872.
i:\kiii
i/ii)
ciiiiitwr
NIEUWS-
El
DONDERDAG
Dit
blad
verschijnt
elke
week
des
DONDERDAGS.
Abonnementsprijs
voor
3
maanden
ƒ
0.65
Franco
per
post
„
„
„
„0.75.
Men
abonneert
zich
bij
alle
Boekhandelaren
en
Post¬
directeuren.
Brieven
franco
aan
den
Uitgever
J.
GROOT.
ADVERTENTIEBLAD.
11
JANUARI.
De
prijs
der
Advertenties
van
1—6
regels
is
60
centen;
voor
eiken
regel
meer
10
centen.
Vóór
Dinsdag
middag
12
uur
gelieve
men
de
Advertentiën
in
te
zenden.
Ingezonden
stukken
minstens
één
dag
vroeger.
Grondbelasting.
De
BURGEMEESTER
van
ENKHUIZEN
brengt
ter
kennis
van
belanghebbenden,
dat
door
hem
gedu¬
rende
dertig
dagen
op
de
gemeente
secretarie
ter
inzage
is
nedergelegd
een
staat
houdende
bepa¬
ling
van
het
jaar
van
aanvang
der
termijnen,
na
verloop
waarvan
de
belastbare
opbrengst
der
daarop
vermelde
perceelen
geregeld
of
verhoogd
wordt.
Enkhuizen,
4
Januari
1872.
De
Burgemeester,
BRUIJNIS.
Nationale
gedenkdagen-
Het
schijnt
wel
somtijds,
dat
wij,
Hollanders,
't
er
op
toeleggen
om
als
natie
vergeten
te
worden
en
ons
zeiven
te
vergeten.
Al
kunnen
wij
't,
en
met
reden,
niet
best
velen,
dat
men
ons
in
den
vreemde
nu
en
dan
een
uitgedoofde
of
uitgeleefde
natie
noemt,
wij
doen
toch
der
waarheid
slechts
hulde
door
te
erken¬
nen,
dat
onze
handelingen
en
gedragingen
lang
niet
altoos
met
dat
gevoel
van
verontwaardiging
overeen¬
stemmen.
Om
dat
te
kunnen
beweren,
zou
er
vrij
wat
meer
energie
door
ons
ontwikkeld
behooren
te
worden,
dan
in
menig
opzicht
het
geval
blijkt
te
zijn;
zou,
om
slechts
iets
te
noemen,
onze
kostelijke
hoofd¬
stad
zich
niet
op
den
duur
door
Hamburg
en
andere
koopsteden
moeten
laten
voorbijstreven;
zouden
wij
met
onze
spoorwegen
en
andere
communicatie
middelen
niet
een
aantal
jaren
bij
onze
naaste
buren
achteraan
moeten
komen;
zou
't
ons
een
ondragelijk
denkbeeld
moeten
wezen,
niet
alleen
dat
er
ter
bevordering
van
wetenschap
en
wetenschappelijke
onderzoekingen
in
het
algemeen
nog
zoo
weinig
ten
onzent
wordt
ge¬
daan,
maar
inzonderheid
en
met
name,
dat
door
het
niet
deelnemen
aan
de
stoute
Noordpooltochten
van
den
jongsten
tijd
onze
voorvaderlijke
reputatie
op
dit
gebied
eene
onherstelbare
schade
leed;
zou
men
zich
bovenal
niet
in
een
zeker
aantal
kringen,
waar¬
toe
tot
zelfs
een
goed
deel
van
het
jonge
Holland
behoort,
op
eene
wijze
moeten
uitlaten,
die
van
al
zeer
geringe
waardeering
onzer
politieke
onafhanke¬
lijkheid
en
zelfstandigheid
getuigenis
geeft.
Gelukkig
echter
komen
er
in
ons,
wel
wat
eentoo-
nig,
volksleven
van
tijd
tot
tijd
momenten,
waarop
wij
met
meer
dan
gewonen
nadruk
aan
ons
eigen
be¬
staan
en
voortleven
herinnerd
worden.
Het
is,
wanneer
de
eene
of
andere
nationale
gedenkdag
invalt,
waar¬
door
ons
eenig
gewichtig
feit
uit
onze
volkshistorie
in
het
geheugen
wordt
geroepen.
Zulke
gedenkdagen
zijn
in
zekeren
zin
voor
eene
natie,
wat
verjaarda¬
gen
en
andere
familiefeesten
voor
bijzondere
personen
zijn.
Zij
verlevendigen
niet
alleen
het
gevoel,
dat
wij
er
nog
zijn,
maar
zijn
tevens
het
zeer
geschikte
middel
om
ons
tot
dankbaarheid
te
stemmen
omdat
wij
er
nog
zijn,
en
door
een
blik
op
het
verleden
met
zijn
lief
en
leed
onzen
levenslust
en
levensmoed
te
vermeerderen.
Wij
houden
ons
dan
ook
van
de
instemming
van
het
meerendeel
onzer
lezers
verzekerd,
wanneer
wij
de
overtuiging
uitspreken,
dat
bijvoorbeeld
de
herin¬
neringsfeesten,
in
de
jaren
1863
en
1865
gevierd,
een
bepaald
weldadigen
invloed
op
de
stemming
van
ons
volk
geoefend
hebben,
en
dat
het
ook
daaraan
wel
voor
een
grooter
of
kleiner
gedeelte
mag
worden
toegeschreven,
dat
de
algemeene
geest
ten
onzent,
of¬
schoon
uit
zijne
dommeling
nog
slechts
ten
deele
ont¬
waakt,
toch
al
vast
vrij
wat
meer
prijs
toont
te
stel¬
len
op
het
behoud,
de
handhaving
en
verdediging
van
den
Nederlandschen
staat,
dan
vóór
dien
tijd
het
ge
val
plagt
te
zijn.
Doch
meer
nog
dan
van
die
herinneringsfeesten
mo¬
gen
wij
zulk
een
invloed
verwachten
van
de
viering
der
nationale
gedenkdagen,
die
thans
in
aantocht
zijn.
Wel
zijn
er
nu
reeds
enkele,
helaas!
al
te
wél
be¬
kende,
stemmen
opgegaan
met
het
doel
om
den
partij¬
geest
aan
te
wakkeren,
door
die
gedenkdagen
in
een
licht
te
plaatsen,
waarbij
zij
voor
een
groot
gedeelte
onzer
landgenooten
haast
in
dagen
van
rouw
veranderd
worden.
Wij
hebben
echter
goede
hoop,
dat
die
par-
tijzuchtige
stemmen
noch
ten
onzent,
noch
in
het
groot¬
ste
deel
van
ons
vaderland
veel
weerklank
zullen
vinden.
Immers,
wat
zijn
het
voor
gebeurtenissen,
waaraan
wij
door
enkele
dagen
van
het
pas
ingetre¬
den
jaar
herinnerd
worden,
en
uit
welk
een
oogpunt
beschouwt
die
de
groote
meerderheid
van
het
tegen¬
woordig
levend
geslacht?
Wij
hopen,
bij
een
vol¬
gende
gelegenheid
die
vraag
meer
opzettelijk
in
over¬
weging
te
nemen.
Buitenland.
Guatemala-
Het
door
de
Republieken
van
Honduras
en
San
Salvador
aan
de
zuster-Republieken
van
Centraal-Amerika
gedane
voorstel
tot
het
vestigen
eener
midden-amerikaansche
Unie
heeft
bij
den
Presi¬
dent
en
het
Congres
van
Guatemala,
de
grootste
en
talrijkst
bevolkte
van
het
vijftal
gemeenebesten,
een
zeer
gunstig
onthaal
gevonden.
Nadat
de
meerderheid
van
het
Congres
zich
voor
het
aanknoopen
van
onder¬
handelingen
te
dezer
zake
verklaard
had,
is
de
President
onmiddellijk
naar
San
Salvador
vertrokken
om
met
den
Voorzitter
van
die
Republiek
in
overleg
te
treden.
De
President
Granados
is
te
San
Salvador
zeer
har¬
telijk
en
feestelijk
ontvangen.
ParfjS-
Eene
gebeurtenis,
die
vrij
veel
indruk
heeft
gemaakt,
is
het
door
den
bisschop
van
Orleans,
msgr.
Dupanloup,
genomen
ontslag
als
lid
der
Fransche
Academie,
't
welk
die
prelaat
terstond
na
de
sluiting
der
zitting
van
die
instelling
van
zaterdag
jl.
aan
den
directeur
Legouvé
heeft
ingezonden.
Zijn
schrijven
hield
enkel
het
volgende
in
:
„Ik
kan
niet
langer
de
eer
hebben,
mijnheer
de
directeur!
om
lid
der
Fran¬
sche
Academie
uit
te
maken.
Gelief
haar
mijn
ontslag
te
doen
aannemen
en
ontvang
gij
zelf
de
betuiging
mijner
hoogachting."
Voordat
de
verkiezing
plaats
had,
had
de
heer
Dupanloup,
die
reeds
eenige
jaren
geleden
zich
tegen
de
benoeming
van
de
heer
Littrè
verzet
had
en
toen
in
zijne
pogingen
was
geslaagd,
eene
brochure
aan
zijne
medeleden
doen
ronddeelen,
waarin
hij
de
candidatuur
van
dien
heer
nadrukkelijk,
op
grond
van
zijne
bekende
positivistische
en
atheïstische
over¬
tuiging,
bestreed.
„De
vrienden
van
den
heer
Littré
(schrijft
een
Parijsche
correspondent
van
het
Journal
de
Bruxelles)
zullen
msgr.
Dupanloup
thans
ongetwijfeld
van
onverdraagzaamheid
beschuldigen,
en
welligt
vra¬
gen,
waarom
de
bisschop
er
geen
bezwaar
in
ziet
om
met
den
heer
Littré
in
de
Nationale
Vergadering
te
zitten.
Hoe
dit
zij,
zeker
is
het,
dat
de
bisschop
van
Orleans
het
eerste
lid
sedert
de
oprichting
der
Acade¬
mie
is,
die
zijn
ontslag
als
lid
daarvan
neemt."
—
De
afdeelingen
der
kamer
hebben
donderdag
jl.
de
commissie
voor
de
Regeeringsvoordracht
omtrent
het
lager
onderwijs
verkozen,
waarbij,
gelijk
men
weet,
het
verplichte
onderwijs
tot
beginsel
is
aangenomen.
De
samenstelling
dier
commissie
doet
eene
verwerping
der
bedoelde
voordracht
of
althans
van
haar
hoofdbe¬
ginsel
voorzien
;
immers
van
de
vijftien
leden,
waaruit
de
commissie
bestaat,
zijn
elf
tegen
en
slechts
twee
voor
de
wetsvoordracht
gestemd,
de
twee
overige
leden
zouden
eerst
vrijdag
verkozen
worden.
Onder
de
ver¬
kozen
leden
behoort
msgr.
Dupanloup.
—
4
Jan.
De
parlementaire
commissie
voor
de
leger-
reorganisatie
heeft
den
duur
van
den
militairen
diensttijd
vastgesteld
op
5
jaar
actieve
dienst
en
4
jaar
bij
de
reserve,
voorzo
o
ver
het
actieve
leger,
en
5
jaar
actieve
dienst
en
6
jaar
bij
de
reserve,
voor
zoo
ver
het
ter¬
ritoriale
leger
betreft.
Berl|)n,
2
Jan.
De
Keizer
heeft
den
minister
von
Roon
op
diens
verzoek
op
de
meest
eervolle
wijze
ontslagen
als
minister
van
Marine,
en
in
diens
plaats
benoemd
den
generaal
von
Stosch.
Het
ministerie
van
Marine
zal
voortaan,
volgens
de
Kreu'z-Zeitung,
recht¬
streeks
onder
den
Rijks-kanselier
staan
en
verbonden
worden
met
de
Rijks-kanselarij.
—
Volgens
berichten
uit
Petersburg
worden
de
aan¬
voerders
der
oud-katholieke
beweging
in
Duitscliland,
de
hoogleeraren
Michelis,
uit
Braunberg,
en
Friedrich,
uit
Munchen,
eerstdaags
te
Petersburg
verwacht
alwaar
zij
de
leer,
de
gebruiken
en
de
instellingen
der
or¬
thodoxe
Grieksche
Kerk
door
eigen
onderzoek
willen
leeren
kennen,
met
welk
doel
zij
nadere
betrekkingen
met
de
hoogere
orthodoxe
geestelijkheid
zouden
willen
aanknoopen.
Zij
zouden
tot
dat
bezoek
dringend
uitgenoodigd
zijn
door
den
hoogleeraar
Osinen,
die
groote
belangstelling
voor
de
vereeniging
der
Katho¬
lieke
en
Russisch-orthodoxe
Kerken
aan
den
dag
legt.
—
Het
zal
wel
ruim
1
'/j
jaar
geleden
zijn,
dat
door
de
hongaarsche
Regeering
aan
graaf
von
Raday
on¬
beperkte
volmacht
gegeven
is
om
Beneden-Hongarije
van
roovers
te
zuiveren.
Indertijd
is
melding
gemaakt
van
het
bijna
ongelooflijk
groote
aantal
misdadigers,
waarmede
de
graaf
in
korten
tijd
de
gevangenissen
had
gevuld.
Nog
altijd
echter
schijnt
graaf
von
Raday
werk
te
vinden,
maar
orde
en
veiligheid
zijn
intusschen,
naar
men
meldt,
in
het
grootste
gedeelte
des
lands
reeds
teruggekomen.
Een
hongaarsch
blad
deelt
de
volgende
staaltjes
mede
van
de
wijze,
waarop
graaf
von
Raday
te
werk
is
gegaan.
De
graaf
waart
als
een
geest
der
bestraffing
door
het
land;
hij
is
overal
en
nergens;
hij
en
zijn
secre¬
taris
verschijnen
nu
eens
alleen,
dan
weder
tezamen,
onder
verschillende
vermommingen
;
zij
vernemen
alles,
zelfs
de
misdrijven,
die
jaren
geleden
gepleegd
zijn.
De
eigenaar
van
eene
eenzaam
gelegen
herberg
had
vijf
jaren
geleden
een
reiziger
vermoord
en
uitgeplun¬
derd.
Daar
komt
een
onbekende;
verlangt
de
kamer
no.
3
en
overnacht
aldaar;
des
ochtends
wordt
de
rijke
herbergier
gevankelijk
weggevoerd,
want
de
onbekende
is
graaf
von
Raday,
die
zich
gedurende
den
nacht
er
van
overtuigd
had,
dat
onder
den
vloer
der
kamer
een
geraamte
verborgen
was;
toen
de
herbergier
vernam,
wie
zijn
gast
was,
stond
hij
als
vernietigd
en
bekende
alles.
Van
waar
komt
de
alwetendheid
van
graaf
von
Raday?
Het
meeste
verneemt
hij
van
hen,
die
reeds
in
hechtenis
zijn.
Dezen,
zoo
beweert
men,
mogen
niet
met
elkander
spreken
en
zien
elkander
nooit
anders
dan
gemaskerd.
In
eene
stad
woonde
een
juwelier.
Op
zekeren
dag
komt
daar
een
handwerksgezel
en
biedt
hem
een
kost¬
baren
ring
voor
een
spotprijs
aan;
de
koop
wordt
ge¬
sloten.
Den
volgenden
dag
komt
een
heer
bij
den
ju-